Studierichting: Bedrijfskunde
Werkgroepnummer: 11
Inleverdatum: 20-10-2014
Docentnaam: F. Folkvord
Let op: nummer en identificeer elke pagina van deze opdracht met je
werkgroepnummer en datum!
,Onderzoeks- en Interventiemethodologie A
Weektaak 7 Bedrijfskunde, Economie en Bedrijfseconomie
7A DYNAMISCHE THEORIEËN EN MODELLEN, EN
PROBLEEMSTRUCTURERING IN ORGANISATIES
KENNISVRAGEN
Vraag 1
Wat is het belangrijkste verschil tussen de conceptuele modellen die je tot nu toe hebt
gezien in het kwantitatief onderzoek en de dynamische modellen die in het hoorcollege zijn
geïntroduceerd? En welke rol speelt het systeembegrip daarbij?
Bij het conceptuele model is er sprake van een eenrichtingscausaliteit en bij een feedback-
loop is er sprake van twee richtings causaliteit . bij het conceptuele model is er dus sprake
van een samenhang tussen variabelen. Bij een feed-back loop is er sprake van een
wederzijdse beïnvloeding.
Vraag 2
Wat is het belangrijkste verschil tussen een positief (reinforcing) en een negatief
(balancing) feedbackproces?
Een positieve loop zorgt voor verdere versterking, er vindt geen verandering plaats. Bij een
negatieve feedback-loop is er sprake van het vinden van een bepaalde balans. Als je in een
keer het hele proces hebt doorlopen zal het opeenvolgende proces anders zijn.
Vraag 3
In het hoorcollege was sprake van zogeheten multipele realiteiten. Wat wordt bedoeld met
multipele realiteiten en wat zijn de consequenties voor praktijkgericht onderzoek?
Dat iedereen een andere interpretatie heeft van de realiteit en dat heeft betrekking op de
validiteit van een onderzoek. Niet iedereen ervaart namelijk een vraagstuk hetzelfde.
Vraag 4
Wat zijn de belangrijkste doelen van probleemstructureringsmethoden zoals GMB?
Meer inzicht krijgen door verschillende mensen met elk een eigen visie erbij betrekt.
Iedereen heeft dus een andere visie. De communicatie verbeteren. Overeenstemming over
de oplossing creeëren.
TOEPASSINGSVRAGEN
Vraag 5
De afgelopen decennia is het autogebruik fors toegenomen. Dit heeft geleid tot steeds
meer files. Een manier om deze files te lijf te gaan, is door het aanleggen van meer wegen.
Rijkswaterstaat is verantwoordelijk voor de Nederlandse verkeersinfrastructuur en zodra
regering en de Staten Generaal hebben besloten dat er nieuwe snelwegen kunnen worden
aangelegd, gaat Rijkswaterstaat met wegenbouwondernemingen aan de slag om meer
wegen aan te leggen. En uiteraard leidt het aanleggen van meer wegen tot minder files.
Maar deze medaille heeft ook een keerzijde. Het aanleggen van meer wegen vergroot de
bereikbaarheid van allerlei plaatsen in Nederland met de auto. Het gevolg daarvan is weer
dat mensen vaker de auto gebruiken.
2
, Vertaal bovenstaande tekst in een causal loop diagram. Geef aan welke relaties en
feedbackloops er in voorkomen en wat de aard is van die relaties en loops (positief of
negatief).
Vraag 6
Stad X kampt met een groot fileprobleem. De wethouder heeft besloten om meer wegen
aan te leggen en enkele bestaande wegen te verbreden.
Kijk naar het causal loop diagram dat je bij vraag 5 hebt gemaakt. Vind je het besluit van
de wethouder verstandig en waarom?
nee, want meer wegen leidt tot minder files, maar door minder files neemt het autogebruik
toe, daarnaast neemt de bereikbaarheid toe. Wat het autogebruik bevorderd.
Vraag 7
Lees de krantenartikelen over Schiphol:
(http://www.vlieghinder.nl/knipsels_pmach/pdfs/100605_GE_Gerommel_met_cijfers_Schiphol.pdf).
Vraag 7a
Welke partijen/stakeholders kun je in dit artikel onderscheiden?
Dus de belanghebbenden zijn: de TU onderzoekers, de omwonenden, de milieubewegingen
en de overheid
Vraag 7b
Elke stakeholder heeft zijn eigen realiteit. Benoem voor elke stakeholder twee variabelen
uit hun realiteit over de problematiek rondom Schiphol.
de TU onderzoekers,politiek beinvloed onderzoeksresultaten, het is meetbaar
de omwonenden, De geluidshinder, informatie wordt gemanipuleerd.
de milieubewegingen, milieuschade, dubbelplan kan niet werken want groei en milieu gaan
niet samen
de overheid, alleen uitbreiden als milieuhinder afneemt, selectief gebruik van informatie.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Bedrijfskundegroep. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.