In dit document vind je de samenvatting van Vreemdelingenrecht voor het vak: wetsuitvoerder 1.
Hoofdstukken 1, 2, 3, 4, 5, 7.1.1, 7.1.2, 7.1.3, 7.1.4, 7.1.5 en 7.2, 8 en 11 uit Hoofdzaken vreemdelingenrecht.
(Zie ook bundel)
Hoofdstuk 1, 2, 3, 4, 5, 7.1.1, 7.1.2, 7.1.3, 7.1.4, 7.1.5 en 7.2, 8 en 11
November 10, 2021
64
2021/2022
Summary
Subjects
vreemdelingenrecht
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Hanzehogeschool Groningen (Hanze)
HBO Sociaal Juridische Dienstverlening
WU1
All documents for this subject (2)
Seller
Follow
jannavdkooi
Reviews received
Content preview
Week 2: Inleiding, toegang, kort verblijf, asiel.
1 Inleiding
1.1 Systeem vreemdelingenrecht
Vreemdelingenrecht is onderdeel van het bestuursrecht, de Awb is dus ook van toepassing.
Vreemdelingenwet 2000 (Vw 2000) heeft veel bepalingen waardoor van bepalingen
van de Awb wordt afgeweken.
Twee onderscheidingen:
1. Twee soorten verblijfsvergunningen:
a. Verblijfsvergunning regulier: andere redenen.
b. Verblijfsvergunning asiel: op grond van bescherming tegen dreigende
vervolging, marteling, onmenselijke behandeling of vernederende bestraffing
of behandeling in het land van herkomst.
2. Twee soorten duur van verblijfsvergunning:
a. Voor bepaalde tijd
b. Voor onbepaalde tijd
1.2 De Vreemdelingenwet 2000
Door de Vw 2000 is de regelgeving omtrent de asielprocedure gewijzigd zodat langdurige
onzekerheid over teruggaan of blijven door betere en snellere procedures wordt.
Sinds 1 juli 2010 is de verbeterde asielprocedure in werking getreden: hoofdstuk 5.
Voorbeelden van veranderingen in de Vw 2000: inwerkingtreding van de Wet
modern migratiebeleid, van de Visumwet en de implementatie van de
Definitierichtlijn, de terugkeerrichtlijn en de procedurerichtlijn.
2 Bronnen Nederlands vreemdelingenrecht
- Materiele vreemdelingenrecht: regelt de verblijfsrechten en de bijbehorende
voorwaarden.
- Formele vreemdelingenrecht: het procedurele vreemdelingenrecht.
2.1 Nationale bronnen
- Vreemdelingenwet 2000 (Vw): art. 2 lid 2 GW; de toelating of uitzetting dient bij een
wet in formele zin te zijn geregeld, dit is de Vw 2000.
- Vreemdelingbesluit 2000 (Vb): in de Vw wordt vaak verwezen naar een Algemene
Maatregel van Bestuur (AMvB), dit is het Vb 2000. Afgekondigd door regering en
bevat algemeen verbindende voorschriften. Zie ook Vc 2000.
- Voorschrift Vreemdelingen 2000 (VV): de regels die de minister afkondigt staan in de
VV, dit is een ministeriële regeling (bevoegdheid van afkondigen gegeven in de Vw en
Vb).
- Vreemdelingencirculaire 2000 (Vc): hierin zijn aanwijzingen van de minister
opgenomen, waar hij in art. 48 lid 2-3 Vw 2000 de bevoegdheid krijgt, deze
aanwijzingen zijn tevens opgenomen in het Vb 2000.
In het kort: regeling en vorm:
Vw 2000: Wet in formele zin
Vb 2000: AMvB
Hoe lager de regeling qua hiërarchie is, hoe specifieker de bepalingen zijn.
2.2 Internationale bronnen
Het Nederlandse vreemdelingenrecht wordt beïnvloed door het EU-recht en de
internationale verdragen.
Van belang: het Europees verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en
de fundamentele vrijheden (EVRM) en het verdrag betreffende de status van
vluchtelingen (VN-vluchtelingenverdrag).
2.2.1 EU-recht (unierecht)
Het EU-recht bestaat uit:
- Primair recht: Verdragen (VEU en VWEU) en het Handvest van de Grondrechten van
de EU.
- Secundair recht: verordeningen en richtlijnen die gemaakt zijn op basis van
bevoegdheden uit het verdrag.
Doel EU-recht:
- Binnen de EU een vrije markt met vrije concurrentie en belemmeringen daarvan
verbieden.
Nederlandse regelgeving: gemeenschapsrecht en gemeenschapsonderdaan
o Verboden invoerrechten te heffen
- Vrij verkeer van personen
o Verblijfsrecht van drie maanden (art. 6 Verblijfsrichtlijn)
o Verblijfsrecht van meer dan drie maanden (art. 7 Verblijfsrichtlijn)
o Duurzaam verblijfsrecht (art. 16 Verblijfsrichtlijn)
2.2.2 EU-recht met betrekking tot personen
Derdelanders (niet behorend tot de EU) hebben pas recht om in Nederland te verblijven als
dat aan hun bij beschikking van een bestuursorgaan (minister van veiligheid en justitie=
medewerkers van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND)) is toegekend.
Het recht voor EU-burgers (unieburgers) vloeit rechtstreeks voort uit het EU-recht
(dus geen beschikking of verblijfsvergunning van een bestuursorgaan nodig).
o Vrij verkeer van personen.
Verdrag van Amsterdam 1999: veel bevoegdheden van de EU uitgebreid. Het doel van de
nieuwe richtlijnen en verordeningen die hierdoor zijn ontstaan is om de nationale regels van
de lidstaten omtrent het migratierecht te harmoniseren.
Schengengrenscode en de Schengen Uitvoeringsovereenkomst zijn belang met betrekking
tot toegang van vreemdelingen tot Nederland.
Visumcode: visumverlening voor visum voor kort verblijf is hierin geregeld.
Schengengrenscode en visumcode zijn verordeningen van de EU.
, o Zijn dus niet in het nationale recht terug te vinden, omdat ze rechtstreeks van
toepassing zijn.
Het Verdrag inzake de Europese Economische Ruimte (EER): verdrag tussen EU en
Noorwegen, IJsland en Liechtenstein waarin onderdanen van die landen dezelfde rechten
geven ten aanzien van het vrije verkeer van personen als de onderdanen van de EU-
lidstaten. Zwitserland heeft ook zo’n regeling sinds 2002.
Gemeenschapsonderdaan: elke vreemdeling die en verblijfsaanspraak ontleent aan
het unierecht, het EER-verdrag of de overeenkomst tussen Zwitserland en de EU.
Associatieverdragen?????????
Mensenrechtenverdragen
Monistische visie: visie dat onderdanen een beroep kunnen doen op een verdragsbepaling,
indien de bepaling zich leent voor directe toepassing. (Heeft NL).
Het internationale recht en het nationale recht behoren volgens deze visie tot 1
rechtsorde.
Dualistische visie: visie dat het internationale recht en het nationale recht als twee van
elkaar geheel onafhankelijke rechtsorden worden gezien.
Het internationale recht kan slechts doorwerken en burgers kunnen er dan een
beroep op doen wanneer het in nationaal recht is omgezet.
7.1.1 Ophouden in een aangewezen ruimte of plaats
Art. 6 Vw 2000: mogelijkheid om geweigerde vreemdelingen hun vrijheid te beperken of zelf
te ontnemen.
- Kan de vreemdeling opgedragen worden zich in een bepaalde ruimte of plaats
beveiligd wordt tegen ongeoorloofd vertrek van de vreemdeling (vrijheidsontneming,
art. 6 lid 2 Vw 2000).
o Duur: maximaal 6 maanden. Kan worden verlengd tot ten hoogste twaalf
maanden indien de vreemdeling niet meewerkt aan zijn uitzetting of
noodzakelijke documenten in een derde land nog ontbreken (art. 59 lid 7 jo.
Art. 59 lid 5 en 6 Vw 2000).
Kan te allen tijde beroep worden ingesteld tegen deze maatregel.
Geen beroep? Dan volgt na 28 dagen een automatische kennisgeving aan de
rechtbank (art. 94 lid 1 Vw 2000). Binnen 14 dagen dient een zitting gehouden te
worden (art. 94 lid 2 Vw 2000).
o Dus: rechter kan pas na 42 dagen oordelen over de rechtmatigheid van de
oplegging en voortduring.
7.1.2 Staandehouding en ophouding
Ambtenaren belast met de grensbewaking en ambtenaren belast met het toezicht op
vreemdelingen hebben de bevoegdheden van staande houden en ophouden.
Art. 50 lid 2 Vw 2000: personen kunnen staande worden gehouden om hun identiteit,
nationaliteit en verblijfsrechtelijke status (rechtmatig verblijf) vast te stellen. (Vrijheid
beperkende maatregel)
Identiteit van de persoon kan niet worden vastgesteld, dan kan de vreemdeling
worden overgebracht naar een plaats van verhoor (art. 50 lid 2 Vw 2000). (Vrijheid
, ontnemende maatregel) duur: max 6 uur zonder tijd tussen middernacht en 9 uur s
‘ochtens, kan tot max 48 uur worden verlengd (art. 50 lid 4 Vw 2000).
Staande houden en ophouden mag wanneer: er sprake is van feiten en omstandigheden, die
1. Naar objectieve maatstaven gemeten,
2. Een redelijk vermoeden van illegaal verblijf opleveren, of
3. Ter bestrijding van illegaal verblijf na grensoverschrijding.
Objectieve maatstaven zijn gebaseerd op de volgende voorwaarden:
1. Feiten of omstandigheden van de situatie waarin de persoon wordt staande
gehouden
2. Aanwijzingen over de persoon die wordt staande gehouden
3. Ervarings- of omgevingsgegevens van de politie, Koninklijke Marechaussee of andere
overheidsinstanties (Vc A2/2)
Vreemdeling kan ook opgehouden worden voor verhoor wanneer duidelijk is dat de
vreemdeling geen rechtmatig verblijf in Nederland heeft of als niet onmiddellijk blijkt dat hij
rechtmatig verblijf heeft (art. 50 lid 3 Vw 2000).
3 Toegang en kort verblijf
Vreemdelingen worden verdeeld in 4 groepen:
- Kort verblijf: max 90 dagen.
- Lang verblijf: regulier, langer dan 90 dagen.
- Verblijf Unieburgers: paspoort of id-kaart, toegang mag pas geweigerd worden na
een bijzondere aanwijzing daartoe van de minister (art. 8.8 lid 1 en 2 Vb 2000).
- Verblijf als vluchteling of asielzoeker: vluchtelingen voor onmenselijke behandeling
en dus naar NL vluchten.
3.1 Toegang
Toegang: het feitelijk betreden van het Nederlands grondgebied.
Toegang voor Schengenregels: feitelijk betreden van het gehele grondgebied van de
Schengenstaten.
Regels bepaald door de Schengengrenscode (SGC, 2006) en bepalingen uit de
Schengen Uitvoeringsovereenkomst (SUO, 1990).
o SUO: akkoord dat uitvoering geeft aan de overeenkomst om de controles aan
de gemeenschappelijke grenzen af te schaffen. (Art. 5 SGC).
Art. 3 SGC: wanneer een persoon onder de SGC valt (art. 3 SGC) is deze van toepassing,
indien de vreemdeling van plan is korter dan 90 dagen in een periode van 6 maanden te
blijven en de vreemdeling is geen gemeenschapsonderdaan.
Gemeenschapsonderdaan: elke vreemdeling die en verblijfsaanspraak ontleent aan
het unierecht, het EER-verdrag of de overeenkomst tussen Zwitserland en de EU.
Wanneer een persoon langer dan 90 dagen wil blijven en geen gemeenschapsonderdaan is,
dan is de Vw 2000 van toepassing en de SGC niet.
Vereisten voor toegang in het Schengengebied:
- Geldig document voor grensoverschrijding (visum)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jannavdkooi. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.34. You're not tied to anything after your purchase.