100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Hoofdstuk 2 $3.20
Add to cart

Summary

Samenvatting Hoofdstuk 2

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Level

Soorten inkomen, productie factoren, Lorenz curve

Preview 1 out of 2  pages

  • November 17, 2021
  • 2
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 3
avatar-seller
De verdeling van het inkomen


2.1 hoe kom je aan geld
Economen maken onderscheid tussen primair inkomen en overdrachtsinkomen.
Een primair inkomen ontvang je door te werken, bijvoorbeeld bij een supermarkt.
Het totale primaire inkomen van een land in een jaar noemen we het nationaal inkomen. Dit kan
je ook het bruto binnenlands product (bbp) noemen omdat dit internationaal wordt gebruikt.

Een overdrachtsinkomen is een inkomen dat je krijgt zonder er voor te werken, zoals
kinderbijslagen, studietoelagen en huurtoeslagen. De regering kan dit betalen door de belasting
van het volk.


2.1.2 productie factoren
Productiefactoren zijn factoren of middelen die productie mogenlijk maken. In de economie zijn
er 4 soorten productie factoren.
1. Kapitaal: alle goederen die gebruikt worden om andere goederen te produceren.
2.2 iedereen evenveel?
(machines, gebouwen en materiaalen)
Om te2.zienArbeid:
hoe groot de inkomst
het werk verschillen
dat mensen zijn in huishoudens moet je gebruik maken van de
verrichten
lorezcurve. Je rekent dan gegevens van de inkomen
3. Natuur: alles wat niet door mensen is geproduceerd, van huishouden
zoals uit en verwerkt
de grond, die warmte
zonlicht, later in
een grafiek.en natuurlijke grondstoffen.
4. Ondernemerschap: het combineren van de productiefactoren arbeit, kapitaal, natuur in
In de 1e kolom moet je altijd de namen van de huishouden invoeren.
het productieproces.
e
In de 2 zet je het aantal % van alle huishouden gelijk verdeeld zodat het samen 100 is.
In de 3e zet
Kapitaal •
je het primaire inkomen per maand. • Loon
e
In de 4 zet je hoeveel % je verdient van het totaal van kolom 3. (bedrag/totaal • 100 = %)
• Pacht
Arbeid •
In de 5e zet je het culmatief van de huishoudens (%).• Rente
Natuur
In de 6e zet je het •
culmatief van de maandinkomens •inHuur %.
En later Ondernemerschap
zet je dat in een grafiek. •
• winst
kapitaal  rente en huur omdat wanner je apparaaten leent kan je er rente voor
moeten betalen en wanneer je ze huurt moet je geld betalen om het te lenen.
2.2.2
Arbeit  jeis moet
de hoogte van betalen
je personeel je inkomen belangrijk?
en dat geld wat ze verdienen noemen we
loon.
Welvaard is de mate waarin de behoeften met de beschikbare middelen kunnen worden
Natuur
bevreding.
 pachtDaarom
gaat het
is het
alijdinkomen
om natuur
vanomdat
mensen je zo
geld
belangrijk
moet betalen
zodat om
ze meer
de grond
goederen en
te gebruiken
diensten kunnen kopen. Het bruto binnenlands product wordt gebruikt als maatstaf om de
Ondernemerschap
welvaard te meten  als
dusjehier
producten
kijken zegoed
wel naar
verkopen
brutoeninkomen.
je nog geld over hebt, heb
je winst gemaakt.
2.2.3 staafdiagram
Een grafiek die veel economen grbruiken zijn; staafdiagrammen. Hier is makkelijk weer te geven
of een periode beter is gegaan dan de andere bijvoorbeeld als je variable groeit ten opzichte van
de vorige periode betekent het dat er misschien meer geld in binnen gekomen en dus is je
groeipersentage positief. Als je wil weten wat alles betekent moet je naar de X-/Y-as kijken.



! Dit moet je kunnen !
1. Onderscheid maken tussen primaire inkomsten en overdrachtsinkomsten
en voorbeelden kunnen benoemen
2. Rekenen met grote getallen
3. De 4 productiefactoren kunnen verbinden aan de juiste 5 primaire
inkomsten
4. Tabellen begrijpen die gebruikt worden om de lorenzcurve te tekenen.
5. Tekenen en interprenten van een lorenzcurve
6. Verschillende manieren om welvaard te meten onderscheiden en daarvan
de verschillen beschrijven
7. Werken met een grafiek met groeipercentages

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller je-julie. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.20
  • (0)
Add to cart
Added