100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Tijdvak 1 en 2 van geschiedenis $7.55   Add to cart

Summary

Samenvatting Tijdvak 1 en 2 van geschiedenis

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Level

De eerste 2 tijdvakken met kenmerkende aspecten kort en bondig samengevat

Preview 2 out of 5  pages

  • November 17, 2021
  • 5
  • 2021/2022
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Geschiedenis tijdvak 1 & 2

Paragraaf 1.1
*Kenmerkend aspect: Levenswijze van jagers - verzamelaars.
Jagers - verzamelaars leefden in groepen van enkele tientallen mensen. Het waren nomaden —>
geen vaste woonplaats en zwierven om voedsel te vinden. Weinig bezit doordat alles draagbaar
moest zijn. Er werd geleefd van verzamelen van voedsel en de jacht.
*Indeling v/d prehistorie op basis van het materiaal v/d werktuigen. Bij de koper, brons en ijzer tijd is
er een oven nodig om het te smelten —> wonen op 1 plek.

*De prehistorische kunst laat zien dat de cultuur van jagers – verzamelaars ingewikkelder werd —>
mensen gingen denken in symbolen. De gedachte was: magisch-religieus —> moeilijk te achterhalen
het blijven interpretaties.

Paragraaf 1.2
*Kenmerkend aspect: Ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen.
De landbouwrevolutie had grote gevolgen voor de samenleving, gevolgen:
-Meer bezittingen verhogen je status —> sociale ongelijkheid en sociale hiërarchie.
-Sommige boeren worden leiders.
-Ontstaan nieuwe beroepen/specialisaties.
-Het willen bijhouden van bezittingen/oogst leidt tot het ontstaat van het schrift.

*Landbouw ontstond in het Midden-Oosten, mensen gingen voedsel verbouwen in gebied dat
vanwege zijn vorm een vruchtbare halvemaan wordt genoemd. Eerst granen daarna veeteelt. Vanuit
het Midden-Oosten verspreidden migranten de landbouw in Azië, Afrika en Europa.
Oorzaken landbouwrevolutie:
-Klimaatverandering
-Dieren waarop veel gejaagd werd verdwenen, maar tegelijk waren er wilde dieren die getemd
konden worden.

*Door landbouwrevolutie —> landbouwsamenleving (agrarische samenleving). Boeren gaven
nomadische bestaan op en kregen sedentaire leefwijze. Door de natuur te onderwerpen voorzagen
ze in hun eigen levensonderhoud: elk dorp was autarkisch (zelfvoorzienend). Boeren bezaten
producten van nijverheid, zoals potten en kruiken.

Paragraaf 1.3
*Kenmerkend aspect: ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen.
Eerste steden ontstonden doordat boeren op vruchtbare grond langs rivieren meer voedsel
produceerden dan nodig, boeren konden anderen voeden die niet meer van de landbouw leefden
—> ontstaan landbouwstedelijke samenleving. In steden ontstonden gespecialiseerde beroepen:
- Bescherming bezit: militairen
- Ruilen overschot, kopen verkopen: handelaren
- Contact met de goden: priesters
- Constructie gebouwen, productie werktuigen etc (ambachtslieden)

*Voedseloverschotten door akkerbouw, veeteelt gecombineerd met nieuwe uitvindingen (ploeg) en
mogelijkheid irrigatie landbouw. Er wordt meer geproduceerd dan er boeren nodig waren —>
ontstaan specialisaties (besturen, organiseren, leiders/ambtenaren)

, *Uit de elite in Soemerische steden kwam 1 leider naar voren, een vorst die meestal wel rekening
hield met een adviesraad van aanzienlijke mannen. Rest van bevolking —> onderdanen. Onderdanen
in de sociale hiërarchie (rangorde) stonden slaven en boeren, die een toegewezen stuk grond
moesten bewerken. Oogst moest afgestaan worden aan de staat (regering). Door deze belasting —>
overheid voedsel verstrekken aan bvb ambtenaren, militairen en priesters. De Soemeriërs hadden
polytheïstische godsdienst.

*Kenmerken van de eerste steden
- Specialisatie beroepen.
- Hiërarchische opbouw v/d samenleving.
- Een godsdienstig centrum.
- Het gebruik van schrift.

Paragraaf 2.1
*Kenmerkend aspect: De ontwikkeling van wetenschappelijk denken en het denken over
burgerschap en politiek in de Griekse stadstaat.
De Grieken en Romeinen: 500 v. chr – 500 na chr. Periode: (klassieke) oudheid
Staat: gebied met vaste grenzen en een eigen bestuur. Stadstaat (polis):
-“Stad” met omringend platteland.
- Klein in oppervlakte en inwonersaantal.
- Autarkisch —> zelfvoorzienend.
- Autonoom —> eigen bestuur, eigen regels. 1 met eigen democratie: Athene, waarbij het volk
beslist, alleen mannen.

*Vanaf de 8e eeuw kwam nieuwe Griekse beschaving tot ontwikkeling, onafhankelijke stadstaten
(poleis) met landbouwstedelijke samenleving. Bloeiende economie —> snelle bevolkingsgroei —>
groepen vertrokken en vestigde zich in koloniën. Door kolonisatie en het gebruik van een
gemeenschappelijke munt, groeiden de Griekse handel, nijverheid en welvaart.

*In 5e eeuw v.c kwam Griekse cultuur tot bloei, vooral de wetenschap en de bouw- en
beeldhouwkunst. De Griekse (en Grieks-Romeinse) beschaving wordt klassiek genoemd, omdat de
gedachten en vormen ervan later zo goed zijn gevonden dat ze werden nagedaan.

*Antieke Grieken voleden zich niet verbonden met de niet-grieken (barbaren). Vaak oorlog tussen
stadstaten pas in 338 v.c in 1 rijke verenigd toen ze werden onderworpen door het koninkrijk
Macedonië. Dat betekende niet einde Griekse cultuur maar begin van verdere verspreiding ervan.

*Polis met erfelijke koning: monarchie. Andere poleis werden bestuurd door leden van een groep
met erfelijke voorrechten in de samenleving, edelen. Dit besturingssysteem: aristocratie. Sommige
steden kregen regering van rijken die niet allemaal uit een adellijke familie kwamen: oligarchie.

*In Athene greep een tiran de macht, hij was populair maar het verzet ontstond toen zijn zonen hem
overnamen. Politicus Kleisthenes joeg met steun van volk de laatste tiran de stad uit en maakt van
Athene in 507 v.c een democratie. Volksvergadering besliste over wetten, koos de bestuurder en
controleerde hen. Athene was een directe democratie, de burgers kozen geen vertegenwoordigers,
maar mochten zelf stemmen en spreken in de volksvergadering. Alleen autochtone vrije mannen
hadden het burgerschap, vrouwen immigranten en slaven waren ervan uitgesloten.
*Niet alle Atheners vonden democratie goed systeem:
- Socrates:
 politici in de democratie spreken niet in waarheid, omdat ze het volk naar de mond praatten.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller floorvangelder2006. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.55. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67866 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.55
  • (0)
  Add to cart