Naam + voornaam .............................................
Lector: Geert Van Iseghem
Datum 24/01/2013 9H15 – 13H
Examen dOlod Kostprijsberekening /80 /30
1. Kostprijs concepten (15pt)
Voorbeeld Verkeerde oplossing doorstrepen + motiveer je
antwoord indien gevraagd
Lidgeld 2013 betaald aan de Variabele/vaste kost
federatie van e-commerce bedrijven
FEWEB.
Interimcontract (interimarbeid) voor Variabele/vaste kost
de soldenperiode
Voorziening (provisie), aanleggen Kaskost/Niet-kaskost + motiveer
voor grote renovatiewerken aan je Het is een kost maar er is geen kasuitgave. Je
bedrijfsgebouw , die je pas in betaalt minder belastingen maar het geld gaat niet
2015 zal uitvoeren. uit de onderneming.
Is een Hvsqvarna naaimachine (= een kost/uitgave + motiveer
investering) voor de vennoten Cléo Een investering is een uitgave bij de betaling aan
en Sarah van Black Balloon? de leverancier. De naaimachine kan ook
gefinancieerd worden via een investeringskrediet.
Geleidelijk zal de machine overgeboekt worden in
kosten via het systeem van de lineaire afschrijving.
Wanneer de machine een gebruiksduur heeft van 5
jaar , mag ze jaarlijks 20% afgeschreven worden
1/8
, Kan een vaste kost op termijn Ja/nee + motiveer
veranderen? Binnen een bepaalde periode is het een vaste
kost. Bij investering, uitbreiding zal deze vaste
kost stijgen naar een hoger niveau.
Make or buy decision Leg uit
Als je een directe KP berekent
(B.O.M.,arbeid,machine- en energiekost) en
die is hoger dan de aankoopkost dan is het
beter om het product niet te produceren (make)
maar extern aan te kopen (buy).
Drijfkracht (elektriciteit in bij het Directe/ indirecte kost + motiveer
ontwerpen) Als er geen product gemaakt wordt, heb je
geen drijfkracht nodig: deze kost kan direct aan
het product worden toegewezen.
Intrest op de financiering van de Direct/indirect + motiveer
breimachine Passap E6000 Directe machinekost: specifiek bestemd voor
deze machine in de productie.
2. Kostprijssystemen ( 10pt)
A Direct costing 3 KP systeem voor een heterogene
productie waarbij er een verband is
tussen de directe kost per eenheid
product en de indirecte kosten
B Integrale KP methode 2 KP systeem die gebaseerd is op het
idee dat niet producten, maar
activiteiten kosten veroorzaken.
C equivalentie cijfermethode 4 Intracomptabele methode om de
kostprijs te berekenen: je kan in
detail nagaan als de productie
efficiënt verloopt bij veel
boekhoudgegevens
D kostendrager 1 Als er 3 eindproducten zijn die een
positieve contributiemarge hebben,
dan dragen ze bij tot het dekken van
de totale indirecte (vaste) kosten.
E toeslagmethode 9 Delvaux handtas
F kostensoort 7 KP systeem voor de produktie van
pvc-raamprofielen met een
2/8
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LiesBaert. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.77. You're not tied to anything after your purchase.