100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Financiële Verslaggeving: samenvatting colleges $6.00   Add to cart

Summary

Financiële Verslaggeving: samenvatting colleges

 39 views  3 purchases
  • Course
  • Institution

Deze samenvatting bevat alle collegenotities van het vak Financiële Verslaggeving: beginselen en analyse, gegeven door Patrick d'Haene. Geslaagd in eerste zit met 15/20.

Preview 10 out of 55  pages

  • November 21, 2021
  • 55
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
FV

Samenvatting Financiële Verslaggeving
Openboekexamen: notities IN PowerPoint (onderaan) OF nieuwe dia’s maken, samenvatting niet
toegelaten

Jaarrekening: eindrapport van een organisatie dat aangeeft of bedrijven goed/slecht gewerkt hebben

Problemen in de jaarrekening worden aan externe factoren gewijd, terwijl successen worden teruggebracht
naar hardwerkende medewerkers, goede producten/services… Bovendien bevat de eerste alinea meestal
slecht nieuws, om daarna op positief nieuws over te schakelen.

Voorbeeld: Tesla maakt enorm veel schulden en leeft van subsidies, dus als die subsidies
wegvallen, zal Tesla failliet gaan

DEEL I: Algemene beginselen
0.1 Financial accounting
Accounting is een proces…
- aanleveren van kwantitatieve informatie (cijfers, maar ook monetaire vormen als geld) over
economische entiteiten (bedrijven/organisaties) die nuttig is bij het nemen van economische
beslissingen (zelf produceren? marketingcampagne lanceren?…)

- beslissingen hangen ook af van winstmarges (vaak 1-3%), want die geven aan in welke mate
een bedrijf het zich kan permitteren om risicovolle beslissingen te nemen

- buffers blijven relevant: wanneer inkomsten wegvallen, moet een organisatie hierop terugvallen

- systematisch verzamelen, organiseren en presenteren van financiële informatie volgens
bepaalde standaard regels (“Generally Accepted Accounting Principles” - GAAP)

- financiële informatie presenteren gaat gepaard met regels m.b.t. inhoud en lay-out, o.b.v. de
onderneming en het land in kwestie

- GAAP: International Financial Reporting Standards in Europe of US GAAP (twee systemen)

Account is ook ‘the language of business’, want een bedrijf kan slechts overleven wanneer het beschikt over
gegevens en deze correct interpreteert.


1. Economische activiteiten: produceren, kopen/verkopen, diensten
Accounting proces
leveren…
2. Accounting proces: noteren in boekhouding
Economische Accounting
activiteiten informatie 3. Accounting informatie: data en gegevens samenvoegen om info te
genereren
Beslissingnemers
Acties
(beslissingen) 4. Beslissingnemers: doen een beroep op verkregen info en sturen het
bedrijf zo bij op het vlak van economische activiteiten (cirkel)






, FV

0.1.1 Accounting als informatiesysteem
Activiteiten genereren data, die worden opgemeten en genoteerd om daarna verwerkt te worden. Ten slotte
worden ze gecommuniceerd via (interne of externe) rapporten.

Een trend hierbij zijn dashboards: kenniscijfers die belangrijk zijn voor bepaalde functie (bv.
marketingmanager krijgt cijfer over reclamecampagnes die lopen of productiemanager krijgt cijfers over
productie, zoals aantal zieken/geproduceerde goederen…)



Business Decision
Activities Makers


Data Information

ACCOUNTING
Processing
Measurement Communication
Storage and
Recording Reporting
preparation
of data
of data




0.1.2 Financial versus Management accounting
Financial Accounting (FA) = externe financiële rapportering, dat dient als referentiekader voor MA
Management Accounting (MA)= financiële informatie ter ondersteuning van interne beslissings- en
beheersprocessen (intern gericht)

FA en MA vertrekken vanuit dezelfde brongegevens.

0.1.3 Financiële overzichten: quid?
1. Financieel beeld van het vermogen, de financiële positie, de resultaten en de kasstromen van een
rapporterende entiteit

- Vermogen: wat een bedrijf heeft (bv. gebouwen, machines, voertuigen, beleggingen…)
- Resultaten: geven weer of bedrijf winst/verlies maakt en van waar dit komt
- Kasstromen geven weer waar geld vandaan komt en waar het naartoe gaat
- Financiële positie: wordt in het oog gehouden door de CEO die nagaat of er obligaties/leningen/geld
van klanten nodig is

Belangrijk: een bedrijf dat boekhoudkundig verlies maakt, maar positieve kasstromen heeft,
genereert geld dus is interessant om erin te financieren (andersom niet)

Voorbeeld: de Regering Verhofstadt had zijn eigen pensioenfonds, en beheerde daarom de
pensioenen van Belgacom en betaalde zo de pensioenen van zijn eigen medewerkers. Op dat
moment waren er veel inkomsten, maar de uitgaven daarbij waren niet bekend.

2. ‘General Purpose’ financial statements
Bedrijven maken de jaarrekeningen publiek voor algemeen gebruik. Het gaat om een niet-gedetailleerd
rapport, dat wel aangeeft wat de voorraden zijn en welke bedragen het bedrijf nog te goed heeft, maar het
geeft daarover enkel cijfers (bv. geen namen van klanten).

3. Rapporterende entiteit: onderneming of groep?
Een groep wijst op verschillende ondernemingen die samenwerken en waar dochterbedrijven onder een
moedermaatschappij vallen. Vaak kijkt men naar de moederonderneming om na te gaan of het bedrijf
financieel sterk is, maar ook de jaarrekeningen dochterondernemingen zijn relevant om te analyseren hoe
sterk een groep is.






, FV

4. Audit
Jaarlijks/halfjaarlijks nazicht van de boekhouding of administratie. Een audit is echter nooit bedoeld als
fraude-onderzoek, maar checkt of alle boekhoudkundige regels en statuten gevolgd zijn. Wanneer wordt
vastgesteld dat er wel een probleem is bij de audit, dient dit gemeld te worden (meldingsplicht).

5. Relatie met accounting-proces
Het accounting-proces zorgt ervoor dat alle financiële overzichten en statements betrouwbaar zijn.

0.1.4 Ondernemingsvormen

Onderneming Eenmansonderneming: zeer goedkoop, want enkel
een btw-nummer is nodig. Het risico bestaat echter dat
wanneer deze failliet gaat, de persoon in kwestie ook
Eenmansonderneming Vennootschap
(koopman, natuurlijke persoonlijk failliet is en een deurwaarder over de vloer
persoon)
krijgt.

Personen- Kapitaal- Vennootschap: pas na 3 jaar is de eigenaar niet meer
vennootschap vennootschap
persoonlijk aansprakelijk



Personenvennootschap: groep mensen die samen iets opstart waarvan de aandelen op naam staan
(Besloten Vennootschap)

Kapitaalvennootschap: aandelen die via de beurs verkocht worden en die verscheidene aandeelhouders
heeft (Naamloze Vennootschap)

VZW’s vallen hier niet onder, zij hebben dan ook een (recent) aangepaste regelgeving. Een VZW mag
economische activiteiten uitvoeren, maar mag de winst die deze oplevert niet aan zichzelf toekennen bij
stopzetting, maar wel aan een goed doel.

0.1.5 Algemeen beheersmodel onderneming
In grote bedrijven ziet het beheersmodel van de onderneming er als volgt uit. Het gaat dan om 3 aparte
groepen. In kleine bedrijven zitten vaak dezelfde mensen in de 3 groepen:

- Aandeelhouders
- investeren in aandelen van een organisatie/bedrijf (er ontstaat een geld-relatie)
- duiden bestuurders uit de RvB aan en keuren jaarrekeningen goed, alsook de resultaat-/winstdeling
(winst uitkeren aan bedrijf of aan aandeelhouders?)

Voorbeeld: Ford heeft aandelen A (voor de familie, 30%) en B (voor anderen, 70%). Voor elk
aandeel van A geldt een 10-voudig stemrecht, waardoor ze baas zijn over de organisatie

- Raad van Bestuur
- bepaalt de ondernemingspolitiek
- stelt het dividend vast
- benoemt de ondernemingsleiding

- Management
- voert de vastgelegde politiek uit (verantwoording afleggen aan RvB)
- zorgt voor het dagelijks beheer van de organisatie






, FV

0.1.6 Aandelen - rechten
- Lidmaatschapsrecht: inspraak/zeggenschap hebben in bedrijf wegens bezit van aandelen

- Vermogensrecht: recht op winstuitkering (dividend, slechts deel van winst) én recht op een evenredig
deel van het liquidatiesaldo (als bedrijf failliet gaat, ontvangen aandeelhouders het overgebleven geld
na verkoop)

- In beginsel evenredig met kapitaaldeel: telt verscheidene afwijkingen:
- Preferente aandelen: aandeelhouders hebben recht op dividend vóór andere aandeelhouders dat
krijgen en bij faillissement van bedrijf worden mensen met preferente aandelen eerst uitbetaald

- Stemrechtbeperkingen: aandeelhouders beschikken over aandelen, maar mogen niet stemmen
- Meervoudig stemrecht: elk aandeel telt voor 2 of meer stemmen

0.1.7 Groepsstructuur

Vennootschap A: moederbedrijf (heeft 100% van stemrecht in
Vennootschap A
vennootschap B en 51% stemrecht in vennootschap C)
100% 51%
—> Vennootschap A heeft dus beslissingsrecht in zowel B als
C (hoewel er voor sommige beslissingen een duidelijke
Vennootschap B Vennootschap C
meerderheid nodig is). A, B en C vormen één groep, geleid
door A.

A, B en C stellen allemaal apart een jaarrekening op, maar als groep lanceren ze een geconsolideerde
jaarrekening.

Groep als economische eenheid
Geconsolideerde financiële overzichten = financiële overzichten van een geheel van twee of meer
ondernemingen die een economisch geheel vormen

De overzichten geven weer hoe sterk een groep is als geheel en toont aan welk deel van de groep controle
heeft over een ander deel. De groep bepaalt i.f.v. de controlebevoegdheid.

Controle = bevoegdheid in rechte of in feite om het beleid van een andere onderneming te bepalen.
- in rechte: betrekking op aandelen
- in feite: moeilijke controle, want men dient na te gaan of het gaat om één groep

0.1.8 Double-entry accounting (dubbel boekhouden)
Dubbel boekhouden impliceert een dualiteit als basis van het registratieproces. Elke economische transactie
(elk ruilproces) kent daarom twee kanten:

1. Twee partijen
2. Twee aspecten: geven en nemen

De registratie van de economische transactie gebeurt dubbel (volgens complementaire aspecten), wat leidt
tot twee voordelen:
- Een rijkere informatie-inhoud
- Een natuurlijk evenwicht in de registratiemethode leidt tot een autocontrole in het informatiesysteem

Het systeem van dubbel boekhouden is daarom preventief, detectief en correctief. In elk systeem dat
gebruikmaakt van dubbelboekhouden, komen fouten meteen aan het licht (<—> enkel boekhouden).






, FV

0.1.9 Financiële overzichten
De Internationale Financiële Rapporteringsstandaarden (IFRS) dienen als basis bij financiële overzichten.
De aanpassing hiervan neemt zo’n 6-12 maanden in beslag.

Uitzondering: bij de aanpassing van de standaard naar aanleiding van de financiële crisis in 2008,
duurde het slechts 3 dagen om de standaard te wijzigen

Er zijn verscheidene financiële overzichten:
1. Jaarrekening
- Balans: geeft overzicht van vermogen (wat onderneming heeft qua vastgoed, machines, voertuigen,
openstaande klanten…) en de schulden

- Vreemd vermogen: schuld aan banken en leveranciers
- Passief versus actief vermogen: schulden versus inkomsten
- Verlies versus winst: meer schulden dan vermogen versus meer vermogen dan schulden

- Resultatenrekening: overzicht van wat aangekocht werd van goederen en uitgegeven aan huur,
leasing… (kosten) en wat de organisatie heeft verdiend (opbrengsten) + reden waarom er winst/verlies
is
- Toelichting: informatie en details over balans en resultatenrekening (wordt weinig gecontroleerd door
instanties, waardoor bedrijven de toelichting niet/half invullen)

2. Kasstroomoverzicht
- Operationele kasstroom: geld van klanten (om bv. goederen te betalen)

- Investeringskasstromen: gelden die gebruikt worden om te investeren (machines – wordt verkocht om
geld terug binnen te krijgen)

- Financieringskasstroom: obligaties afsluiten? Kredieten/leningen afsluiten? Geld moet wel worden
terugbetaald, dus kan positief of negatief zijn

3. Controleverslag
Een auditor geeft aan of de boekhouding/administratie in orde is of niet. Er zijn daarbij 3 opties:
- Onthouding: de auditor beschikt niet over voldoende informatie om een uitspraak te doen
- Afkeuring: foutieve boekhouding
- Goedkeuring: correcte boekhouding

4. Jaarverslag
Een uitgebreide jaarrekening bevat zowel cijfers als tekst.

- In wettelijke zin: tekst die uitleg geeft over cijfers van de jaarrekening om ontbrekende
boekhoudkundige kennis bij lezers te compenseren

- In ruime zin: over volledig jaar met grafieken, foto’s, tekst (doelstellingen etc.), wordt eerder ingezet als
marketinginstrument

0.1.10 Financial Statements
- Jaarrekening – Annual accounts
- Balans - Balance sheet (Statement of Financial Position)
- Winst-en-verliesrekening - Statement of Profit or Loss
- Toelichting - Notes to the accounts
- Kasstroomoverzicht – Statement of Cash Flows
- Controleverslag – Statutory Audit Report
- Jaarverslag – Annual Report to the Shareholders





, FV

De gebruikers van de jaarrekening zijn de volgende:
- Management: heeft dagdagelijks informatie nodig (Principal agent: hoe goed presteert management?)
- Aandeelhouders: investeren geld in bedrijf en willen er een dividend voor
- Werknemers: personeel is graag op de hoogte van huidige situatie en de draagkracht van een bedrijf
- Leveranciers: zal leverancier betaald worden voor activiteiten of niet?
- Klanten: willen weten of bedrijf zal overleven op LT
- Publiek: zoals buurtbewoners
- Potentiële investeerders: geïnteresseerde beleggers schatten toekomstig groeipotentieel in
- Kredietverschaffers: willen analyse van de financiële gezondheid (Verdien ik mijn investering terug?)
- Overheid: willen weten of er geen witwaspraktijken gebeuren en of het bedrijf belastingen zal kunnen
betalen

Doelstelling financiële overzichten (IASB)
“The objective of general purpose financial reporting is to provide financial information about the reporting
entity that is useful to present and potential equity investors, lenders, and other creditors in making decisions
about providing resources to the entity.”

Concluderend staan daarom vooral aandeelhouders, kredietverschaffers en potentiële investeerders
centraal als gebruiker. Deze groepen dienen voldoende informatie te krijgen om de organisatie draaiende te
houden.

Hoofdstuk 3


3.1 Balans en winst-en-verliesrekening als harde kern
Tijdperspectief van de rapportering
De resultatenrekening geeft als beginresultaat 0 euro kosten en opbrengsten. Bij elke factuur die
buitengaat, stijgen de kosten en opbrengsten. Op het einde van het jaar worden de facturen samengevoegd
en geeft dit winst (opbrengsten > kosten) of verlies (opbrengsten < kosten).


De winst-en-verliesrekening loopt over het hele jaar
Balans Balans Balans en geeft een balans op bepaalde momenten.
31/12/X0 31/12/X1 31/12/X2


< W/V Rekening > <W/V Rekening> De balans is een momentopname, terwijl terwijl de
20X1 20X2 winst-en-verliesrekening loopt over de hele periode
die ertussen zit.

Inhoud en structuur van de balans en de winst-en-verliesrekening
De structuur van de balans en winst-en-verliesrekening ligt wettelijk vast in standaarden en wetten. Toch
zien niet alle balansen en rekeningen er hetzelfde uit, omdat verscheidene boekhoudgegevens anders
worden geïnterpreteerd of geschat.

Voorbeeld: het is mogelijk om kleine winsten en verliezen aan te passen

Passiva en activa
De passiva (equities) zijn de bronnen van het vermogen (resources):
- De aandeelhouders (owners): geven geld om de onderneming op te starten
- Eigen vermogen (owners’ equity): investeren vaak eigen kapitaal in onderneming (maar niet altijd,
kan ook ander kapitaal zijn)

- Derden/schuldeisers (creditors): banken die leningen geven of leveranciers waarbij goederen
worden doorverkocht vooraleer de rekeningen betaald worden
- Vreemd vermogen (liabilities): schuld aan derden


, FV

De activa (assets) zijn ondernemingsmiddelen (sources of capital):
De ondernemingsmiddelen zijn de activa, waar middelen, gebouwen, machines… mee gekocht worden.
Goederen worden ook aangekocht en verwerkt of herwerkt, zodat ze klaargemaakt worden op verkoop. Het
gaat om een cyclus, want als goederen verkocht worden, verdient de onderneming geld.

Activa moet altijd gelijk zijn aan passiva.

Einde van de onderneming
De onderneming heeft een aantal activa. Indien de onderneming op een bepaald ogenblik stopt, moet het de
activa verkopen. De schulden worden bovendien betaald en wat overblijft is het eigen vermogen, wat wordt
uitgekeerd aan aandeelhouders.

Opgelet: dit kan ook negatief zijn, waardoor de aandeelhouders geen geld terugkrijgen. Hoewel ze
niets krijgen, hoeven ze ook geen geld op te leggen!

Opgelet: stichters kunnen wél verplicht worden om bij te leggen in schulden

Dit vertaalt zich in: Assets - liabilities (prioritaire claim van schuldeisers)
= owner’s equity (residuele claims van eigenaars)

Owner’s equity bestaat uit:
- Contributed capital: wat wordt ingebracht in de onderneming
- Earned capital: wat de onderneming aan winst verdient (een gedeelte wordt uitgekeerd aan
aandeelhouders, maar de onderneming houdt ook een deel voor zichzelf zodat het een buffer kan
opbouwen)

Voorbeeld: bij familiebedrijven wordt winst vaak uitgekeerd aan het bedrijf, omdat dat geld dan toch
binnen de familie blijft en als goede buffer dient

Structuur balans (horizontaal)
Assets Equity and Liabilities

Intangible assets/immateriële 943 Ordinary shares/kapitaal 2,455
vaste activa

Tangible assets/materiële vaste 1,988 Reserves/reserves 982
activa

Investments/financiële vaste 213 Retained profit/ingehouden winst 947
activa

Non-current assets/ 3,144 Shareholders’equity/ 4,384
vaste activa eigen vermogen

Inventories/voorraden 1,589 Provisions/voorzieningen 520

Receivables/ 973 Financial liabilities/financiële 1,500
handelsvorderingen schulden

Cash at bank/geldmiddelen 881 Trade liabilities/handelsschulden 359

Deferred charges/overgedragen 176
kosten

Total/totaal 6,763 Total/totaal 6,763


De boekhouder kijkt naar alle kosten en opbrengsten en kent deze toe aan de juiste periode, zodat de
winsten en verliezen zo correct mogelijk berekend worden.






, FV

Assets
Tangibles: gewone vaste activa (tastbaar)
Investments: aandelen die bedrijf koopt met de bedoeling om ze op LT bij te houden (gaat
meestal om ondernemingen in dezelfde groep, bv. dochterondernemingen)

Intangible assets, tangible assets en investments vormen samen de non-current assets.

Equity and liabilities
Reserves: bedrijf reserveert stuk van de winst (wettelijk: verplicht volgens de wet, er wordt
statutair vastgelegd dat bepaalde zaken in het bedrijf moeten blijven)
Retained profit: winst overgedragen naar het volgende jaar
Provisions: er is een bepaalde schuld, maar het bedrijf weet niet wanneer dit betaald zal worden
(bv. er moet een nieuw dak gelegd worden, maar ik weet niet wanneer, dus ik spaar
er al voor)
Financial liabilities: schulden aan banken
Trade liabilities: schulden aan leveranciers

Ordinary shares, reserves en retained profit geven samen de shareholders’ equity.



Structuur balans (verticaal)

Non-current assets

Intangibles 943

Tangible assets 1,988

Investments 213 3,144

Current assets

Inventories 1,589

Receivables and prepaid 1,149

Cash at bank 881

3,619

Creditors due in less than one year (359)

Net current assets 3,260

Creditors due in more than one year (1,500)

Provisions (520)

Total 4,384

Equity 4,384


Het is belangrijk om zo veel mogelijk winst en verlies door te rekenen naar het volgende jaar! Om de winst
of het verlies van een onderneming te berekenen, is de volgende berekening vereist:

Verkoopopbrengsten (verwezenlijkingen) — kosten (inspanningen) = winst of verlies (geleverde prestatie)

Actiefzijde: Het meest vaste staat bovenaan, wat liquide is (het geld), staat onderaan
Passiefzijde: Het eigen vermogen staat bovenaan (van LT, naar MLT en KT)




, FV

Accrual versus cash basis
1. Accrual basis
- De kosten en opbrengsten m.b.t. geleverde of verkochten diensten wordt zoveel mogelijk samen
geboekt, los van het betalingsmoment (matching principe)

- Maatstaf voor winstgevendheid van economische activiteiten gedurende een boekhoudperiode

2. Cash basis
- Er zijn enkel opbrengsten wanneer er geld wordt geïnd en er zijn enkel kosten wanneer er uitgaven
worden betaald (pas dan komt boekhouding tot stand)

- Er is bijgevolg geen onderlinge koppeling van kosten en opbrengsten

- Er is geen maatstaf voor winstgevendheid mogelijk

Voorbeeld: de justitiepaleizen werden verkocht om ze daarna te huren, waardoor de overheid een
grote kost uitspaarde in dat boekjaar. Het probleem hiermee is dat de overheid nu meer kosten
heeft met het huren dan dat de verkoop toen opleverde aan opbrengsten.

Voorbeeld: de overheid hield de pensioenen van Proximus bij, waardoor de overheid in dat jaar grote
opbrengsten ontving (maar dit is vertekend)

De meest voorkomende vorm is accrual basis!

Structuur winst-en-verliesrekening
Omzet 5.356
Grond- en hulpstoffen 1.739
Bezoldigingen 783
Afschrijvingen 462
Externe diensten 873 (3.857)
Winst vóór rente en belastingen 1.499

(362)
Rente
Winst vóór belastingen 1.137
Belastingen (384)
Netto winst 753

Omzet: verkopen
Bezoldigingen: personeelskost (lonen)
Afschrijvingen: geeft levensduur van bv. gebouwen of machines weer (bv. computer gaat 3 jaar
mee, dus zo schrijf ik die af)
Externe diensten: elektriciteit, water, verzekeringen…

Winst voor belastingen geeft de winst zonder aftrek van interesten op bijvoorbeeld leningen, leasings…






, FV

Structuur winst-en-verliesrekening (alternatief)
Omzet 5.356

Kostprijs omzet (2.601)

Bruto marge -> 2755

Verkoopkosten 382

Administratiekosten 874 (1.256)

Winst vóór rente en belastingen 1.499

Rente (362)

Winst vóór belastingen 1.137

Belastingen (384)

Netto winst 753


Verkoopkosten: vertegenwoordigers op de baan (voorbeeld)
Administratiekosten: boekhouding

Toewijzing kostensoorten
Kostensoorten wijzen op de kosten die vervat zitten in de boekhouding

Kostprijs omzet Verkoopkosten Administratiekosten

Bezoldigingen Arbeiders Vertegenwoordigers Accountants

Afschrijvingen Productiehal Wagenpark Administratiegebouwen


Bij bezoldigingen worden arbeiders (zit in kostprijs van omzet, want gaat om mensen die iets produceren),
vertegenwoordigers (mensen op de baan) en accountants (boekhouders).
Bij afschrijvingen gaat het om de productiehal (fabriek), het wagenpark (waar wagens van
vertegenwoordigers staan) en gebouwen (waar het hoofdkwartier zit).

Boekhoudkundige equatie
In het jaar 2021 wordt een heel jaar gewerkt, wat leidt tot kosten en opbrengsten. Daarna wordt een dividend
uitgekeerd, waardoor het netto-actief afneemt. Daarna wordt opnieuw het netto-actief berekend.

Doel: elk jaar moet de netto actief stijgen zodat het bedrijf kan groeien


Eigen vermogen .= activa — schulden

1 jan. 20X1 Kapitaal 1/1 + Ingehouden winst 1/1 .= netto actief 1/1 (NA)

W/V rekening
jaar 20X1

Gedurende Opbrengsten = Toename NA
20X1 - Kosten = Afname NA

+ Winst
(- Verlies)

- Dividend .= afname NA

31 dec. 20X1 Kapitaal 31/12 + Ingehouden winst 31/12 .= netto actief 31/12

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MPCUAntwerpen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.00. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.00  3x  sold
  • (0)
  Add to cart