Gebitsontwikkeling, Occlusie En Articulatie (MHVP1CLL3B)
Summary
Samenvatting Occlusie, articulatie en gebitsontwikkeling
48 views 2 purchases
Course
Gebitsontwikkeling, Occlusie En Articulatie (MHVP1CLL3B)
Institution
Hanzehogeschool Groningen (Hanze)
Book
Gebitsontwikkeling bij de mens
Dit document bevat aantekeningen van de colleges Occlusie & articulatie en gebitsontwikkeling. Daarnaast samenvatting van het boek gebitsontwikkeling. Ook aantekeningen van college mondhygienist in de orthodontiepraktijk zijn hier te vinden.
Gebitsontwikkeling, Occlusie En Articulatie (MHVP1CLL3B)
All documents for this subject (8)
Seller
Follow
judithdehaan
Content preview
Aantekeningen college: Occlusie en articulatie kauwstelsel
- Occlusie = elk statisch contact tussen een of meer elementen van de OK met een of meer
elementen van de BK
- Maximale occlusie (MO) = ICP (intercuspal contact position) = de occlusie waarbij de tanden
en kiezen maximaal contact maken. Kaakkopje staat iets ventraal ten opzichte van de as
kaakkom.
- Centrale positie / relatie = de positie waarbij het kaakkopje in zijn meest dorsale stand staat
- Centrale occlusie (CO) = als de centrale positie/relatie samenvalt met de maximale occlusie
dan is er sprake van centrale occlusie, kaakkopje in de meest dorsale positie.
Ideale occlusie en articulatie
Cuspidaten van BK staan achter de cuspidaten van de OK
Bij de Angle classi catie wordt er gelet op de relatie tussen de mesiobuccale knobbel van de
eerste ondermolaar ten opzichte van de elementen in de bovenkaak. Ook speelt relatie tussen
onder- en bovenincisieven een rol. Hierin zijn verschillende klassen verdeelt, bij een ideale
occlusie is dit klasse 1. Bij klasse 3 ligt de onderkaak verder naar voren dan de BK, de
mesiobuccale knobbel ligt veel verder naar voren. Bij klasse 2 ligt de bovenkaak verder naar
voren dan de OK, de mesiobuccale knobbel ligt verder naar achter.
Tanden en kiezen van de maxima en mandibula dienen zodanig met elkaar in contact te komen
dat:
- Er optimale uitoefening van functie mogelijk is (kauwen en spreken)
- Ondersteunende weefsels minimaal belast worden
- Elementen gelijkmatig belast worden
Ideaal beeld is bij frontaal aanzicht maximale occlusie:
- Door samenvallende mediaanlijn BK en OK
- Evenwicht
- Symmetrie (links en rechts ziet er hetzelfde uit)
Buccaal aanzicht maximale occlusie:
- Interdirigatie: alle elementen staan op de anatomische meest voorkomende karakteristieke
manier in elkaar gegrepen, hierbij staat het kaakgewricht in een ongedwongen natuurlijke
positie
- Zaagtand fenomeen: 1 element maakt occlusaal contact met 1 of 2 antagonisten
Er zijn 2 verschillende vormen tanden —> voor optimale verdeling van verticale krachten:
- Dragende knobbels (functional / working cusps) = palatale knobbels BK en buccale knobbels
OK. Ze maken contact met de ssuur van de antagonist, hebben een kauwfunctie.
- Niet-dragende knobbels ( non-functional / balancing cups) = buccale knobbels BK en linguale
knobbels OK. In de BK de buitenkant van de elementen (buccaal) houden de wangen weg, dus
deze dragen niet bij aan de occlusie, dus niet-dragende knobbels. De linguale knobbels in de
OK houden de tong weg waardoor je niet op je tong bijt, dragen niet bij aan
occlusie en articulatie
Curve van von Spee volgt de kromming van het occlusale vlak van de OK vanaf
de rand van de onderste snijtanden over alle buccale knobbels t/m de achterste
kies. (laterale vlak)
Curve van Wilson is de van frontaal gezien mediolaterale curve die de buccale en
linguale knobbels van de molaren aan weerszijden van de boog verbindt.
(horizontale vlak
fi fi
,Beethoogte = verticale dimensie = morfologische gezichtshoogte = de maat tussen 2
willekeurige punten op de middenlijn, 1 punt boven de mond en 1 punt onder de mond met de
elementen in occlusie.
Rustpositie = als je rechtop, in ontspannen houding, de kaakspieren ontspant, zakt de kaak een
beetje open -> de peethoogte wordt groter. Er ontstaat een nieuwe gelaatshoogte, de
rustgezichtshoogte.
Free way space = verschil tussen beethoogte en rustgezichtshoogte
Stabiele occlusie = de verhouding tussen de belasting en de belastbaarheid van de
gebitselementen en hun direct aangrenzende verankerde structuren. Heeft 6 voorwaarden:
1. Gelijktijdig contact tussen de elementen
2. Gelijkmatige verdeling van belasting
3. Zo groot mogelijk aantal elementen
4. Aaneengesloten gebitsboog
5. Egale curve van Spee
6. Ruimtelijk aangepast occlusiepatroon
Veel voorkomende afwijkingen:
• Voortijdig (prematuur) contact
• Ongelijkmatige verdeling belasting
• Minder contacten dan noodzakelijk
• Onderbroken gebitsboog
• Hindernissen en bewegingsbeperkingen maken geprogrammeerde kauwbeweging onmogelijk
• Ruimtelijke oriëntatie is niet meer het oorspronkelijke vlak van occlusie
Articulatie = De verzameling van posities in het kaakgewricht en de onderkaak met de
gebitselementen ten opzichte van de bovenkaak met de gebitselementen tijdens de beweging. Is
afhankelijk van:
- Bewegingsmogelijkheden kaakgewricht
- Maximale mondopening (wordt begrens door spieren en banden)
- Vorm van de elementen
Kaakbewegingen
• omlaag = depressie
• omhoog = elevatie
• naar voren = protrusie
• opzij = laterotrusie
• naar achteren = retrusie
Kaakrelatie = positie van de onderkaak ten opzichte van de bovenkaak
Grensbewegingen worden aangegeven in guur van Posselt. De guur geeft de bewegingen die
de onderkaak maximaal kan maken weer. Deze bewegingen zijn beschreven vanuit het
middelpunt tussen de beide centrale onderincisieven. Bij kauwen en spreken wordt nooit gebruik
gemaakt van alle maximale mogelijkheden.
Gewrichtskraakbeen
Gewrichtsholte
Kapsel
Synoviale vloeistof
Ligamenten
Zenuwen en bloedvaten
Beweging van het kaakkopje werkt als pomp voor doorbloeding van de bilaminaire (retrodpscale)
zone (binnen het kapsel).
Kauwspieren (alle geënerveerd door n. trigeminus)
1. M. masseter: Heeft twee gedeeltes namelijk oppervlakkig en diep. Het is een krachtige spier
die zorgt voor kauwkracht. Zorgt voor elevatie en deels protrusie, retrusie en laterotrusie.
2. M. temporalis: Heeft drie gedeeltes namelijk anterior: elevatie, middel: elevatie, retrusie en
laterotrusie en posterior: elevatie + retrusie. Zorgt voor coördinatie van sluitbewegingen.
3. M. pterygoideus medialis: is de agonist van m. masseter aan de binnenzijde van de
mandibula. Zorgt voor elevatie, protrusie, retrusie en eenzijdige laterotrusie.
4. M. pterygoideus lateralis: Heeft twee gedeeltes namelijk pars superior: actief tijdens sluiten en
pars inferior: protrusie.
Overige belangrijke spieren:
M. digastricus venter anterior en posterior = depressor
mm. Supranyoidei + mm. infrahyoidei = coördinatie mandibula
mm. sternocleidomastoidei en overig = stabiliseren en roteren schedel.
Spierfunctie heeft invloed op gebitsontwikkeling.
Elementen moeten bestand zijn tegen krachten die erop uitgeoefend worden, daarom gezond
element en gezond parodontium noodzakelijk maar ook een juiste stand van het element zodat de
krachten goed opgevangen kunnen worden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller judithdehaan. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.98. You're not tied to anything after your purchase.