EBP college 1
Variabele = eigenschap van een persoon of object dat varieert. Het is een kenmerk van de te
onderzoeken ‘eenheid’ heeft een bepaalde waarde. De waarde van de variabele wordt gemeten.
In onderzoek meestal twee of meer variabelen:
- Onafhankelijke variabele: wat manipuleert of waar je op selecteert. Ander woord ervoor is
voorspellende maat. In de PICO de I en C (samen 1 variabele).
- Afhankelijke variabele: De uitkomst ook wel uitkomstmaat, dat wat je meet. In de PICO de O.
Meetniveaus
Categorisch
- Nominaal: Je hebt een naam van iets maar je kunt het niet op een bepaalde volgorde zetten.
Bijv. je kunt bepaalde studies niet op een bepaalde volgorde zetten, alleen zeggen dat ze een
naam hebben. Je kunt er niet aan reken. Komt van nomen =
- Ordinaal: Je kunt het een naam geven en op een volgorde zetten. Je kunt er niet aan rekenen.
Bijv. de opleidingsniveaus op een rijtje zetten VMBO / HAVO / VWO. Komt van orde = er zit
orde in / je kunt het in een rijtje zetten.
Continue
- Interval: Als je naast dat je het op een rijtje kan zetten ook gelijke verschillen tussen de
groepen hebt en je er dus mee kunt rekenen. Temperatuur in graden Celsius.
- Ratio: Heeft een betekenisvol nulpunt. Temperatuur in Kelvin, lengte en snelheid, 0 betekent
niks.
EBP college 2
Dichotome variabele = Nominale variabelen die slechts twee waarden kennen. Het is ja of nee,
licht is aan of uit.
Discrete variabele = Variabelen die alleen hele waarden aan kunnen nemen. Ze kunnen een hoog
meetniveau hebben. Je kunt geen halve waarden hebben zoals 7,5 eetmomenten op een dag.
Waar moet een experimenteel onderzoek aan voldoen?
- Interventie (manipulatie) : Veranderen één ding (tussen groepen), houd de rest gelijk
- Onderzoek het e ect op de uitkomstmaat (afhankelijke variabele)
- Als er geen interventie is dan is het ook geen experiment.
- Spreek alleen bij experimenteel onderzoek over: E ect, invloed of oorzaak.
Onderzoeksdesigns
Systematic review / meta-analysis: Onderzoeksvraag beantwoord aan de hand van vele eerdere
onderzoeken. Systematisch verzameld. Meta-analyse = Data van oorspronkelijke onderzoeken
wordt gebruikt. Systematic review = Uitkomsten van oorspronkelijke onderzoeken worden
gebruikt.
Randomnised controlled trial (RCT): Gerandomiseerd gecontroleerd onderzoek is experimenteel
onderzoek. Varieer een aspect en houd de rest gelijk.
Cohort studies: Grote groepen mensen volgen. Meestal prospectief (vooruit in de tijd). Zeer
kostbaar.
Case-control studies / patiënt-controle: Patiënten matchen aan gezonde controles. Meestal
retrospectief (terugkijken in de tijd).
Case series, case reports / patiëntserie, gevalsbeschrijving: Kenmerken van patienten met
dezelfde aandoening in kaart gebracht. Aanleiding voor theorievorming of vervolgonderzoek.
Sommige aandoeningen zijn zo zeldzaam dat alle informatie uit deze typen onderzoek komt.
Editorials, expert opinion
ff ff
, Populaire bronnen / websites: Zijn voor algemeen publiek en minder diepgaand. Auteur is vaak
een persoon / instantie. Auteur is meestal geen expert. Meestal een secundaire bron.
Wetenschappelijke artikelen: Voor professionals en wetenschappers. Er is vakkennis voor
vereist. Auteurs zijn vaak team experts. Peer reviewd, allemaal experts uit het veld kijken het
artikel na. Meestal een primaire bron. Verzameld in wetenschappelijke tijdschriften.
Doel van tekst
Amuseren = Van satire tot sensatie
Informeren = Wetenschappelijk artikel,
Overtuigen = Opiniestuk
Overhalen / activeren = Reclame, blogspot
Vragen die je jezelf kunt stellen:
Wie heeft deze informatie geschreven? Is dit gecheckt?
Hebben de auteurs een commercieel belang bij het schrijven van de tekst?
Wie is het beoogde publiek? Is dit geschreven voor leken of voor professionals?
Verwijst de tekst naar zijn bronnen? Kun je deze bronnen achterhalen?
Zijn er andere bronnen die deze conclusie bevestigen?
Random en blinde experimenten
Bij experimenten onderzoeken wordt vaak gebruik gemaakt van randomisatie
Als eerste mensen zoeken voor steekproef, voor bijv. experiment invloed van suiker op gedrag
kinderen. Het verdelen van de mensen over groepen gaat willekeurig / random = randomisatie
Bij randomisatie zijn eigenschappen van individuen waarschijnlijk verdeeld over gelijke groepen.
Redelijke zekerheid dat de verschillend die je vindt komen door bijvoorbeeld de voorkeur van de
kinderen (ik wil graag in de snoepgroep)
Naast het willekeurig toewijzen van de proefpersonen aan een groep is het ook handig om er voor
te zorgen dat de proefpersonen niet weten in welke groep ze zitten = blinde studie
Door ervoor te zorgen dat zowel proefpersonen als onderzoeker / observator niet weet in welke
conditie de proefpersoon is voorkom je dat je de resultaten beïnvloedt = dubbel blinde studie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller judithdehaan. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.42. You're not tied to anything after your purchase.