100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting kennislijn filosofie en psychologie sow leerjaar 2 (HAN) $7.55   Add to cart

Summary

samenvatting kennislijn filosofie en psychologie sow leerjaar 2 (HAN)

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

samenvatting van alle colleges filosofie en psychologie leerjaar 2

Preview 4 out of 35  pages

  • November 22, 2021
  • 35
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Kennislijn Psychologie & Filosofie

College 1 - Cultuur & erkenning


Begrippen:

Filosofie
Empowerment = Een proces van versterking waarbij individuen, organisaties en gemeenschappen
greep krijgen op de eigen situatie en hun omgeving en dit via het verwerven van controle, het
aanscherpen van kritisch bewustzijn en het stimuleren van participatie.

Identiteit = Hoe zit ik als persoon in elkaar? Individu. Wat zijn mijn normen en waarden, waar wil ik
bij horen?

Mono-identiteit = Mensen in één hokje plaatsen.

Meervoudige identiteit = Mensen in meerdere hokjes plaatsen.

Multiculturalisme = Uitgaan van de gelijkwaardigheid van verschillende culturele gemeenschappen
binnen een bepaald afgebakend bestuurlijk gebied (Van Dale) / Het bij elkaar leven van verschillende
culturen binnen één samenleving.

Normatief multiculturalisme = We moeten al het gezamelijke herkennen en het unieke/andere
erkennen. Alle verschillen moeten we waarderen en zijn belangrijk. (multiculturalisme). Er is een
grens. Alles mag tot er iemand ontoelaatbaar lichamelijk wordt geschaad. (normatief - consensus)

Communitarisme = Filosofie over gemeenschap / groep. Over het belang van de groep. Charles Taylor
is een communitarist, dus kijkt naar de groep.

Erkennen = goedkeuren

Rechtvaardigheid = Juist en eerlijk handelen naar de situatie.

Gelijkheid = In gelijke behandeling voor de wet.

Gelijkwaardigheid = Niet 100% gelijk, maar wel gelijk van niveau/waarde.

Cultureel relativisme = De opvatting dat culturen niet eenvoudigweg met elkaar vergeleken kunnen
worden. Normen en waarden zouden niet universeel zijn, maar slechts begrepen kunnen worden uit
de cultuur waarin ze zijn ontstaan. (In mijn cultuur is het niet oke, maar in een andere cultuur is het
normaal)

Normatief universalisme = Culturen dienen van dezelfde rechten uit te gaan. Tegenovergesteld aan
cultureel relativisme.

Diversiteit = Datgene waarin mensen van elkaar verschillen. Culturele diversiteit: Een
verscheidenheid van culturen binnen een samenleving.

,Differentie = verschillende

Culturele competentie = Rekening houden met de culturele achtergrond van de ander.




Psychologie
Stereotypen = Algemene ideeën die we hebben over een groep als geheel, waardoor we
verwachtingen hebben over de individuele leden van die groep.

Stereotypering = Het toeschrijven van kenmerken aan een persoon puur omdat hij tot een sociale
groep behoort.

Schema's = 'Denkcategorieën' die het inschatten van mensen en situaties eenvoudiger maken.

Confirmation bias = De neiging om te zoeken naar informatie die overeenkomt met onze
verwachingen en overtuigingen.

Vooroordelen = Negatieve houdingen, overtuigingen en gevoelens tegenover iemand omdat hij lid is
van een bepaalde groep.

Discriminatie = Onterecht onderscheid maken, waarbij je de ene groep benadeelt ten opzichte van
anderen.

Dehumanisering = Zo praten over mensen dat ze geen mensen zijn. Ze worden niet meer gezien als
mens.

In-group = De groepen waar je zelf toe behoort.

Out-group = De groepen waar je zelf niet toe behoort.




Leerdoelen:

Filosofie

 Je hebt kennis van verschillende filosofen met betrekking tot de thema's cultuur, erkenning
en diversiteit.
 Je herkent deze filosofische thema's in de samenleving van nu en begrijpt wat deze te maken
heeft met jou beroep.



Psychologie

 Je weet wat het effect is van vooroordelen en stereotypen op contact maken.

,  je kunt vooroordelen en sterotypering herkennen bij jezelf en een ander.




Notities:

Filosofie
Charles Taylor (1931): Normatief Multiculturalisme

 We moeten al het gezamelijke herkennen en het unieke/andere erkennen. Alle verschillen
moeten we waarderen en zijn belangrijk. (multiculturalisme)
 communitarist = iemand die kijkt naar de groep.
 Er is een grens. Alles mag tot er iemand ontoelaatbaar lichamelijk wordt geschaad.
(normatief - consensus)
 Normatief multiculturalisme staat precies tussen cultureel relativisme en normatief
universalisme.




Amartya Sen (1933): Multiple identity

 Niet in één hokje plaatsen
 In een persoon gaan meerdere identiteiten schuil.
 Mensen zijn niet gelijk, iedereen hoort namelijk tot verschillende groepen.
 Als we mensen alleen maar op hun mono-identiteit aanspreken zorgt dat voor geweld.
Daarom moet worden gekeken naar meervoudige identiteit.




Iris Marion Young (1949-2006): Uniforme standaards leiden tot ongelijkwaardigheid

 Mensen zijn niet gelijk, maar we beschouwen mensen als gelijk.
 Mensen zijn gelijkwaardig.
 Gelijkheid is niet hetzelfde als gelijkwaardigheid.


Axel Honneth & Nancy Fraser: borduren voort op theorie van Young

 Zeggen beide dat er ongelijkheid is in de wereld.
 beide hebben hier andere redenen voor:

1. tot eind jaren '80: socio-economische gelijkheid

, 2. vanaf eind jaren '80: erkenning van verschil

 twee mogelijke oorzaken van deze shift:
 socio-economische gelijkheid onhaalbaar = negatieve interpretatie
(Fraser)
 verhoogde gevoeligheid voor sociaal disrespect = positieve
interpretatie (Honneth)
 Wat is er nodig voor succesvol erkennen van verschil:

1. Wegwerken van verschil normaal en abnormaal.
2. Wegnemen van verborgen (waarde)onderscheid.
3. Herwaardeer gedevalueerde indentiteiten. (identiteiten die minder waard zijn
geworden weer herwaarderen)
4. Culturele identiteit erkennen


Beroepscode voor de sociaal werker niet gebruiken. Is officieel geen beroepscode. Hierin staat dat je
informatie over de cliënt zonder toestemming mag delen met anderen. Wel gebruiken: beroepscode
voor professionals in sociaal werk, beroepscode sociaal pedagoog, mw, jeugdzorgwerker.




Psychologie
Eerste indruk = sociale categorisatie



Wij en Zij - ingroup en outgroup

 De groepen waar je zelf toe behoort = wij / ingroup
 De groepen waar je zelf niet toe behoort = zij / outgroup
 Deze indelingen of categorisaties zijn flexibel en afhankelijk van de context.
 ingroup favoritisme: we bevooroordelen mensen die we tot de ingroup vinden behoren.
 De outgroup wordt als meer homogeen gezien. De leden van de outgroup vinden we meer
op elkaar lijken.


Stereotypen: algemene ideeën die we hebben over een groep als geheel, waardoor we
verwachtingen hebben over de individuele leden van die groep.

Stereotypering: Het toeschrijven van kenmerken aan een persoon puur omdat hij tot een sociale
groep behoort.

Stereotypen kunnen functioneel en helpend zijn:

 Het woord stereotype heeft veelal een negatieve lading, maar stereotypen hebben wel
degelijk een functie.
 Het zijn 'denkcategorieën' die het inschatten van mensen en situaties eenvoudiger maken >
ook wel schema's.
o We kunnen hierdoor snel afstemmen op de ander in het contact
o Soms helpen ze onszelf beschermen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller aajsmits. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.55. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67866 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.55
  • (0)
  Add to cart