100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting FM & Technologie $7.86   Add to cart

Summary

Samenvatting FM & Technologie

 38 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

In dit document heb ik alle stof samengevat van FM & Technologie. Ook de informatie van de colleges staan hierin. Het volgende mist in de samenvatting: Huisvestingmanagement H2.3, 8.1, 8.2.2, 16.1 en 16.2 Bedrijfseconomie H8.1, 8.2, 8.4 - 8.6 en 16 Aan het einde van het document staan de dingen...

[Show more]

Preview 4 out of 51  pages

  • November 22, 2021
  • 51
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting. De werkende organisatie
Hoofdstuk 2.3 Huisvesti ng (Wat is facility management)

Huisvesten = onderdak bieden
- Gebouw als beleggingsobject  financieel rendement willen behalen
- Vastgoedmanager behartigt de belangen van de gebouweigenaar
- Verschil vastgoedmanager en FM: Fm richt zich op het intern ondersteunen van primaire
bedrijfsproces
- Vastgoed kan een belangrijk strategisch bedrijfsmiddel zijn
 Welke markt
 Wat is het imago
 Bedrijfscultuur
 Missie en waarden
 Doelen
Makelaar = hiermee worden de huurprijs en de huurtermijn afgesproken
Vastgoedbeheerder = draagt zorg voor onderhoud van het gebouw
Eigenaar = wil zo lang mogelijk het pand verhuren voor en zo hoog mogelijke prijs
Eigenaarsbelang = één die zo hoog mogelijke bezetting wil en één die zich zal inzetten voor een
optimale hoeveelheid kantooroppervlak  FM tegen vastgoed
Gebouwmanagement = in Nederland wordt meer op de dienstverlening aan de gebruiker gefocust,
op operationeel en tactisch niveau
Financiële positie = strategische vastgoedkeuzes hebben hier invloed op
Locatiekeuze = keuze heeft effect op zichtbaarheid en uitstraling van het bedrijf, bereikbaarheid,
veiligheid, kosten

Branchespecifieke gebouwtypen
Branche Gebouwtypen
Zakelijke dienstverlening  Kantoorgebouw
 Call center
Zorgsector  Ziekenhuis
 Verpleeghuis
 Verzorgingshuis
Onderwijs  Schoolgebouw
 Laboratorium
 Auditorium
Industrie  Fabrieksgebouw
 Loods, opslagruimte
Centrale overheid  Regeringsgebouw
Decentrale overheid  Provinciehuis
Lokale overheid  Gemeentehuis
Logistiek  Remise
 Stationsgebouw
 Luchthaventerminal
Retail  Winkel
Maatschappelijke voorziening  Sporthal
 Zwembad
 Buurthuis/ wijkgebouw
Nutsbedrijven  Energiecentrale
Woningcorporaties  Sociale-huurwoningen
 Kantoren

,  Maatschappelijke vastgoed
Kantoorhoudende organisaties = wanneer bedrijven ook gebruik maken van kantoorgebouwen
naast branchespecifieke gebouwen
Hoge intensiteit FM = bij kantoorhoudende organisaties, gast/ gebruiker komt vaak in aanraking met
de facility manager
Lage intensiteit
Informatie die makelaar nodig heeft
 Vloeroppervlak
 Specificatie bijzondere ruimtes en functies
 Budget
 Wensen qua locatie
 Gewenste parkeercapaciteit
 Gewenste zichtbaarheid, uitstraling

Bruto vloeroppervlak = aantal medewerkers vermenigvuldigen met de oppervlakte die nodig is voor
één werkplek. Inclusief buitenmuren, gangen, trappenhuizen en liftschachten, Gemeten vanuit de
buitenkant van de gevel.
Netto vloeroppervlak = de oppervlakte van een ruimte of een groep ruimten, gemeten op
vloerniveau, tussen de begrenzende opgaande scheidingsconstructies van de afzonderlijke ruimten
Functioneel nuttig vloeroppervlak (FNO) = som van de oppervlakten van alle gebruiksruimten,
waarin indelingsverlies niet is meegeteld. (nu achterhaald)
 Efficiëntie verhouding FNO/BVO
NEN 2580 = een norm waarin de oppervlakten zijn gedefinieerd. Het geeft termen, definities, en
bepalingsmethoden voor de oppervlakten van terreinen met een bouwbestemming en voor de
vloeroppervlakten en inhouden van gebouwen of delen daarvan.
Bezettingsgraad = percentage dat aangeeft in welke mate de totaal beschikbare capaciteit
daadwerkelijk benut wordt

Flexibel werken = het niet hebben van een vaste werkplek  clean desk policy
Aanwezigheidspieken = momenten waarin heel veel medewerkers op kantoor zijn
Tijd- en plaatsongebonden werken = hierdoor veel leegstaande kantoren
 Ook veel verouderende gebouwen & te veel
Ruimtebeheer = een verzamelnaam voor de volgende activiteiten:
 Inventarisatie & toedeling van ruimte
 Beheer van gemeenschappelijke ruimten
 Inrichting van ruimten
 Bewegwijzering
 Groenverzorging & kunstbeheer
Decentrale voorzieningen = ‘eigen’ ruimten, afdelingswerkplekken, pantry’s op eigen afdeling ‘
Voordelen centraal
- Effectief en efficient beheer
- Goedkopere dienstverlening
- Ruimten die cultuur en dienstverlening kunnen stimuleren
Nadelen centraal:
- Tijdens piekuren kan vraag groter zijn dan aanbod
- Mensen voelen zich minder verantwoordelijk

,Programma van eisen = lijst met eisen waar een product precies aan moet voldoen
 Relatiediagram = relatie tussen welke functies wel en niet bij elkaar geplaatst moeten
worden (primair, secundair, antirelaties)
Vlekkenplan = een schema in de vorm van een plattegrond waarin ‘vlekmatig’ alle functies zijn
ingedeeld op basis van gewenste onderlinge relaties en de totaal vereiste minimunoppervlakte
 Ontwerpen algemene voorzieningen
Wandenplan = hierin wordt bepaald waar de scheidingswanden komen  relatie met
organisatiecultuur  structuur gebouw
 Indelingsmogelijkheden
 Stramien (waar binnenwanden op kunnen worden geplaatst)
Inrichtingsplan = geeft informatie over de plaats van meubilair in de verschillende ruimten
 Arbeidsomstandigheden  Arbowet
 Belangrijk: welke inventaris, waar is bekabeling nodig, waar moet wat worden geplaatst,
kosten, beheer inventaris na oplevering’
 Gebruikersoverleg

, Hoofdstuk 3 De dynamiek rond de werkomgeving
3.1 Inleiding

- verleden: accent op huisvesting en facilitaire diensten  Industriële revolutie  verandering
- ‘verandering is de enige constante’  uitdaging  meewerken  fysieke en virtuele
omgeving belangrijk

3.2 Het belang van scenario’s

- FM moet zich ook bezighouden met innovatie op basis van toekomstige verwacht
ontwikkelingen
- Scenario’s bedenken = mogelijke, alternatieve toekomstbeelden die op basis van huidige
waargenomen ontwikkelingen kunnen worden onderscheiden
- Veel besluiten hebben langdurig effect  lastig door snelle ontwikkelingen en exponentiële
tijden = grote veranderingen die elkaar steeds sneller opvolgen
- Dynamiek door sneller stijgen en groeien
 Internet  geen post
 Google  geen encyclopedie
 Social Media  hierdoor politieke aardverschuivingen
 Tot ons nemen van info  niet meer onthouden
 BRIC-landen  welvaartsverschuiving
 Smartphone  hardware kleiner, mogelijkheden sneller en groter
- Monofunctionaliteit maakt plaats voor diversiteit  reactie op globalisering  mensen
willen niet meer mee met de massa
- Doorvoeren van nieuwe combinaties zorgen diversiteit  vervaging/ blurring  bv naast
eten en drinken ook een werkplek
- Scenario’s voor toekomst, 3 factoren: mens, technologie, duurzaamheid

3.3 Invalshoek 1: de mens verandert

- Maatschappelijke generaties  mens is gevormd door sociale omstandigheden en
historische gebeurtenissen van hun jeugd
- Generaties zullen elkaar sneller opvolgen en verschillen minimaliseren  generaties
categoriseren nodig?

 Goede balans zoeken tussen werk en privé
- Meer mensen combineren werk en gezin
- Informatie technische ontwikkelingen maakt het mogelijk om altijd en overal productief te
zijn
- Mobiliteit en flexibiliteit
- Periode van industrialisatie achter ons laten
- Stammen  agrarische activiteiten  gilden  industrialisatie
- Patroon van kantoormedewerker verandert door internet en sociale media  flexwerken 
oplossing voor openbaar vervoer en vrouwen met kinderen kunnen werken

 Feminisering van de maatschappij
- Immaterieel, spiritueel, zacht van aard, open netwerkprincipe
- Verschuiven meer naar dienstverlening i.p.v. productie
- Masculien gedrag wordt ontmoedigd
- Opkomst van vrouwelijke managers en toename hoger opgeleide mannen
- Meer aandacht sociale aangelegenheden  eerst leven voor werken

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mariaidadj45. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.86. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

78767 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.86
  • (0)
  Add to cart