Hoofdstuk 1:
Bestuurskunde stelt de overheid centraal. Bestuurskunde is de kunde van het besturen. De
bestuurder is iemand die stuurt, de richting geeft. Bestuurders zijn: wethouders,
gedeputeerden of de ministers. De invalshoek van het besturen staat centraal.
Als het gaat over bestuurskunde gaat het over de discipline die zich bezighoudt met de
voorbereiding, de bepaling, de uitvoering en de evaluatie van het overheidsbeleid.
Hoofdstuk 2:
We spreken van een staat als er voldaan is aan drie criteria. Er moet spraken zijn van
grondgebied, bestuursgezag en staatsvolk. Bij bestuursgezag is de soevereiniteit belangrijk,
dat is het hoogste gezag of macht.
Veel moderne staten kennen twee pijlers die ten grondslag liggen aan de inrichting van de
staat: de scheiding tussen kerk en staat, en de machtenscheiding.
Soorten samenlevingen:
Samenleving op basis van gelijkheid.
Jagers- en verzamelaarssamenleving, individuen zijn redelijk gelijkwaardig.
Samenlevingen met rangorde
Agrarische samenleving, er ontstonden nieuwe machtsposities, door bezit van land of
productieoverschotten.
Samenlevingen met gelaagdheid
De bevolking is opgedeeld in verschillende groepen of standen. Ook de
bestaansmiddelen zijn niet meer gelijk en toegankelijk. Standensamenleving.
In huidige samenlevingen vormen de drie machten een basis. Motesquieu beschrijft in trias
politica drie machten:
- De wetgevende macht
- De uitvoerende macht
- De rechtelijke macht
Er wordt hier vaak gesproken over gelijkwaardige machten, er wordt vaak gesproken van
een horizontale machtenscheiding.
Het ambtenarenapparaat wordt gezien als een ‘vierde macht’. Rijksambtenaren kunnen met
hun beleidsadviezen de minister sterk sturen. Ze voeren zaken uit voor de minister en
nemen allerlei uitvoeringsbesluiten.
Media, lobbyisten en adviesbureaus kunnen ook machten worden genoemd, omdat zij soms
achter de schermen ook de politieke besluitvorming kunnen sturen.
Wijzigingen in de grondwet die nu nog steeds relevant zijn:
- Invoering ministeriële verantwoordelijkheid.
De ministers zijn verantwoordelijk, de koning is onschendbaar.
- Rechtstreekse verkiezing van de Tweede Kamer, Provinciale Staten en
gemeenteraden.
- Indirecte verkiezingen leden van de Eerste Kamer.
- Mogelijkheid om de Kamers te ontbinden en nieuwe verkiezingen uit te schrijven.
- Invoering van het recht van enquête van de Tweede Kamer en het recht op
informatie voor beide kamers.
, - Jaarlijkse vaststelling van de begroting
- Een andere procedure voor herziening van de Grondwet
Door omstandigheden zoals: bevolkingsgroei, toenemende landbouwproductiviteit,
industrialisatie en ontwikkeling van wetenschap veranderde de taak van de overheid. De
overheid werd een nachtwakersstaat, de wetgeving was gericht op het handhaven van de
rechtsorde.
Na de oorlog begon de overheid steeds meer in te grijpen in de samenleving, we spreken
ook wel van codificatie en modificatie.
Bij codificatie volgt de overheid eerst de ontwikkelingen in de samenleving en stelt daarna
eenmalig wetten op die passen bij de ontwikkelingen.
Bij modificatie blijft het niet bij eenmalig wetten opstellen. De overheid wil continue
inspelen op de ontwikkelingen in de samenleving en wil daar waar mogelijk er zelfs op
voorlopen en de ontwikkelingen beïnvloeden. Hierdoor ontstaat er een verzorgingsstaat.
We gaan uiteindelijk van een verzorgingssamenleving naar een participatiesamenleving. In
de participatiesamenleving komt de verantwoordelijkheid steeds meer terug bij de burger,
en kan de overheid zich langzaamaan terugtrekken. Iedereen moet verantwoordelijk nemen
voor zijn eigen leven.
Liberalisme staat voor vrijheid van het individu, en streeft naar een beperkte overheid.
Het socialisme ziet een belangrijke rol voor de overheid, en staat voor een rechtvaardige
samenleving met meer sociale gelijkheid.
De christendemocraten staan voor naastenliefde en solidariteit, zij zien een belangrijke rol
weggelegd voor de maatschappelijke organisaties of maatschappelijk middenveld.
De overheid bestaat uit een heleboel aparte overheden. Elke overheidsorganisatie heeft
eigen doelstellingen en eigen belangen.
De overheid is niet een geheel maar is opgebouwd uit allerlei verschillende actoren.
Een gedecentraliseerde eenheidsstaat houdt in dat veel taken en bevoegdheden aan andere
overheidsorganen zijn toegedeeld in plaats van de centrale overheid.
Er zijn drie bestuurslagen: rijk, provincie en gemeente. Het verdelen van bevoegdheden aan
deze drie bestuurslagen wordt ook wel verticale machtenscheiding genoemd.
Als overheidsorganen en bepaald gebied besturen hebben we het over territoriale
decentralisatie. Wanneer overheidsorganen een bepaalde functie hebben spreken we over
functionele decentralisatie.
Rijk eenheidsstaat
Provincie coördinerende taak
Gemeente - uitvoerende werk
Bij het bespreken van de taken is het begrip autonomie belangrijk. Gemeente en provincies
hebben een ‘eigen huishouding’, binnen zekere grenzen hebben zij exclusieve taken en
bevoegdheden waar de andere overheden zich niet in mogen mengen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller evygroenenberg. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.85. You're not tied to anything after your purchase.