dit is een volledige samenvattingen van de vier hoofdstukken, je komt alles te weten over aardbevingen, vulkanisme, de luchtstromen en hoe het er in het Middellandse Zeegebied eraan toegaat. Er is een mix van begrippen en gevolgen van acties maar ook algemene aardrijkskundige kennis wordt opgefrist
Hoofdstuk 1 De actieve aarde
Paragraaf 1.1 Ontstaan en opbouw van de aarde
De aarde is 4,6 miljard jaar oud, processen van toen worden verklaard met het actualiteitsprincipe.
❖ Actualiteitsprincipe: principe waarbij ervan uitgegaan wordt dat natuurprocessen in het verleden en
het heden op dezelfde manier verlopen.
Hoe is de aarde ontstaan:
➔ kleine nevel (gas en stof) ontstonden door samentrekking en zwaartekracht, concentraties van
deeltjes. De grootste massa werd het begin van een ster, onze zon
➔ rond de protozon vormden zich de planeet achtige lichamen. Door zwaartekracht kwamen ze in
botsing met elkaar, en werden de lichamen steeds groter
➔ uiteindelijk ontstonden er 8 grote planeten met manen en vele kleinere hemellichamen, die in een
schijf om de zon draaien.
➔ Miljarden sterren met gasnevels vormen samen met onze zon een cluster: onze melkweg.
2 belangrijke eigenschappen die een grote rol spelen in de vorming van de continenten, oceanen en alle
landschappen.
★ vloeibaar water op het aardoppervlak.
★ de inwendige gelaagdheid van de aarde.
De aarde bestaat uit verschillende schillen met specifieke eigenschappen. Hierbij kun je kijken naar de
chemische samenstelling (uit welke materialen de schillen bestaan) en de fysische eigenschappen (hoe hard
de schillen zijn)
Chemische samenstelling (opstaan van de aarde): inslagen van meteorieten zorgden voor veel warmte → de
aarde smolt, zware elementen zakten naar de diepte → ontstaan van de kern van ijzer en nikkel → groot
hemellichaam slaat in op het aardoppervlak → grote klap en materialen worden de ruimte in geslingerd →
ontstaan van de maan → weer een grote klap, veel warmte, aarde smelt weer → aarde koelt af en er is een
scheiding in mineralen met hoge en lage smelttemperaturen.
Aardkern → bestaat voornamelijk uit ijzer
→ temperaturen tussen de 5000 en 6000 graden celsius
Aardmantel → bestaat voornamelijk uit magnesium en ijzer
→ tussen de 1800 en 2800 graden celsius
Aardkorst is anders want er zijn 2 soorten aardkorst:
- de continentale korst, onder continenten, dikte van 30-70 km, licht gesteente (graniet)
- de oceanische korst, onder oceanen, dikte vanaf 7 km, zwaar gesteente (basalt)
Fysische samenstelling: is de hardheid van de schillen.
Lithosfeer → harde vaste buitenlaag van de aarde, 60 tot 150 km dik
→ omvat behalve de aardkorst ook het harde bovengedeelte van de mantel
→ onder de oceanen dunner dan bij de continenten
Asthenosfeer → ligt onder de lithosfeer, zachte laag
→ op een paar plekken bij magmahaarden gesmolten
→ vooral plastisch gesteente, vast gesteente dat onder invloed van druk en
tijd stroperiger is geworden en gemakkelijker beweegt dan de lithosfeer
→ bestaat uit 3 delen: 1. binnenmantel 2. buitenkern 3.binnenkern
De inwendige warmte komt van de vroegere meteorietinslagen en door de radioactiviteit van sommige
gesteentes. De uitwendige warmte krijgen we van de zon
Paragraaf 1.2 Het verhaal van de gesteenten
Een gesteente is opgebouwd uit een mengsel van mineralen en/of organische stoffen die in de natuur
voorkomen. Het vormen de basisbestanddelen. Een mineraal heeft een chemische eigenschappen en kan zo
een kristalvormen, en wordt het erg hard.
Er zijn 3 verschillende soorten gesteentes:
★ Stollingsgesteenten: ontstaan door afkoeling en stolling van magma.
, ○Dieptegesteente: ontstaat als het vloeibare magma ver onder de aardkorst heel langzaam stolt.
Door voldoende tijd en ruimte vormen er zich grote kristallen
■ graniet, witte en doorzichtige kwartskristallen, zwarte glimmers of roze veldspaat kristallen
○ Uitvloeiingsgesteente: ontstaan als hete magma bij een vulkaanuitbarsting als lava uit een krater
over de hellingen van een vulkaan stroomt. Door lage buitentemperatuur koelt de massa heel
snel af en stolt. Er is daarom geen tijd om kristallen te vormen.
■ basalt, grijs/zwart van kleur, veel ijzer en magnesium
★ Sedimentgesteenten: ontstaat wanneer afzetting van zand of klei in lagen wordt neergelegd en
samengeperst wordt.
○ Klastisch sediment: worden zand en klei in de zee, in meren of in riviervlakten gesedimenteerd
tot dikke lagen. Door de druk van de bovenliggende lagen ontstaat hard gesteenten → zandsteen
of kleisteen (schalie)
○ Organisch sediment: ontstaat door opeenhoping van organische materialen → kalksteen
★ Metamorfegesteenten: ontstaat wanneer een gesteente langere tijd onder invloed is van hoge druk en
hoge temperatuur. De samenstelling van het gesteente is hierbij veranderd. Het proces vindt diep
onder de aardkorst en/of aardmantel plaats door enorme druk van de bovenliggende lagen.
○ Kalksteen kan marmer worden.
○ Schalie of kleisteen kan leisteen worden.
Je kunt delen van de geschiedenis bepalen aan de hand van een steen. Gesteenten kunnen onder bepaalde
omstandigheden van het ene hoofdtype overgaan naar een ander hoofdtype.
❖ gesteentekringloop: kringloop van de opbouw en de afbraak van gesteente op aarde.
Paragraaf 1.3 Schuivende continenten
De 2 conclusies van de geologen om de relatieve ouderdom van een gesteente te bepalen:
★ Alle sedimenten worden in horizontale beddingen afgezet. Als de lagen geplooid zijn, weet je dat ze
door de druk zijn vervormd, nadat ze eerst horizontaal zijn neergelegd.
★ Als lagen sedimenten op elkaar liggen, is de onderliggende laag ouder dan de bovenliggende. Dit
heet het principe van superpositie.
Doormiddel van dateringsmethoden en vergelijkingen van gesteentes over de hele wereld kon men een
geologische tijdschaal opstellen.
❖ Geologische tijdschaal: Indeling van de geschiedenis van de aarde in geologische tijdperken.
De relatieve geologische tijdschaal kon verfijnd en aangepast worden door technologische mogelijkheden. Bij
de perioden staan nu ook jaartallen en daarom spreken we nu van een absolute geologische tijdschaal.
De Engelse filosoof kwam ermee dat Zuid-Amerika en Afrika ooit aan elkaar heeft gezeten.
➔ Flora en fauna (planten en dieren) komen erg overeen.
➔ En de grenzen tussen gebergte en gesteentes kwamen nauw overeen.
Na een lange stilte van deze conclusie kwam Alfred Wegener ermee dat er ooit een supercontinent was
genaamd Pangea (alle continenten aan elkaar)
❖ Paleomagnetisme is in de geologie en geofysica de richting van het magnetisch veld in gesteenten.
De gesteenten kunnen magnetisch zijn als ze magnetische mineralen bevatten.
Een mid-oceanische rug is een onderzeese gebergteketen die is ontstaan doordat mantelmateriaal bij een
divergente breukzone aan de oppervlakte komt en een bergrug heeft gevormd, ook wel seafloor spreading
genoemd. Wegener is tegenwoordig de grondlegger van de theorie van de schuivende continenten of de
platentektoniek.
❖ Platentektoniek zijn de processen waarbij platen ontstaan, bewegen of verdwijnen.
De beweging van de platen wordt aangedreven door de inwendige hitte van de aarde. De kringloop beweging
in de aardmantel noem je convectiestromingen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller agosliga. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.27. You're not tied to anything after your purchase.