Welke kosten tellen mee?
Mensen wegen voortdurend alternatieven tegen elkaar af en maken keuzes. Zowel bij consumeren
als investeren worden producten aangeschaft. Worden de producten aangeschaft door de
eindgebruiker dan noemen we dat consumptie. Worden goederen aangeschaft door een bedrijf dan
noemen we dat investeren. De investeerder wil het aangeschafte goed gebruiken om in te zetten in
het productieproces. We noemen die goederen dan kapitaalgoederen.
Middelen kunnen op meerdere manieren worden ingezet, ze zijn alternatief aanwendbaar. Het
probleem is dat de middelen altijd beperkter zijn dan de behoeften. Economen noemen de spanning
tussen oneindige behoeften en beperkte middelen, schaarste. In de economie wordt het begrip
schaarste gebruikt in relatieve zin: een product is schaars, als er een offer of inspanning moet
worden geleverd om het te verkrijgen. Goederen waarvoor geen schaarse middelen worden
opgeofferd, noemen we vrije goederen.
Opofferingskosten
Als we kiezen voor een bepaalde mogelijkheid dan offeren we de waarde van de alternatieven op.
De waarde van datgene wat we opofferen om iets te verkrijgen noemen we de opofferingskosten.
We kiezen het alternatief met de hoogste waarde. De opofferingskosten bestaan uit de waarde van
het op een na beste alternatief.
Het budget, waar koop je het voor?
Kiezen
Een vergelijking die alle combinaties van twee producten weergeeft die je maximaal met een
gegeven budget en gegeven prijzen kunt kopen, noemen we een budgetvergelijking. De grafische
voorstelling van zo’n vergelijking noemen we de budgetlijn.
Een dergelijke verandering in de behoefte leidt tot een verschuiving over of langs de budgetlijn. Een
veranderde voorkeur heeft echter geen invloed op de ligging van de budgetlijn. Die is alleen
afhankelijk van de hoogte van het budget en de prijzen van de twee producten.
Koopkracht van het budget
Het budget is uitgedrukt in euro’s, het is nominaal. Met een nominaal budget kun je een bepaalde
hoeveelheid goederen en diensten kopen.
De invloed van andermans keuze
Speltheorie
Beslissingen waarvan de gevolgen mede worden bepaald door de beslissingen van andere partijen
vormen het onderwerp van de speltheorie. De situatie waarin beslissingen worden genomen, wordt
daarbij opgevat als een spel.
Speler
De spelers nemen beslissingen. Spelers weten evenveel van elkaar, de informatie is symmetrisch.
Elke speler bepaalt gegeven de informatie zijn strategie. De spelers handelen rationeel, ze streven
naar een zo goed mogelijk resultaat, de pay-off.
, Pay-off
De pay-off is de verwachte opbrengst van een keuze. De pay-off kan bestaan uit winst of omzet,
maar kan ook andere vormen aannemen, zoals tijd. De hoogte van de pay-off wordt weergegeven in
een matrix en hangt niet alleen af van de keuze die een speler zelf maakt, maar ook van de keuze
van de andere speler. Een dergelijke tabel, waarin pay-offs van elke combinatie van keuzes is
weergegeven, noemen we de pay-off matrix, een opbrengstmatrix of een resultatenmatrix.
Strategie
Een speler kan in verschillende situaties terechtkomen waarbij elke situatie kan vragen om een
andere keuze of strategie. Als de keuze simultaan wordt gemaakt, weet je niet wat de ander gaat
doen. Beide partijen zullen opzoek gaan naar een dominante strategie, de strategie die het meeste
oplevert, ongeacht de strategie van de ander.
Evenwicht
Bij het oplossen van een speltheoretische situatie zoeken we naar evenwicht. Een evenwicht is een
voorspelling van de uitkomst van het spel. In het Nash-evenwicht, kunnen de spelers hun opbrengst
niet verbeteren door alleen zelf van strategie te veranderen.
Het gevangenisdilemma
De bekendste speltheoretische situatie is het gevangenisdilemma. Het gaat oorspronkelijk om twee
criminelen die worden verdacht van een zware misdaad. De criminelen en de situatie waarin zij zich
bevinden is een metafoor voor speltheoretische situaties waarbij twee spelers een dominante
strategie hebben, maar waarbij het Nash-evenwicht suboptimaal is, het is voor beide spelers
ongunstig.
In het gevangenisdilemma heeft elke speler een prikkel om een strategie te kiezen die voor hem het
voordeligst is. Als de spelers zich door deze prikkel laten leiden, zijn ze uiteindelijk beiden slechter af.
Coöperatief spelen zou voor beiden tot een beter resultaat leiden. Samenwerken is echter lastig als
het spel simultaan wordt gespeeld en er geen overleg mogelijk is.
Stel dat de twee mogen overleggen over hun keuze. Dan is de prikkel om voor eigenbelang te kiezen
en je niet aan de afspraak te houden nog steeds aanwezig als je de ander niet vertrouwt.
Een herhaald simultaan spel
Als een gevangenisdilemma vaak wordt herhaald, kan dit tot gevolg hebben dat de spelers zich
coöperatief opstellen.
Als het spel vaker wordt herhaald heeft het invloed op de strategie. Bij een herhaald
gevangenendilemma is het dus mogelijk dat een van de spelers afwijkt van de dominante strategie
en afwacht wat de ander doet. Gaat de ander mee in de nieuwe strategie, dan ontstaat
samenwerking. Gaat de ander niet mee dan hervatten ze hun oude niet-coöperatieve strategie.
Bindende afspraken
In een gevangenendilemma kan een coöperatieve opstelling ook ontstaan als de spelers worden
gebonden aan een afspraak. Een afspraak is bindend, wanneer beiden er belang bij hebben om zich
aan de afspraak te houden. Omdat de spelers zich gebonden voelen aan de afspraak ontstaat
samenwerking.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Elise24. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.34. You're not tied to anything after your purchase.