Samenvatting Aanvankelijk en technisch lezen - Henk Huizenga
20 views 1 purchase
Course
Kennis Taal In De Onderbouw
Institution
Hogeschool InHolland (InHolland)
Book
Taal & didactiek - Spelling
Dit is een van mijn samenvattingen die behoort tot het tentamen kennis taal in de onderbouw. Dit is de samenvatting van het boek Aanvankelijk en technisch lezen. De andere twee boeken: Portaal en Spelling zijn ook los te kopen, maar ik heb het ook als een bundel. Dit document bestaat uit hoofdstuk ...
Hoofdstuk 2,3 en 9 en hoofdstuk 4 paragraaf 1.1
November 25, 2021
6
2020/2021
Summary
Subjects
leesproces
aanvankelijk lezen
technisch lezen
leesstrategieën
deelvaardigheden
geletterdheid
peuters
kleuters
doelstellingen
methoden
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Hogeschool InHolland (InHolland)
Leraar Basisonderwijs PABO
Kennis Taal In De Onderbouw
All documents for this subject (28)
Seller
Follow
shannonfeenstra
Reviews received
Content preview
Hoofdstuk 2 Paragraaf 1 (Aanvankelijk en technisch lezen)
Er zijn een aantal informatieniveaus om een woord of een tekst te lezen:
Het visuele niveau houdt in dat de lezer letters herkent aan de speciale vorm van de letters.
Het is ook de combinatie van letters waardoor een lezer een woord herkent. Een beginnende
lezer leest vooral losse letters: een geoefende lezer leest grotere gehelen.
Een lezer maakt gebruik van zijn kennis van de opbouw van woorden om de woorden te
lezen. Dit is het morfologische niveau.
Als een lezer de betekenis van een woord gebruikt voor het lezen, wordt het semantische
niveau gebruikt.
Bij het syntactische niveau gebruikt de lezer relaties tussen woorden, woordgroepen en
zinnen om woorden te decoderen.
Er zijn ook een aantal opvattingen over de informatieverwerking bij het lezen:
1. Het bottom-up-model stelt dat een lezer eerst letters, vervolgens woorden en tot slot een
hele zin leest.
2. Het top-down-model ziet lezen als het voorspellen van wat er staat, waarna de lezer
controleert of dat wel klopt.
3. Het interactiemodel is een wisselwerking tussen de eerste twee modellen. De lezer wisselt
woord voor woord lezen en voorspellend lezen af.
4. Het fonologisch coherentiemodel gaat uit van het geheugen van de lezer. In een netwerk
met knopen zit kennis van spraakklanken, letters en woordbetekenissen opgeslagen. Bij het
leerproces is er een wisselwerking tussen deze informatie.
Hoofdstuk 2 Paragraaf 2 (Aanvankelijk en technisch lezen)
Leesstrategieën zijn manier die de lezer gebruikt om de tekst te ontcijferen. Er zijn een aantal
leesstrategieën:
De elementaire leeshandeling is de eerste manier die kinderen leren. Ze lezen van links naar
rechts, koppelen fonemen aan grafemen, voegen de klanken samen en geven betekenis aan
het woord. Het hoort ook bij het hakken en plakken.
Als kinderen combinaties van medeklinkers (clusters) of combinaties van klinkers en
medeklinkers (spellingspatronen) gaan gebruiken om woorden te lezen, heet dit lezen met
behulp van clusters en spellingspatronen. Wisselrijtjes stimuleert deze manier van lezen.
Als kinderen lezen met behulp van morfologische analyse maken ze gebruik van kennis die
ze hebben van de opbouw van woorden (lettergrepen, voor en achtervoegsels). Ze maken
gebruik van morfemen (letters of combinaties van letters die een betekenis hebben).
Bij lezen met behulp van de context gebruiken we grammatica kennis van zinsstructuren en
de betekenis van woorden bij het lezen. Je raadt wat er gaat komen in de zin.
Hoofdstuk 2 Paragraaf 3 (Aanvankelijk en technisch lezen)
Flexibel gebruik maken van leesstrategieën houdt in dat geoefende lezers meerdere strategieën
inzetten bij het lezen van teksten. Na ongeveer tien maanden leesonderwijs schakelen kinderen over
naar andere strategieën. Er zijn twee groepen leerlingen met leesproblemen:
1. Spellende lezers hebben moeite met directe herkenning van woorden en blijven steken in de
elementaire leeshandeling. De oorzaak ligt vaak in het niet goed beheersen van bepaalde
deelvaardigheden.
2. Radende lezers zijn leerlingen die te snel gaan raden naar woorden en daardoor fouten
maken.
, Hoofdstuk 2 Paragraaf 4 (Aanvankelijk en technisch lezen)
Auditieve vaardigheden Betekenis Voorbeeld
Auditieve objectivatie Letten op de klank van het woord en niet op de betekenis. Welk woord klinkt
langer? Reus of
kabouter?
Auditieve discriminatie Het verschil kunnen horen tussen klanken of woorden. Kleur de plaatjes die
met een W beginnen.
Auditieve analyse Een woord in losse klanken kunnen opdelen (hakken)
Auditieve synthese Het kunnen samenvoegen van losse klanken tot een woord
(plakken)
Temporeel ordenen De volgorde van geanalyseerde klanken onthouden. Drop en dorp. Welk
woord heb ik als eerste
gezegd?
Klankpositie bepalen De plaats van de klank in het woord kunnen aangeven. In welk woord hoe ik
een O in het midden?
Visuele vaardigheden Betekenis Voorbeeld
Visuele discriminatie Het verschillen kunnen zien tussen letters en woorden. Omcirkel dezelfde
letter.
Visuele analyse Losse letters in een woord kunnen onderscheiden. Ga maar opzoek naar
de letter K.
Visuele synthese Het kunnen samenvoegen van losse letters tot een woord. b-oos en d-oos en h-
aas.
Spatieel ordenen Het kunnen onthouden van de volgorde van letters in een woord. Hoe ziet de SCH eruit?
Letterpositie bepalen Het kunnen aangeven waar je de letter in het woord schrijft. Welke letter staat in
het midden?
Onder taalvaardigheden verstaan we de kennis van begrippen die je nodig hebt om de instructie bij
aanvankelijk lezen te kunnen volgen.
Hoofdstuk 3 Paragraaf 1 (Aanvankelijk en technisch lezen)
De spontane belangstelling van jonge kinderen voor lezen en schrijven noemen we geletterdheid.
We onderscheiden drie fasen in de ontwikkeling van geletterdheid:
1. Onder ontluikende geletterdheid verstaan we de ontwikkeling van geletterdheid in de
leeftijd van 0 tot 4 jaar. Of kinderen zich hierin ontwikkelen, wordt vooral door de
thuissituatie bepaald. Er is ook een samenhang met de mondelinge taalontwikkeling.
2. Beginnende geletterdheid is de ontwikkeling van het lezen en schrijven in groep 1,2 en 3.
3. Gevorderde geletterdheid is de fase na groep 3 met het voorgezet lezen, begrijpend lezen en
schriftelijke taalontwikkeling.
Hoofdstuk 3 Paragraaf 2 (Aanvankelijk en technisch lezen)
Kinderen hebben over het algemeen eerst belangstelling voor schrijven en leren vervolgens spontaal
lezen. Het spontaan leren lezen gaat van pseudolezen naar spontaan lezen. Pseudolezen is het
imiteren van voorleesgedrag volgens bepaalde stappen:
1. Kinderen benoemen wat er op de plaatjes staat.
2. Kinderen volgen het verhaal met behulp van de plaatjes.
3. Kinderen vertellen het verhaal in dialoogvorm.
4. Kinderen vertellen het verhaal in monoloogvorm.
5. Kinderen gebruiken bij het navertellen de schrijftaal uit het verhaal.
6. Kinderen kennen het verhaal uit het hoofd.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller shannonfeenstra. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.31. You're not tied to anything after your purchase.