Duidelijke samenvatting Economie: Risico en Rendement VWO
4 views 0 purchase
Course
Economie
Level
VWO / Gymnasium
Dit document bevat een superduidelijke samenvatting van het boekje Risico en Rendement van de methode Praktische Economie op VWO-niveau op de middelbare school. Dit document bevat examenstof.
Economie
Risico & Rendement
H1 Risico
Het leven kent vele onzekere situaties: omstandigheden waarbij er meerdere mogelijke uitkomsten
zijn en de uitkomst niet vaststaat. Deze onzekerheden beïnvloeden de economie. Iedere uitkomst van
een onzekere situatie heeft financiële gevolgen. Economen kijken daarom naar het risico. Een risico is
gelijk aan de verwachte schade van een gebeurtenis: de kans op een gebeurtenis maal de schade als
gevolg van die gebeurtenis.
Risico/verwachte schade = kans op schade x schade
De omvang van een risico wordt beïnvloed door de 2 onderdelen waaruit een risico bestaat:
1. De kans op een gebeurtenis
2. De schade als gevolg van die gebeurtenis
Risico’s zijn meestal niet precies bekend; ze moeten worden ingeschat. Hiervoor is informatie nodig.
Hoe meer informatie, hoe beter het risico kan worden ingeschat. Voor het inschatten van een risico
moet een inschatting gemaakt worden van de 2 aparte delen waaruit een risico is opgebouwd: de kans
en de schadeomvang
Er zijn 2 soorten risicos:
1. Vrijwillige risico’s = risico’s die iemand bewust neemt
2. Onvrijwillige risico’s = Risico’s die niet te vermijden zijn. Ze worden niet bewust genomen
Mensen hebben een verschillende voorkeur voor risico’s. Verreweg de meeste mensen houden niet
van risico’s: ze zijn risicoavers. Iemand die risicoavers is, kiest het zekere voor het onzekere: bij 2
onzekere situaties met dezelfde verwachte opbrengst (de kans maal de opbrengst), kiest een
risicoavers persoon voor de situatie met het laagste risico.
Verwachte opbrengst = kans x opbrengst
Verwachte opbrengst = gemiddelde opbrengst – gemiddelde kosten
H2 Verzekeren
Risico’s kunnen vermeden worden door ze te verzekeren. Daarbij wordt eerst het totale risico van
een groep mensen omgeslagen over de hele groep. Als iemand uit de groep dan schade oploopt, wordt
dat betaald uit het opgehaalde bedrag. Een risicoavers persoon zal zich altijd verzekeren. De
verwachte kosten van wel en niet verzekeren zijn gelijk, maar het risico bij niet verzekeren is veel
groter dan bij wel verzekeren.
Totale risico/verwachte schade van groep = kans op schade x schade x aantal mensen
Verzekeringen worden aangeboden door verzekeraars. Een verzekering is een contract tussen de
aanbieder, de verzekeraar, en de vrager, de verzekeringsnemer. De markt voor verzekeringen is een
heterogeen oligopolie (een marktvorm met weinig aanbieders (en veel vragers) en een heterogeen
product) of er is sprake van monopolistische concurrentie (veel aanbieders (als bij volledige
mededinging), terwijl deze aanbieders via marketing hun product enigszins heterogeen maken
waardoor merktrouw van de consument kan ontstaan). Het marktevenwicht op de verzekeringsmarkt
bestaat uit de prijs per verzekering (premie) en het aantal verzekeringen dat wordt afgesloten
Om geen verlies te maken, moet een verzekeraar een premie vragen die minimaal gelijk is aan het
risico van de verzekeringsnemer. Hoe meer de premie uitstijgt boven het risico, hoe meer winst een
, verzekeraar maakt. Omdat risico’s verschillen tussen verzekeringsnemers, zal een verzekeraar winst
maken op de ene verzekeringsnemer, en verlies lijden op een andere verzekeringsnemer. Dat is het
wezen van verzekeren: risicospreiding over een hele groep.
TO = premie x aantal verzekeringsnemers
TK = verwachte schade per verzekeringsnemer x aantal verzekeringsnemers
TO >- TK
Oftewel; premie >- risico/verwachte schade
Een verzekeraar kent alleen de gemiddelde kans op een schade en niet de kans op schade van een
individu. Een verzekeraar heeft zodoende een informatieachterstand. Hierdoor ontstaan 2 problemen:
1. Averechtse selectie = alleen mensen die van zichzelf weten dat ze een groter risico dan
gemiddeld hebben, verzekeren zich.
Hierdoor moet een verzekeraar vaker een schade vergoeden.
2. Moral hazard = Als mensen die zich verzekerd hebben, zich roekelozer gaan gedragen.
Bij beide gevallen moet de verzekeraar zijn premies verhogen om geen verlies te lijden. Maar de vraag
naar verzekeringen daalt als de premie stijgt. Een verzekeraar heeft 4 mogelijkheden om averechtse
selectie en moral hazard te verminderen:
1. Vermindering van zijn informatieachterstand
Door bijvoorbeeld bewijzen dat je gebit gezond is. Voorkomt averechtse selectie.
Door bijvoorbeeld goed te letten op de persoon die veel schade claimt. Voorkomt moral
hazard.
2. Doorvoeren van premiedifferentiatie
Iedereen betaalt een premie die hoort bij he risico van zijn groep: mensen met een hoog risico
betalen een hoge premie en mensen met een laag risico een lage premie, dit voorkomt
namelijk averechtse selectie
3. Invoering van een bonus-malussysteem
Er worden verschillende premies gevraagd aan dezelfde verzekeringsnemer: als er geen
beroep wordt gedaan op een verzekering, wordt de verzekeringsnemer beloond met een lagere
premie. Bij een schade, stijgt de premie. Voorkomt moral hazard.
4. Invoering van een eigen risico
Deel van de schade dat een verzekeringsnemer zelf moet vergoeden.
Als ruil hiervoor verlaagt de verzekeraar de premie. Een verzekeraar laat de keuze van het
eigen risico over aan de verzekeringsnemer. Mensen die van zichzelf weten dat ze een laag
risico hebben, kiezen een hoog eigen risico en andersom. Voorkomt averechtse selectie en
moral hazard.
Als het om onvrijwillige risico’s gaat, wordt premiedifferentiatie als onrechtvaardig ervaren. Om
mensen met een laag risico zich ook te laten verzekeren kan de overheid de verzekering als verplicht
stellen. Op deze manier dwingt de overheid solidariteit af tussen mensen met een verschillend risico.
Verplichte verzekeringen zijn volksverzekeringen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller loesvanveen2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.42. You're not tied to anything after your purchase.