100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
ALLE colleges strafrecht 2 $7.54   Add to cart

Class notes

ALLE colleges strafrecht 2

 7 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

In dit document zijn de aantekeningen van alle colleges van strafrecht 2 te vinden. Dus wanneer jij niet de mogelijkheid had om naar de colleges te gaan, dan zijn ze hier allemaal terug te vinden.

Preview 4 out of 85  pages

  • November 26, 2021
  • 85
  • 2021/2022
  • Class notes
  • H. wolswijk
  • All classes
avatar-seller
Strafrecht
Week 1
College A
Jip de kip, ECLI:NL:HR:2021:502
Verdachte wordt vervolgd voor diefstal, art. 310 Sr. Hierbij was het de vraag of de verdachte de kip
zich wederrechtelijk wilde toe-eigenen.
Bij deze zaak kan er gedacht worden aan een rechtvaardigingsgrond, overmacht door een
noodtoestand.

Zwavelzuur, ECLI:NL:GHDHA:2014:621
Voor doodslag of moord behoort de verdachte de opzet te hebben gehad om het slachtoffer van zijn
leven te beroven. Door deze handeling is het slachtoffer dan ook overleden.
Bij doodslag of moord is het causale verband belangrijk om te onderbouwen.

Subsidiaire tenlastelegging, wanneer de primaire tenlastelegging niet tot een veroordeling leidt dan
behoort de rechter te kijken of de subsidiaire tenlastelegging is bewezen.

Bij poging tot moord of doodslag behoort het directe causale verband tussen het overlijden van het
slachtoffer en het toedoen van de verdachte niet aanwezig te zijn.

Meer subsidiaire tenlastelegging, een tenlastelegging waarvan de rechter behoort te bepalen of
deze is bewezen, wanneer de subsidiaire tenlastelegging niet is bewezen.

Bij zware mishandeling, de dood ten gevolge hebbende, de verdachte had alleen opzet bij het
toepassen van mishandeling, maar door de mishandeling is het gevolg van de dood van het
slachtoffer ontstaan.

Opzet & causaliteit zijn twee belangrijke onderdelen binnen het strafrecht.

Bronnen van het strafrecht
Wetboek van Strafrecht, materieel recht, stelt welke feiten strafbaar zijn en welke sanctie hierbij
hoort.
Wetboek van Strafvordering, formele recht.
Bijzondere wetten
 Wegenverkeerswet
 Wet Wapens & munitie
 Opiumwet
Lagere regelgeving
 AMvB's, art. 89 lid 2 Gw.
 Gemeentelijke verordeningen
EVRM, art. 6 & 7
EU-verdrag & EU-handvest
Ongeschreven recht
 Geen straf zonder schuld
o Afwezigheid van alle schuld, avas.

Wetboek van Strafrecht
EERSTE BOEK
Titel I, omvang van de werking van de strafwet
Art. 1 lid 1, geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgegane wettelijke
strafbepaling. Legaliteitsbeginsel.

,Titel IV, poging & voorbereiding
Art. 45 lid 1, poging tot misdrijf is strafbaar, wanneer het voornemen van de dader zich door een
begin van uitvoering heeft geopenbaard.

Titel VIII, verval van het recht tot strafvordering en van de straf
Art. 69, het recht tot strafvordering vervalt door de dood van de verdachte.

Het is mogelijk voor natuurlijke en rechtspersonen om vervolgd te worden.

Elk bestanddeel uit een bepaling dient uitgelegd te worden.

Titel IX, betekenis van sommige in het wetboek voorkomende uitdrukkingen
Veel voorkomende begrippen uit boek II & III worden verduidelijkt.
Art. 82 lid 1, stelt de definitie van zwaar lichamelijk letsel.

Art. 91, hierin wordt gesteld dat de bepaling van titel I-VIIIA van boek I ook van toepassing zijn op
strafbare feiten uit bijzondere wetten. Titel IX is niet van toepassing op bijzondere wetten.

TWEEDE BOEK
Misdrijven
Art. 92 t/m art. 421

DERDE BOEK
Overtredingen
Art. 424 t/m art. 479

Strafbepaling, bepaling die stelt dat zeker gedrag gestraft mag worden.
Strafbaar feit, het gedrag dat strafbaar is gesteld.
Delictsomschrijving, staat vaak gelijk aan het strafbare feit.
Bestanddeel, onderdelen die samen de delictsomschrijving vormen. Aan allen moet zijn voldaan
voordat de verdacht ook daadwerkelijk strafbaar is.

Wegenverkeerswet 1994
Hier staan voornamelijk verboden en geboden over bepaalde handelingen. Het verbod of gebod
staat op een andere locatie in de wet dan de strafbepaling. Daarbij staat de bepaling of er sprake is
van een misdrijf of overtreding weer ergens anders in de wet, art. 178.

Legaliteitsbeginsel
Art. 1 lid 1 Sr & art. 16 Gw, geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgegane
wettelijke strafbepaling.

Art. 7 lid 1 EVRM.

Het legaliteitsbeginsel is belangrijk voor de rechtszekerheid. Een burger behoort te kunnen weten
wanneer hij zich schuldig maakt aan een strafbaar feit.

De strafbaarheid van een feit kan alleen worden afgeleid uit een wettelijke strafbepaling. Het is altijd
de wet die stelt dan een feit strafbaar is of niet.

,Vanuit de bepaling van art. 1 lid 1 Sr is ook het verbod van terugwerkende kracht af te leiden. Een
gedraging behoort al strafbaar te zijn gesteld op het moment dat de gedraging is uitgevoerd. Ten
tijde van het delict, behoort het al een delict te zijn.
De strafbepaling behoort daarnaast ook voldoende duidelijk te zijn. Men behoort met zekerheid te
kunnen weten of de gedraging strafbaar is of niet.
Als laatste is het verbod op analogie nog belangrijk. Wanneer de rechter interpreteert, of dit nou
extensief of restrictief is, maakt hij zich niet schuldig aan analogie. Hij legt dan alleen de wet uit.
Interpreteren is dus altijd mogelijk. Wat niet mogelijk is, is het toepassen van een strafbepaling,
omdat het bepaalde geval lijkt op gevallen waarop de strafbepaling betrekking heeft. De
strafbepaling heeft zelf dus geen betrekking op het bepaalde geval. Het verbod op analogie geeft de
rechter een grens in zijn beredenering.

Soorten delicten en bestanddelen
Opzetdelicten
Culpoze delicten, schulddelicten

Objectieve bestanddelen, alle bestanddelen waarvan de aanwezigheid kan worden vastgesteld
zonder dat een verdieping is de geestesgesteldheid van de dader plaats hoeft te vinden.
Subjectieve bestanddelen, zeggen iets over de schuldvorm waarmee de dader handelt. Hier heeft de
geestesgesteldheid van de dader betrekking. Er wordt ingegaan op de intentie van de dader.

Schuld, onvoorzichtig/onoplettend.

Bij overtredingen missen de subjectieve bestanddelen vaak.
Misdrijven kennen altijd het schuldbestanddeel.

Stilzwijgende (impliciet) bestanddelen, bestanddelen die niet beschreven staan in de strafbepaling,
maar die wel nodig zijn om een verdachte strafbaar te vinden.

Door het gevolg gekwalificeerde delicten
Gekwalificeerde gevolgen zijn ook wel straf verzwaarde gevolgen. Een voorbeeld hiervan is het
gevolg indien het feit de dood ten gevolge heeft. Hierbij is het niet relevant of de dader de dood
opzettelijk als gevolg had willen laten intreden.

Geobjectiveerde bestanddelen, objectieve bestanddelen waarop het subjectieve bestanddeel
(opzet/schuld) niet gericht hoeft te zijn.

Gemeengevaarlijke delicten, hiermee wordt de algemene veiligheid van goederen of mensen in
gevaar gebracht. Naarmate het intredende gevaar groter is, stijgt het strafmaximum.

Bij beide door het gevolg gekwalificeerde delicten en gemeengevaarlijke delicten behoort de dader
geen opzet te hebben. Ook bij beide gaat het strafmaximum om hoor waarnaar de omstandigheden
verergeren.

Voorwaarden van strafbaarheid (structuur van het strafbare feit) en strafvorderlijk
beslissingsmodel

Voorwaarden:
 Een gedragingen
 Die aan bestanddelen van een delictsomschrijving uit toepasselijke en verbindende
strafbepaling beantwoorden

, o Legaliteitsbeginsel
 Wederrechtelijk
o Kan element of bestanddeel zijn.
o Rechtvaardigingsgrond
 En aan schuld te verwijten
o Kan element of bestanddeel zijn.
o Schulduitsluitingsgrond

Elementen staan niet in de delictsomschrijving, bestanddelen wel.

Art. 350 Wetboek van Strafvordering, materiële vragen.
1. De vraag of bewezen is dat het feit door de verdachte is begaan.
2. Welk strafbaar feit het bewezen verklaarde volgens de wet oplevert.
3. Of de verdacht strafbaar is.
4. En welk maatregel of straf opgelegd behoort te worden.

1. Is het ten laste gelegde feit bewezen?
2. Is het bewezenverklaarde feit een strafbaar feit?
o Kwalificatiebeslissing, de rechter die beslist of hetgeen dat bewezen is
verklaard ook aangemerkt kan worden als een strafbaar feit.
o Alle bestanddelen zijn aanwezig uit een strafbepaling die verbindend en
toepasselijk is.
3. Is de verdachte strafbaar?
o Rechtvaardigingsgronden
o Schulduitsluitingsgronden
4. Welke sanctie is passend?

Deze vragen worden pas door de rechter behandeld tijdens de beraadslaging.

Art. 352 Sv, einduitspraken na art. 350 Sv.
1. Wanneer de rechtbank vindt dat het tenlastegelegde niet is bewezen, dan spreekt de
rechtbank de verdachte vrij, art. 352 lid 1 Sv.
2. Wanneer het feit niet te kwalificeren is of de verdachte is niet strafbaar, dan ontslaat
de rechtbank de verdacht van alle rechtgevolgen, art. 352 lid 2 Sv.

Wanneer het bewezenverklaarde feit geen strafbaar feit is, wordt de verdachte ontslagen van alle
rechtsgevolgen wegels niet strafbaarheid van een feit, art. 352 lid 2 Sv.
Wanneer de dader niet strafbaar wordt gevonden, dan wordt de verdachte ontslagen van alle
rechtsgevolgen wegens niet strafbaarheid van de dader, art. 352 lid 2 Sv.

OVAR, ontslag van alle rechtsgevolgen.

Voorwaarden van strafbaarheid
 Gedraging
o Is het ten laste gelegde feit bewezen?
 Voldaan aan de bestanddelen van de delictsomschrijving uit een toepasselijke en
verbindende strafbepaling.
o Is het bewezenverklaarde feit een strafbaar feit?
o Hier moet worden bepaald of aan alle bestanddelen is voldaan van de
delictsomschrijving.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lievecamonier. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.54. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73918 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.54
  • (0)
  Add to cart