Cursus Belastingrecht Formeel Belastingrecht Formeel belastingrecht2021-2022
Dit is een samenvatting van de gehele stof voor het tentamen van Tax Compliance Formeel. Alle relevante wetsartikelen (AWB/AWR) zijn in logische volgorde onder elkaar opgenomen en eenvoudig uitgelegd + voorbeelden. Ook antw. van de werkcolleges, relevante jurisprudentie en belangrijke punten uit he...
Samenvatting week 1 tot en met 3 Tax Compliance Formeel – UvA - 6414M0210Y
Week 1
Legaliteitsbeginsel
Definitie: belastingheffing kan alleen plaatsvinden op grond van de wet.
- Is opgenomen in art. 104 Grondwet: belastingen van het Rijk worden geheven uit kracht van
een wet.
Waarom bestaat het legaliteitsbeginsel? Je moet op voorhand al weten wat je moet betalen en wat
het gaat kosten om geld te verdienen (rechtszekerheidsbeginsel).
- Hoe zit het dan met terugwerkende kracht? Bijv. crisismaatregel loonheffingen: mensen met
hoge inkomens moesten extra loonheffing betalen, dit werd met terugwerkende kracht
ingevoerd. Wat vinden we daarvan? Mag je achteraf zeggen dat je nog belasting moet
betalen? De rechter heeft toen bepaald dat toch geen sprake mag zijn van terugwerkende
kracht. Compartimenteringsreserve in de vpb is bijv. ook een beetje met terugwerkende
kracht en misschien ook in strijd met het rechtszekerheidsbeginsel, maar we weten het niet.
o Docent: ik denk dat dat in strijd is met het rechtszekerheidsbeginsel om
terugwerkende kracht toe te staan.
Vergelijking met strafrecht: ook daar kennen we dat iets alleen een straf is als het in de wet staat
beschreven.
Met rechtszekerheid in de fiscaliteit wordt de zekerheid van de belastingplichtige ten aanzien van
zijn fiscale positie bedoeld. Het gaat hierbij niet om rechten van de belastingplichtige maar om de
beperking van de bevoegdheden van de inspecteur. Verankering van de rechtszekerheid in de AWR
ziet over het algemeen op voor de inspecteur beperkende maatregelen om de fiscale positie van de
belastingplichtige te wijzigen. Bijv.
- Art. 11 lid 3 AWR: de bevoegdheid van de inspecteur om een aanslag op te leggen vervalt
door verloop van 3 jaren. Belastingplichtige heeft zodoende de rechtszekerheid dat wanneer
er na drie jaar nog geen aanslag is opgelegd, hij niet alsnog geconfronteerd kan worden met
een rechtsgeldige aanslag.
- Art. 16 lid 3 AWR: de bevoegdheid van de inspecteur om een navorderingsaanslag op te
leggen vervalt in beginsel door het verloop van 5 jaren nadat de belastingschuld is ontstaan.
Dit biedt de belastingplichtige die al een aanslag heeft ontvangen de zekerheid dat hij na 5
jaren na het einde van het tijdvak niet geconfronteerd zal worden met een
navorderingsaanslag.
- Art. 67a lid 2 AWR: de bevoegdheid van de inspecteur om een verzuimboete ex art. 67ca op
te leggen vervalt door verloop van vijf jaren na het einde van het ontstaan van de
belastingschuld. De belastingplichtige heeft zo zekerheid dat hij na vijf jaar na het einde van
het belastingtijdvak geen boete meer zal ontvangen.
,Recht op eigendom
De Belastingdienst maakt inbreuk op het recht op eigendom door te zeggen: ‘’ik wil de helft van jouw
geld’’. Dat is een uitzondering op de hoofdregel, zie 2 e zin: ‘’behalve in het algemeen belang en onder
voorwaarden waarin de wet voorziet’’. Er moet dus wel een wet zijn.
Art. 6 EVRM: nemo tenetur-beginsel
Zelf-incriminatie: niemand is gehouden tegen zichzelf bewijs te leveren.
- Zie ook art. 5:10a AWB jo paragraaf 14 BBBB.
, In lid 2 ligt volgens vaste jurisprudentie besloten dat de verdachte een zwijgrecht heeft en niet hoeft
mee te werken aan zijn eigen veroordeling.
Er dient onderscheid te worden gemaakt tussen wilsafhankelijke informatie en niet wilsafhankelijke
informatie.
- Alleen ten aanzien van wilsafhankelijke informatie geldt dat iemand zich kan beroepen op
het nemo tenetur-beginsel.
- Niet wilsafhankelijke informatie zijn bijv. stukken waarin geen verklaringen van de
betrokkene zelf is opgenomen, die informatie moet altijd worden gegeven en mag derhalve
worden gebruikt voor de boeteoplegging.
Art. 5:43 AWB: het ne bis in idem-beginsel
Niemand mag voor een tweede keer worden berecht of gestraft voor een strafbaar feit waarvoor hij
reeds is veroordeeld of is vrijgesproken.
Art. 5:44 AWB: het una via-beginsel
Een overtreder kan niet er zake van dezelfde gedragingen zowel in een bestuurlijke boeteprocedure
als in een strafrechtelijke procedure worden betrokken.
- Je moet kiezen tussen een verzuimboete een vergrijpboete. Je mag ze niet allebei kiezen.
Art. 6 AWR: hoe word je uitgenodigd tot het doen van aangifte?
- Lid 1: bij wege van aanslag of op aangifte voldoen? De inspecteur kan degene die naar zijn
mening vermoedelijk belastingplichtig/inhoudingsplichtig is, uitnodigen tot het doen van
aangifte.
o Art. 24 Wet vpb: de vpb wordt geheven bij aanslag.
- Lid 2: degene die een verzoek doet, wordt uitgenodigd tot het doen van aangifte.
- Lid 3: in bepaalde gevallen is het verplicht om te verzoeken om een aangifte.
o Art. 2 Uitvoeringsregeling AWR.
Lid 1: degene die niet binnen 6 maanden na het tijdstip waarop de
belastingschuld is ontstaan, is uitgenodigd, is gehouden de inspecteur om
een uitnodiging te verzoeken.
Lid 5: de belastingschuld ontstaat na afloop van het tijdvak.
Lid 4: het verzoek wordt binnen 2 weken na t maanden na het ontstaan van
de belastingschuld gedaan.
Lid 6: als redelijkerwijs moet worden aangenomen dat geen belasting zal zijn
verschuldigd, hoeft niet om een uitnodiging te worden verzocht.
Verdeling bewijslast uitnodiging aangifte:
- De inspecteur dient aannemelijk te maken dat de uitnodiging naar het juiste adres is
verzonden. Indien hij daarin slaagt ligt de bewijslast bij de belastingplichtige om vervolgens
aannemelijk te maken dat zij de uitnodiging niet heeft ontvangen. In de eerste instantie ligt
de bewijslast dus bij de inspecteur, maar verschuift al snel naar de belastingplichtige.
Art. 8 AWR: is het verplicht om aangifte te doen?
- Lid 1: ieder die is uitgenodigd, is verplicht om aangifte te doen: ‘’duidelijk, stellig en zonder
voorbehoud’’.
- Lid 4: in bepaalde gevallen kan de inspecteur ontheffing verlenen voor de verplichting tot het
doen van aangifte.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller EsFa. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.56. You're not tied to anything after your purchase.