100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting hoorcolleges straf(proces)recht I $7.62   Add to cart

Class notes

Samenvatting hoorcolleges straf(proces)recht I

 38 views  2 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Aantekeningen van alle hoorcolleges (week 1 t/m 12). Daarnaast ook de voorgeschreven stof besproken en de arresten behandeld die horen bij die week. Onderstaand een inhoudsopgave: Week 1 Doel en aard van het strafproces 2 Week 2 EVRM 4 Week 3 Opsporing 7 Week 4 Rechter-commissaris en processt...

[Show more]

Preview 4 out of 40  pages

  • November 30, 2021
  • 40
  • 2021/2022
  • Class notes
  • M.j. dubbelaar
  • All classes
avatar-seller
HC Straf(proces)recht I

Inhoudsopgave
Week 1 Doel en aard van het strafproces....................................................................................................... 2
Doel van het strafproces.....................................................................................................................................2
Aard van het strafproces.....................................................................................................................................2
Mensenrechtenverdragen..................................................................................................................................4
Mensenrechten...................................................................................................................................................5

Week 3 Opsporing......................................................................................................................................... 7
Opsporing............................................................................................................................................................7
Evolutie van het opsporingsbegrip......................................................................................................................7
Nadere reflectie op de verhouding toezicht en opsporing.................................................................................8
Toetsing en toepassing dwangmiddelen..........................................................................................................11
Dossiervorming..................................................................................................................................................12
Vervolgingsmonopolie.......................................................................................................................................13

Week 6 Onderzoek ter terechtzitting............................................................................................................ 15
Positie zittingsrechter........................................................................................................................................17
Uitgangspunten voor de rechtsstrijd (besloten in art. 6 EVRM).......................................................................18

Week 7 Getuigen en deskundigen................................................................................................................ 19
Positie en rol van de deskundige.......................................................................................................................19
Positie slachtoffers.............................................................................................................................................20

Week 8 Vormverzuimen............................................................................................................................... 21
Eisen aan de stelplicht van de verdediging........................................................................................................23
Conclusie............................................................................................................................................................23

Week 9 Bewijs............................................................................................................................................. 23
Kenmerken bewijsstelsel...................................................................................................................................24
Zwijgen en leugenachtige verklaringen.............................................................................................................26
Uitholling wettelijk bewijsstelsel.......................................................................................................................27

Week 10 Uitspraak & motivering.................................................................................................................. 27
Beraadslaging.....................................................................................................................................................27
Uitspraak art. 350 Sv.........................................................................................................................................28
Beslispunten art. 348 Sv.....................................................................................................................................28
Beslispunten art. 350 Sv.....................................................................................................................................28
Strafoplegging....................................................................................................................................................30
Strafoplegging: Ontneming wederrechtelijk verkregen voordeel.....................................................................30

Week 11 Internationaal strafrecht................................................................................................................ 31

, Overzicht internationaal strafrecht....................................................................................................................31
Beginselen van internationale rechtshulp.........................................................................................................32
Rechtsmacht art. 2-8d Sr....................................................................................................................................33
Ontwikkelingen op het terrein van het Europees strafrecht.............................................................................34

Week 12 Rechtsmiddelen............................................................................................................................. 35
Achtergrond.......................................................................................................................................................35
Overzicht rechtsmiddelen..................................................................................................................................36

Week 1 Doel en aard van het strafproces
Het strafproces(recht)
 Het strafprocesrecht bepaalt hoe en door wie wordt onderzocht of een strafbaar feit is
begaan en door wie en naar welke maatstaven daarover en over de daaraan te
verbinden sancties beslist (p. 7).
 Het strafproces vormt de schakel tussen feit en reactie. Het strafprocesrecht regelt
die schakel.
 Het strafproces is meer dan het onderzoek ter terechtzitting, het gaat om de
beslissingen die aan het onderzoek voorafgaan (voorbereidend onderzoek)

Doel van het strafproces
- Mogelijk maken toepassing materiële strafrecht (hoofddoel). Maar enge benadering,
zoals het spreekrecht is er niet ten behoeve van het materiële strafrecht.
- Waarheidsvinding (belangrijk voor de nabestaanden)
- Gerechtigheid  dader vinden en straffen.
- Rechtszekerheid (lites finini oportet)  Aan elk proces moet een einde komen. Het is
wel mogelijk om een zaak te heropenen (novum). Dit kan ten voordele en ten
nadelen.
o Gerechtigdheid vs. Rechtszekerheid  niet oneindig doorgaan met dader
vinden en straffen.
- Rechtsbescherming  in de rechtstaat heiligt het doel niet alle middelen.
o Waarheidsvinding vs. Rechtsbescherming. Als waarheidsvinding het ultieme
doel is, mag je alles doen om de waarheid te verkrijgen. Tegelijkertijd moet de
overheid bepaalde regels in acht nemen. Burger beschermen tegen de staat.
- Rechtsvrede  kanaliseren van onrust die kan ontstaan n.a.v. een strafbaar feit. Het
kan tot afname van het vertrouwen in de rechter leiden (legitimiteit).

Secundaire doelen
- Speciale preventie  voorkomen dat het individu in herhaling valt
- Generale preventie  de straf moet andere mensen afschrikken hetzelfde te doen

Aard van het strafproces
De aard wordt mede bepaald door:
Criminaliteitsbestrijding vs. Machtsbeheersing
Bevoegdheden toekennen (criminaliteitsbestrijding), maar deze worden ook beperkt in o.a.
de verdenkingscriteria (machtsbeheersing).
WvSv, MvT 1914; “Een goed ingericht strafproces moet zoveel mogelijk bevorderen de
toepassing van de strafwet op den werkelijk schuldige en tevens de veroordeling, kan het
zijn, de vervolging van den niet-schuldige naar vermogen verhinderen.”
Zo ook de Moderniseringswetgever (p. 16)  bovenstaande is nog steeds belangrijk.
Spanning  criminaliteitsbestrijding vs. machtsbeheersing. Is het belangrijk dat de zaak
wordt opgelost of de rechten van de verdachte in acht worden genomen?

,Goede verdeling vinden in deze spanning is van algemeen belang en individueel belang.
Voor de samenleving is het van belang dat de schuldige wordt gestraft, maar als burger daar
geen last van hebt. Als slachtoffer is het ook van belang dat het goed geregeld is.


Accusatoir Inquistoir
(slachtoffer staat centraal) (staat staat centraal)
Vervolging door private partij Vervolging door de overheid
Equality of arms: OvJ en verdachte staan Verdachte is object van het onderzoek,
als procespartijen tegenover elkaar overheid zorgt voor de belangen. De rechter
(rechtsverwerking; als er getuigen niet zijn waakt over het proces (belangrijke
opgeroepen is dat pech) waarborg)
Het onderzoek ter terechtzitting is het Het accent ligt op het voorbereidend
centerpiece; het bewijs komt bij elkaar op onderzoek (schriftelijk); ter terechtzitting
de zitting. Discussiëren waar discussie worden de stukken in het dossier besproken
over bestaat (tegenspraak)
Onderzoek door beide partijen (met Feitenonderzoek van overheidswege
verplichting tot disclosure; openbaar maken gedomineerd. OvJ is geen partij en zij wordt
wat je hebt gevonden, ook ontlastend geacht ook te waken over de rechten de
bewijs). verdachte.
Clash of opinions; beide kanten leveren Zoektocht naar de materiële waarheid door
bewijs en argumenten. De rechter moet de rechter
achterhalen hoe het zit.
In Nederland kan het slachtoffer zelf niet het initiatief nemen tot vervolging, dat moet via OvJ
of art. 12 procedure.
Valkuilen inquisitoir  te veel vertrouwen op de overheid, geen goed onderzoek
Valkuilen accusatoir  slechte verdediging


Nederland
- Van oorsprong inquisitoir
o Onderzoek wordt gedomineerd van overheidswege
o Zwaar accent op het vooronderzoek, het dossier vormt ruggengraat van de
strafrechtspleging. Dit is af te leiden uit dat er een R-C is die waakt over de
rechten van de verdachte
o Beroepsrechter, geen lekeninbreng
- MvT bij het WvSv 1926  gematigd accusatoir (p. 10). Naar mate de procedure vordert,
krijgt de verdachte steeds meer rechten, dus steeds meer accusatoir, bijv. recht op
tegenspraak, recht om getuigen op te roepen.
- Rechtsvergelijkend ten opzichte van andere landen zijn we wel inquisitoir.
- Positieve aspecten van inquisitoire stijl behouden, zoals dat er een rechter is die waakt
over de rechten van de verdachte en die actief opzoek gaat naar de waarheid.
- Tegensprekelijke karakter versterkt (mede onder invloed van art. 6 EVRM). Rechten van
de verdachte versterken, dus meer accusatoir worden.

Crime control versus due process
- Deze modellen zijn twee uiterste (analytisch instrument)
- Crime control  controleren criminaliteit ultieme doel, efficiënt (strafbeschikking,
buitengerechtelijke afdoening) en effectief optreden tegen criminaliteit staat centraal
(criminaliteitsbestrijding)
- Due process  inperken macht van de overheid, zorgvuldigheid/betrouwbaarheid
staat centraal, dus doorgaan tot je zekerheid hebt, nauwelijks afdoening.

, - Evenwicht vinden tussen deze twee modellen; glijdende schaal, steeds wijzigende
inzichten (bijv. criminaliteitsbestrijding belangrijker geworden n.a.v. Peter R. de Vries)

Relevante ontwikkelingen
- Versterking positie slachtoffer
Eigen rechten art. 51a-51h en 12 Sv
Loutering van fundamentele complicering strafproces
- Buitengerechtelijke afdoening, OM-strafbeschikking
o Meer buitengerechtelijke afdoening om Corona-achterstanden weg te werken
o Conceptwetsvoorstel naar aanleiding van de evaluatie Wet OM-afdoening
Rechterlijke toetsing hoge transacties en mogelijkheid voor officieren van
justitie voorwaardelijke straffen op te leggen via strafbeschikking
- Modernisering van het Wetboek van Strafvordering

Week 2 EVRM

Belang van mensenrechten
- Waarde van de mens  mensen hebben intrinsieke waarde en dus recht om waardig
behandelt te worden
- Notie van moraliteit  verdachte fatsoenlijk behandelen (niet verlagen tot het niveau van
de ander)
- Perspectief van kwaliteit  recht van een eerlijk proces is belangrijk voor de kwaliteit van
de uitspraak, door middel van tegenspraak kan de rechter een betere beslissing nemen

Mensenrechtenverdragen
- EVRM  geld voor heel Europa (door de Raad van Europa). Het EVRM geeft
minimumrechten.
Het belang van de EVRM en rechtspraak EHRM
o Invloed op Nederlandse praktijk en wetgeving, omdat wetten niet aan de Gw
getoetst mogen worden, maar wel aan verdragen. Daarnaast is het Sv erg
verouderd. Begrippen in het Wetboek Sv moeten conform het EVRM worden
uitgelegd. Bijv. kijken of de noodzaak in art. 315 Sv gevolgen heeft voor art. 6
EVRM.
o Klachtrecht (rechtsmiddel, week 12)  de nationale procedure moet zijn
uitgeput
- IVBPR
- EU-Handvest van de Grondrechten  geld voor de EU en is alleen bindend als het EU-
recht wordt uitgevoerd. Deze grondrechten overlappen met EVRM, maar soms is er meer
bescherming o.g.v. het Handvest.
Op deze verdragen kan een beroep worden gedaan, voor zover de bepalingen van die
verdragen naar haar inhoud eenieder kunnen verbinden art. 93 Gw. Wettelijke voorschriften
vinden geen toepassing indien deze niet verenigbaar zijn met een ieder verbindende
bepalingen van verdragen en besluiten van volkenrechtelijke organisaties art. 94 Gw. Dus
verdrag gaat boven wet. Als het nationale recht meer bescherming biedt, dan gaat dit recht
voor art. 53 EVRM.

Machtsbeheersing vs. Criminaliteitsbestrijding
- EVRM  primair begrenzen en beheersen van staatsmacht (negatieve verplichtingen; de
staat moet niks doen). Vooral art. 3, 5, 6 en 8 zijn relevant. Als de rechten absoluut zijn,
mag je er geen in breuk op maken. Bij relatieve rechten wel (art. 5 en 8), maar onder
voorwaarden; machtsbeheersing.
- Maar ook: bescherming van burgers tegen criminaliteit

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller bojansen2. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.62. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

79373 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.62  2x  sold
  • (0)
  Add to cart