Algemene Economie
Hoofdstuk 1 DESTEP: Economische factoren
1.1 DESTEP economische factoren
Economische ontwikkelingen leiden niet meteen tot nieuwe behoeften of doelgroepen. Ze
bepalen echter de randvoorwaarden voor het koopgedrag van consumenten, bedrijven en
overheid.
Bij een redelijke economische groei kunnen consumenten steeds meer goederen en
diensten kopen. Dit is voor bedrijven van belang omdat hun afzet daarvan afhankelijk is. Het
vormt dus een randvoorwaarde.
1.2 Economische factoren
Bij de economische variabelen kunnen we onderscheid maken tussen de factoren die de
mogelijkheid voor bestedingen begrenzen en factoren die de feitelijke bestedingen bepalen.
1.2.1 Economische factoren: B2C
Factoren die van invloed zijn op de consumptie van individuele huishoudens (B2C);
1. De koopkracht (het reële inkomen)
2. De rentestand
3. Het consumentenvertrouwen
4. De vermogenspositie (spaargeld, aandelen, huis, pensioen)
5. De mogelijkheid tot lenen
De koopkracht
Het nominaal inkomen is het inkomen uitgedrukt in geld. De koopkracht is de reële waarde
van het nominale inkomen, dus de hoeveelheid goederen en diensten die met dat nominale
inkomen kan worden gekocht.
Inflatie betekent een stijging van het algemene prijspeil van goederen en diensten.
Deflatie betekent een daling van het algemene prijspeil van goederen en diensten.
De vraag naar goederen en diensten wordt beïnvloed door de hoogte van het reële inkomen.
Als het reële inkomen stijgt, zal de vraag naar de meeste goederen en diensten toenemen.
Wanneer het reële inkomen daalt, zal de vraag naar de meeste goederen en diensten
afnemen.
De rentestand
In Europa (EMU) stelt de Europese Centrale Bank (ECB) de officiële rente vast.
Bij een hogere rentestand zullen consumenten minder geneigd zijn om consumptieve
kredieten en hypotheken af te sluiten en zullen zij dus minder gaan besteden.
Verder maakt een renteverhoging het aantrekkelijker om te sparen.
1
,Het consumentenvertrouwen
Dit is een indicator die informatie geeft over het vertrouwen en de verwachtingen van
consumenten ten aanzien van de ontwikkelingen van de Nederlandse economie.
Marketeers kunnen inspelen op economische ontwikkelingen door de focus te leggen op
prijsgedrag, substitutiegedrag en uitstelgedrag.
Vermogenspositie
Spaargeld, aandelen, huizen, pensioenen. Bij een crisis wordt spaargeld meer waard,
aandelen en huizen minder. Onzekerheid over het pensioenbedrag leidt nu al tot minder
bestedingen.
Mogelijkheid tot lenen
Indien een consument meer mogelijkheden krijgt om kredieten (geldleningen) af te sluiten
dan geeft hem dat meer mogelijkheden om te besteden.
1.2.2. Economische factoren: B2B
In de B2B-markt is het van belang om te weten hoe de bestedingen van bedrijven zich
ontwikkelen.
De belangrijkste factoren die van invloed zijn op de investeringen van individuele bedrijven
(B2B) zijn:
1. Afzetverwachting
2. De beschikbaarheid van risicokapitaal
3. De rentestand
Afzetverwachting
De belangrijkste prikkel voor een ondernemer om te gaan investeren is de verwachting dat
de investering winst zal generen. De afzetverwachting is goed.
Wanneer de afzetverwachting slecht is zal er minder geïnvesteerd worden.
Consumptie en daarmee afzetverwachtingen nemen voor veel bedrijven toe bij een
economische groei.
De beschikbaarheid van risicokapitaal
Een ondernemer kan pas investeren als er voldoende risicokapitaal beschikbaar is. Dit kan hij
genereren uit ingehouden winsten of uit geleend geld.
De rentestand
Een hogere rentestand maakt lenen duurder; daardoor leidt een hogere rente tot minder
leningen. Wanneer die leningen nodig zijn om te kunnen investeren, remt een hogere rente
de investeringen.
Ook overheidsbestedingen en export spelen een rol voor de afzet van bedrijven.
2
, Hoofdstuk 2 macro-economie: aanbod, conjunctuur en inflatie
2. Bruto binnenlands product en economische groei
De macro-economie bestudeert de economische samenhang in een heel land. In de macro-
economie bestudeert men derhalve geaggregeerde (opgetelde) economische grootheden,
zoals de totale consumptie, de totale besparingen, de totale investeringen en de totale
export en de goederenmarkt.
Verder wordt onder andere de totale werkgelegenheid en de daarmee samenhangende
werkloosheid bestudeerd ofwel de arbeidsmarkt.
De vermogensmarkt is ook van belang: het aanbod van en de vraag naar geld.
2.1 Bruto binnenlands product en economische groei
Het reële bruto binnenlands product tegen marktprijzen (BBP) behelst de totale productie
van goederen en diensten van een land.
Product = inkomen: de waarde van de productie is precies gelijk aan het inkomen als
beloning van de productiefactoren. Het reële bruto product is dus gelijk aan het reële bruto
inkomen.
Economische groei: De groei van het reële BBP.
Recessie: Wordt van gesproken wanneer de economische groei minstens 2 kwartalen achter
elkaar negatief is.
Economische crisis: Een recessie kan uitmonden in een economische crisis; bedrijven draaien
slecht, er ontstaat veel werkloosheid etc.
Het nominale BBP is het BBP uitgedrukt in geld. Het BBP wordt bepaald door de aanbodkant
en door de vraagkant van de economie.
2.2 Aanbodzijde van de goederenmarkt
De aanbodkant van de economie bepaalt de productiecapaciteit oftewel de maximale
productie die kan worden bereikt, dus het maximaal te bereiken reële BBP. Goederen en
diensten worden geproduceerd met een combinatie van de productiefactoren arbeid,
kapitaal, natuur en ondernemerschap.
De personen of instellingen die de productiefactoren leveren worden daarvoor betaald.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tessakramer1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.13. You're not tied to anything after your purchase.