Samenvatting WDD-3 2021-2022
Week 4
ZSA: de gevolgen van jeugdtrauma, nu en later
Psychische gevolgen korte en lange termijn kind:
- Angststoornissen (PTSS)
- Stemmingsstoornissen
- Gedragsstoornissen
- Ontwikkelingsstoornis
- Suicidaliteit
Lichamelijke gevolgen (korte en lange termijn);
- Verstoorde stressregulatie (HPA-as), gevoeliger voor stress
- Meer cortisol zorgt voor schade aan hippocampus en dus kleinere hippocampus
- Actievere amygdala
- Schade aan prefrontale cortex (inhibitie, controle emoties, planning)
- Grotere kans op kanker, HVZ, COPD, diabetes, verslaving, etc.
Sociale gevolgen:
- Minder goed werk kunnen vinden
- Minder goed contacten kunnen maken
- Suicidaliteit
Behandeling:
- Behandeling geeft copingmechanismen aan kinderen zodat ze beter met het trauma
kunnen leven.
- Als kinderen het trauma begrijpen kan ontspanning verkregen worden door angst uit
te lokken en met behulp van de techniek te ontspannen. Ook krijgt een kind
probleemoplossingsvaardigheden mee.
- EMDR (het volgen van de hand van de therapeut en terugdenken aan het trauma om
deze te desensitiseren) kan ook helpen te ontspannen en niet meer de stressreactie
te krijgen (of te verminderen) bij het herleven van het trauma
- Het gevolg van minder stress is dat ook de HPA-as minder actief is en er dus minder
schade is aan de hersenen en andere schade door hoog cortisol.
ZSA: Persoonlijkheidsstoornissen
Kenmerkende patronen van symptomen bij persoonlijkheidsstoornissen leiden tot
disadaptief gedrag. De kenmerken van de patronen zijn:
- Star
- Diepgaand
Om van een persoonlijkheidsstoornis te spreken moeten deze patronen leiden tot
disadaptief gedrag.
Symptomen bij een persoonlijkheidsstoornis moeten langdurig en vrijwel constant aanwezig
zijn.
Een cluster A persoonlijkheidsstoornis bevat vaak patiënten die introvert zijn en zich
terugtrekken uit het sociale contact. Dit type wordt dan ook getypeerd als zonderling. Een
beroep zoals archivaris past goed bij iemand uit deze cluster.
Typeringen per cluster:
Cluster A à zonderling
Cluster B à Dramatisch
Cluster C à Angstig
Persoonlijkheidsstoornissen per cluster:
- Cluster A
o Schizoïde
o Paranoïde
o Schizotypische
- Cluster B
o Narcistisch
o Antisociaal
o Borderline
o Histrionisch
- Cluster C
o Vermijdend
o Dwangmatig
o Afhankelijk
Cluster C bestaat uit de volgende onderdelen met hoe mensen denken over existentiele
angsten:
- Vermijdend
o ‘’Angst is een goede raadgever’’
o Interpersoonlijke contacten worden gemeden
- Dwangmatig
o ‘’Aan hard werken is nog nooit iemand dood gegaan’’
o Alles onder controle willen houden (als dit niet lukt komt er niks meer van van
het werk terecht)
- Afhankelijk
o ‘’Samen kom je verder’’
o Klampt zich vast aan anderen
Het ontstaan van een persoonlijkheidsstoornis is terug te voeren naar het begin van de
adolescentie of de jongvolwassenen leeftijd. Door te vragen naar wanneer de gedragingen
ontstaan zijn kun je onderscheid maken tussen personaliteitsstoornissen en bijvoorbeeld
ASS.
Factoren die bijdragen aan het risico van het ontwikkelen van een persoonlijkheidsstoornis
zijn:
- Trauma op de kinderleeftijd
- Ongunstige omgevingsfactoren (uithuisplaatsing, jeugdzorg, verwaarlozing, ouders in
de gevangenis)
- Verslavingsproblematiek bij ouders à verhoogde genetische kwetsbaarheid
De behandeling van persoonlijkheidsstoornissen bestaat uit psychotherapie. Dit kan
ambulant of (deels-) klinisch en is meestal langdurig. Ambulante therapie heeft de voorkeur
boven klinische therapie. Een aantal evidence based therapieën zijn:
- Dialectische gedragstherapie
- Mentalization based therapy
- Transference focused psychotherapy
- Schema focused therapy
Farmacotherapie kan bij persoonlijkheidsstoornissen van toepassing zijn als er sprake is van:
angst, somberheid of neiging tot impulsief reageren. De primaire behandeling van
persoonlijkheidsstoornissen blijft psychotherapie. De behandeling is gebaseerd op het
veranderen van disfunctionele cognitief-affectieve schema’s.
Er is pas sprake van een verhoogd risico op een persoonlijkheidsstoornis als er sprake is van
gedragingen die niet passen binnen de cultuur of leefomgeving van die persoon. De
gedragingen moeten dan ook door anderen binnen de directe omgeving als afwijkend
worden aangegeven. Verder moet iemand een klinische significante lijdensdruk of beperking
hebben in het sociale of beroepsmatige functioneren of in het functioneren op anderen
belangrijke terreinen.
Symptomen van persoonlijkheidsstoornissen uiten zich ten minste op twee terreinen op het
gebied van:
- Cognities (vb. negatief zelfbeeld, externaliseren)
- Affecten (vb. snel wisselende stemmingen, gevoel van leegte en krenking)
- Interpersoonlijk functioneren (vb. moeizame/instabiele/kortdurende (persoonlijke)
relaties, verlatingsangst)
- Impulsbeheersing (vb. verslaving)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ChristiaanWinkelmeijer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.