Beknopte samenvatting van het boek Constitutioneel recht door Kortmann, 7e druk. Samengevat a.d.h.v. voorgeschreven stof door de universiteit (vrijwel het gehele boek).
Samenvatting constitutioneel
recht C.A.J.M. Kortmann, zevende
druk
Deel I. Algemene begrippen
Hoofdstuk 1 Staatsrecht
Staatsrecht heeft betrekking op en regelt ‘de staat’. Staatsrecht is het recht dat
uitsluitend relaties regelt waarbij de overheid betrokken is. Maar ook staatsrecht
is niet denkbaar zonder relaties. Het veronderstelt betrekkingen tussen minimaal
twee personen of ambten, instellingen. Alle positieve recht is te herleiden tot een
overheid, hetzij op grond van uitdrukkelijke rechtsschepping, hetzij op basis van
al dan niet stilzwijgende erkenning. Het typerende van het staatsrecht als
onderdeel van het Nederlandse positieve recht is dat het altijd betrekking heeft
op relaties waarbij de overheid is betrokken. Ook het bestuursrecht regelt altijd
relaties waarbij de overheid is betrokken, er is veel voor te zeggen dat
staatsrecht en bestuursrecht als een rechtscompartiment (publiekrecht) kunnen
worden beschouwd. Maar het maken van onderscheid heeft toch wel
methodologische en didactische zin: het staatsrecht is het primaire, scheppende,
funderende recht, zonder welk de gelding van het overige recht positiefrechtelijk
niet is te verklaren. Het bestuursrecht geldt op grond van het constitutionele
recht en vormt aldus secundair recht.
Staatsrecht kan ook gaan om relaties tussen overheden onderling of tussen
overheid en onderdaan (burger). Het regelt (grotendeels eenzijdige)
machtsuitoefening van de overheid over de onderdaan.
Het begrip overheid houdt verband met macht en bevoegdheid. Macht is te
beschouwen als een feitelijke potentie tot dwang, bevoegdheid is te beschouwen
als rechtens geregelde macht. Binnen de overheid moeten er personen of
groepen aangewezen kunnen worden waarbij betrekkingen mogelijk zijn
ambten. Staatsrecht: het is het primaire recht dat uitsluitend overheidsambten
instelt, daaraan bevoegdheden toekent en hun onderlinge betrekkingen alsmede
die tot de onderdanen regelt. Hier komt het begrip staat niet voor, wel biedt dit
een aanknopingspunt voor de omschrijving van staat: een in externe
verhoudingen onafhankelijk, door het recht geregeld complex van ambten, die in
een rechtens geregelde verhouding tot elkaar en tot de onderdanen staan.
Hoofdstuk 2, De staat in het volkenrecht
Bij het begrip staat veronderstellen wij dat er meer dan één staat is. De Grondwet
gaat ervan uit dat er externe betrekkingen bestaan. De Grondwet spreekt immers
van verdragen, oorlog en defensie. Dit duidt op mogelijke externe relaties.
2.1 De staat volgens het volkenrecht
Volgens het volkenrecht moet voor het bestaan en ontstaan van een staat aan
drie elementen zijn voldaan:
- Een groep personen,
- Die leven op een bepaald territoir,
, - Waarbij geregeerd wordt door een overheid die effectief en daadwerkelijk
onafhankelijk gezag uitoefent over die personen.
Het begrip onafhankelijkheid (soevereiniteit), duidt aan dat de overheid rechtens
niet onderworpen is aan de overheid van een andere staat.
In het licht van het voorgaande zijn er globaal genomen drie wijzen waarop een
staat kan ontstaan of tenietgaan:
- Een bestaande staat deelt zich op in kleinere staten.
- Het opgaan van twee of meer staten in één staat.
- Het ontstaan van een staat op een territoir met een bevolking, dat
daarvoor niet onder enige staat viel.
2.2 De erkenning van staten
Het ontstaan en tenietgaan van een staat valt niet samen met het ontstaan en
tenietgaan van een bepaalde nationale overheid. De oorspronkelijke nationale
staat blijft in beginsel bestaan.
Voor erkenning van staten moet aan de bovengenoemde drie criteria zijn
voldaan. Maar wie bepaalt dat er aan deze criteria is voldaan? Men spreekt dan
van erkenning van een staat. Een nationaal rechtssysteem regelt in het algemeen
nauwkeurig welk ambt of welke ambten tot erkenning van een rechtens relevante
status bevoegd zijn en volgens welke procedure dit moet kan geschieden. Er is
geen specifieke instantie die bevoegd is tot erkenning van staten. Erkenning
geschiedt door een of meerdere staten, deze erkenning vindt plaats door
gedragingen van een of meer staten waaruit blijkt dat zij de staat beschouwen
als een subject van volkenrecht. Samengevat hangt de erkenning van een state
met name af van nationale en internationale politieke verhoudingen.
De erkenning van een nationale overheid moet niet worden verward met de
erkenning van een staat. Een staat moet volkenrechtelijk een overheid bezitten,
waardoor erkenning van een staat impliceert dat die staat een overheid heeft.
Doch dit betekent niet dat er geen sprake zou kunnen zijn van enerzijds
erkenning van een staan en anderzijds niet-erkenning van een overheid.
Hoofdstuk 3. Geschiedenis tot aan het Koninkrijk (1814)
3.1 Geschiedenis
Het Koninkrijk der Nederlanden dateert van 1814. Men kan de constitutionele
geschiedenis van Nederland op diverse tijdstippen doen aanvangen. Een van de
meest voor de hand liggende is het tijdstip waarna gesproken kan worden van
een staatkundige structuur die een zekere eenheid vormde, met name op het
gebied van de defensie en de buitenlandse betrekkingen. Dat tijdstip is 1579
toen een aantal gewesten zich aaneensloten in de Unie van Utrecht.
3.2 Staats- en regeringsvorm
De Republiek der Verenigde Nederlanden bleef tot aan de Franse overheersing
een losse confederatie van grotendeels zelfstandige soevereine provincies.
Slechts weinig bevoegdheden kwamen toe aan de instellingen van de Unie.
Binnen de provincies bestonden er steden en heerlijkheden, die grotendeels aan
het gezag van de provinciale staten onttrokken waren. Er was van rechtseenheid
nauwelijks sprake. Na de afzwering van Philips II werd Nederland een republiek.
3.3 De Unie
Spoedig naar de Unie van Utrecht werd de S-G een permanent ambt. De S-G
besloten over oorlog en vrede, de daarmee verbonden financiën en over
verdragen. Daarnaast bezat ieder gewest een eigen stadhouder, formeel een
ambtenaar, benoemd door de provinciale staten. De Unie kende ook een Raad
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ImkeVerhaegh. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.93. You're not tied to anything after your purchase.