100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Geschiedenis - Het Britse Rijk 1620 / 1900 (HAVO5) $7.47   Add to cart

Summary

Samenvatting Geschiedenis - Het Britse Rijk 1620 / 1900 (HAVO5)

 27 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Samenvatting Het Britse Rijk, aan de hand van de examenkatern HAVO. Inclusief een uitgebreide begrippenlijst, uitgebreide toelichting van de bijbehorende kenmerkende aspecten en uiteraard de lesstof.

Preview 2 out of 13  pages

  • Yes
  • December 2, 2021
  • 13
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
Het Britse Rijk
Begrippen
Abolitionisme = de beweging tot de afschaffing van slavernij.
Brits-Indisch leger = Britse leger in koloniaal India, voor een groot deel bestaande uit Indische
soldaten.
Driehoekshandel = Handel via een driehoek van Europa naar Afrika (nijverheidsproducten), vandaag
naar Afrika (slaven) en dan terug naar Europa (plantageproducten).
East India Company (EIC) = Britse handelsonderneming (1600-1874) die het alleenrecht kreeg op de
handel ten oosten van Kaap de Goede Hoop en ten westen van Straat Magellaan en bestuurlijke en
militaire bevoegdheden bezat. Het innen van belasting was een belangrijke inkomstenbron.
Factory Acts (1833) = In de periode 1819-1850 werden vijf Factory Acts door het Britse parlement
aangenomen. Deze beperkten de werktijd van kinderen en vrouwen in fabrieken. Fabrieksarbeid van
kinderen werd verboden voor kinderen onder 9 jaar, vanaf 1844 onder de 8 jaar.
Federale staat = Staat die is georganiseerd als een statenbond; de staten hebben zich verenigd door
een deel van hun bevoegdheden over te dragen aan een centrale / nationale (federale) regering.
Handelskapitalisme = De eerste vorm van kapitalisme, waarbij de winst doormiddel van de handel
gemaakt werd. De werkgevers waren voornamelijk kooplieden. Zij kochten grondstoffen, vaak in
verre landen, en lieten die door boeren en arbeiders thuis verwerken (huisnijverheid). De kooplieden
verkochten de producten dan weer. Zij kregen de winst.
Industrieel kapitalisme = in de 19de eeuw maakte het handelskapitalisme plaats voor het industrieel
kapitalisme. Belangrijkste kenmerken daarvan;
- Fabrieken en mijnen (leveren grondstoffen voor industrie) worden belangrijkste bedrijven.
- De productie komt in handen van fabrikanten en grootindustrieën.
- Vanaf 1870 werden de meeste grote ondernemingen nv’s, daarin bezitten mensen
gezamenlijk een bedrijf door eén of meer aandelen in dat bedrijf te kopen.
Industriële Revolutie = periode waarin de landbouw voor de meeste mensen in Europa als
belangrijkste middel van bestaan verdrongen werd door de industrie. De veranderingen waren zo
groot dat men spreekt van een revolutie.
Indian National Congress = Hoogopgeleide westers geschoolde Indiërs richtten in 1885 het Indian
National Congress op. Op korte termijn streefden zij naar gelijke kansen binnen het Brits-Indische
bestuur, op lange termijn naar de onafhankelijkheid van India.
Markteconomie = Economie waarin de bedrijven producten maken waarnaar vraag is van klanten.
Mogolvorsten = Heersers van het islamitische Mogolrijk (1526-1858) dat bloeide op in het Indische
subcontinent. In de 19de eeuw verloor de Mogolkeizer veel van zijn macht en gingen vazallen zijn
macht en elkaars macht betwisten. Daarvan profiteerden de Britten. Na de Grote Opstand van 1857
werd het Mogolrijk opgenomen in het Britse rijk.
Natuurlijke rechten = rechte die voor iedereen gelden, ongeacht plaats of tijd, omdat ze door de
‘natuur’ zijn gegeven.
Onafhankelijkheidsverklaring = op 4 juli 1776 werd de onafhankelijkheidsverklaring (Decleration of
Indipendence) ondertekend door de opstandige Engelse koloniën in Noord-Amerika. Hiermee
verklaarden zij zich onafhankelijk van hun moederland, Engeland. In deze verklaring werd het
principe ‘gelijke rechten voor ieder’ vooropgesteld.
Pilgrim Fathers = protestanten die Engeland waren ontvlucht, omdat ze de kerkhervorming in
Engeland gematigd vonden en in Amerika een nieuwe samenleving wilden stichten.
Plantage-economie = productie van exportproducten als suiker, tabak en koffie op grote
landbouwbedrijven (plantages). Slaven verrichtten het werk op de plantages.
Plantagekolonie = Kolonie waarin op grote schaal plantages zijn aangelegd.
Reform Bill = de Reform Bill regelde een nieuwe indeling in kiesdistricten in Engeland.




1

, Royal African Company = Britse handelsonderneming (1660-1739) die het alleenrecht kreeg op
handel langs de Westkust van Afrika. Hooffdoel was oorspronkelijk goudwinning in Gambia, maar al
snel werd de handel in slaven en suiker belangrijker.
Royal Navy = de militaire vloot van Groot Brittannië.
Spinning Jenny = door James Hrgreaves in 1764 ontworpen spinnenwiel met een horizontaal frame
waarop 8 spoelen konden geplaatst.
Suezkanaal = Kanaal dat dwars door Egypte de middellandse Zee verbindt met de Rode Zee, geopend
in 1869. Vanuit Europa hoefden schepen niet meer om Afrika heen te varen op weg naar Azië.
Trias Politica = opvatting van de Franse verlichter Montesquieu dat de 3 staatsmachten (wetgevend,
uitvoerend en rechterlijk) gescheiden moeten zijn en elkaar moeten controleren.
Verdrag van Allahabad (1765) = de keizer verleende de EIC het recht in zijn naam de belastingen te
innen in Bengalen. De EIC gaf hem in ruil daarvoor een toelage en beloofde hem te beschermen als
hij werd aangevallen.
Verlichting / verlicht = stroming in de 18e eeuw die vond dat de samenleving met het verstand moest
worden onderzocht. Met toegenomen kennis zou men de problemen in de samenleving kunnen
oplossen, was het idee.
Vestigingskolonie = overzees gebied waar kolonisten zich blijvend gingen vestigen.
Volkssoevereiniteit = het volk is het hoogste gezag van de staat. Regering, parlement en rechters
ontlenen hun macht aan het volk en zijn gebonden aan een grondwet.
Vrijhandel = 18de-eeuwse liberale economische politieke visie die handel zonder belemmeringen als
invoerbelasting voorstond. De Schotse filosoof Adam Smith betoogde dat als iedereen op zijn eigen
belang uit was, dat als vanzelf zou uitlopen op welvaart voor iedereen.
Wereldtentoonstelling 1851 = internationale tentoonstelling in Londen in 1851 die ten doel had de
Britse en buitenlandse bezoekers andere culturen en de vooruitgang in de Industriële Revolutie
tonen. Ook bekend als Great Exhibition.

Tijdvak 1; Tijd van jagers en boeren (tot 3000 v.C).
De levenswijze van de jagers-verzamelaars
Het grootste deel van de geschiedenis leefden mensen als nomaden in
de samenleving van jagers-verzamelaars. Ze kwamen aan hun voedsel
door te jagen en voedsel te verzamelen in de natuur.

Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen
Levenswijze van mensen veranderde door de ontwikkeling van
landbouw die voor het eerst ontstond in het Midden-Oosten omstreeks
10.000 v.C. De overstap van jagen en verzamelen naar akkerbouw en
veeteelt duurde duizenden jaren, maar had zulke grote gevolgen dat
gesproken wordt van de landbouwrevolutie. De landbouwsamenleving
ontstond waarin mensen in dorpen leefden.

Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen
In Mesopotamië, langs vruchtbare oevers ontstond de eerste stedelijke beschaving rond 3500 v.C.
Door gunstige natuurlijke omstandigheden ontstond een landbouwoverschot, waardoor een deel van
de bevolking in steden kon wonen en leven van nijverheid en handel. Om bevloeiing van akkers in
deze landbouwstedelijke samenleving te organiseren ontwikkelden leiders zich tot koningen, die met
ambtenaren, priesters en soldaten heersten over een groot gebied. Voor de administratie van het
bestuur werd het schrift uitgevonden. Mensen geloofden in machtige goden die alles bepaalden.




2

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sophieschroer1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.47. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76449 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.47
  • (0)
  Add to cart