Aantekeningen strafrecht
Week 1A
2
Essentie van het strafrecht is de berechting van een verdachte voor een strafbaar feit door
een rechter
Opsporingsapparaat is een vorm van rechtshandhaving en rechtsbescherming kan een
beroep op noodweer zijn.
3
Legaliteitsbeginsel art 1 Sr= er mag pas gestraft worden als het delict is opgenomen in het
wetboek
Wet in formele zin kan alleen gemaakt worden door de koning, ministers en beide kamers
Interpretatievrijheid van een rechter:
Grammaticaal: letterlijke betekenis zoals in woordenboek
Wetshistorisch: in de memori van toelichting wordt duidelijk wat de wetgever bedoelde bij
de totstandkoming van de wet.
Systematisch: door wet te categoriseren en daar een verband in te zien
Teleologisch: uitleg van een wetsregel die de rechter kan gebruiken als voor het geval
waarin hij moet beslissen geen precies passende juridische regel is, of de regel tot
onredelijke uitkomsten zou leiden.
Analogisch: schepping van een rechtregel door de rechter naar voorbeeld van een
bestaande wet
Week 1B
Verdragstheorie= regels samenleving breken wordt bestraft
Absolute/klassieke theorie= puur als reactie op overtreding om te vergelden
gevangenisstraf opleggen
Generale preventie= doordat men weet dat de wet wordt nageleefd ziet men af van
overtreding
Relatieve theorie= rechtvaardiging van de straf ligt in het doel dat voorkomen van
overtreding is
Speciale preventie= voorkomen van herhaling strafbaar feit door voorwaardelijke
gevangenisstraf op te leggen
Moderne richting= van daadstraf naar daderstraf -> er werd een onderscheid gemaakt
tussen jeugd, volwassene en tbs’ers
Verenigingstheorie= mix tussen klassiek en moderne theorie waarbij de werkstraf werd
geintroduceerd
, -Ethisch humanisme (utrechtse school): straf is vergelding van schuld en werkt
afschrikwekkend
-Rationeel humanisme (groningse school): voorwaardelijke straffen
-Pragmatische humanisme: tegenstanders doodstraf en straf alleen nodig bij bescherming
van de maatschappij. Decriminalisering volgde door flowerpower beweging en er kwam
meer aandacht voor het slachtoffer. Vanaf 1980 een cellentekort door langere
vrijheidsstraffen voor georganiseerde misdaad/terrorisme/strafbaarstelling
voorbereidingshandelingen.
Week2A
2
De voorwaarde voor strafbaarheid zijn: er moet sprake zijn van een menselijke gedraging,
welke valt binnen een delictomschrijving. Deze gedraging moet wederrechtelijk en aan
schuld te wijten zijn.
4
Objectief= gedragingen, omstandigheden of normen en waarde
Subjectief= opzettelijk, aan zijn schuld te wijten (wat in iemands hoofd afspeelt)
5
Misdrijf= zwaar delict waar het gevolg het belangrijkst is (subjectief bestanddeel
Overtreding= delict waar gedraging belangrijkste overtreding is (objectief)
Formeel delict= handeling bijvoorbeeld het binnendringen van een huis zonder stelen
Materieel delict= het gevolg van een gedraging bijv doodslag
Commissiedelict= handeling is strafbaar gesteld
Omissiedelict= nalaten van handeling strafbaar bijv kind verwaarlozen
6
Bestanddelen moeten worden bewezen, de elementen wederrechtelijkheid en schuld niet
behalve wanneer deze expliciet genoemd zijn in de delictomschrijving.
Melk en waterarrest: melkboer had melk verdund met water en liet onwetende knecht het
verkopen. Knecht werd vrijgesproken omdat ontbreken van schuld niet kan leiden tot
oordeel.
Week 2B
Criminaliseren is gerechtvaardigd bij onrecht, enige manier om tegen gedraging tegen te
gaan straf is maar het middel mag niet erger zijn dan de kwaal
Hulsman: geen straf om heersend moraal te implementeren
Van Bemmelen: straffen noodzakelijk om individu en gemeenschap te beschermen en
andere rechtsgebeiden geen uitkomst bieden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tobiasvernooij. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.