Wet 1 = een voorwerp in rust, wil in rust blijven. Een voorwerp in beweging wil in beweging blijven (wet der
traagheid)
Wet 2 = een kracht die inwerkt op een lichaam op een lichaam veroorzaakt een versnelling in dezelfde richting en zin
van de kracht
De grootte van de versnelling is evenredig met de grootte van de inwerkende kracht en omgekeerd evenredig met
de massa van het lichaam waarop de kracht inwerkt
eenheid van F (kracht) = 1N = 1kg .m /s²
wet 3 = als een lichaam A een kracht uitoefent op een lichaam B, dan zal het lichaam B
een even grote kracht in dezelfde richting, maar in tegengestelde zin uitoefenen op het lichaam A
als A een kracht F op B uitoefent, dan zal B een tegengestelde kracht -F op a uitoefenen
actie-reactiekracht
Gewicht
Een massa m wordt aangetrokken door de aarde, deze aantrekkingskracht, noemen we het gewicht G, uitgedrukt in
N (newton). De aantrekkingskracht van de aarde veroorzaakt een versnellen. Deze versnelling noemen we de
valversnelling g.
Valversnelling g = 9,81m/s²
F = m . a G (gewicht) = m . g (valversnelling)
Resultante van krachten
De resulterende versnelling is de som van de versnellingen
Men kan deze versnelling beschouwen als de versnelling ten gevolge van de som van de verschillende krachten, ten
gevolge van de resulterende krachten
Een punt massa kan pas in rust blijven als de resulterende kracht 0 is, dan is de verandering van snelheid 0
, De centrifugale kracht
In een ECB verandert de grootte van de snelheid niet. De richting van de snelheid verandert voortdurend. Er moet
een kracht inwerken die een versnelling veroorzaakt dit is de normale kracht (normale versnelling), deze kracht
staat loodrecht op de snelheidsvector. Ze is gericht naar het middelpunt = centripetale kracht
Normale versnelling bij een ECB =
De grootte van de centripetale kracht is =
Als gevolg van de centripetale kracht moet er dus ook een reactiekracht zijn, deze is weg van het middelpunt gericht
Er zijn 3 gevallen (met voorbeeld achtbaan)
Fcf < G : de snelheid is te klein, wagentje valt naar beneden
Fcf = G: resulterende kracht nul, het gewicht wordt gecompenseerd door de centrifugale
kracht, er werkt als het ware geen kracht in op het wagentje
Fcf > G: de snelheid van het wagentje is zo groot dat de centrifugale kracht die het
wagentje naar omhoog duwt, groter is dan het gewicht
Voorbeelden van centrifugale kracht; centrifuge, slazwierder,…
De centrifuge
= toestel om stoffen te scheiden. De deeltjes in de vloeistof ondervinden een centrifugale kracht (massadichtheid)
die ze wegduwt van de rotatie as
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ronnadeconinck. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.