Dit bestand betreft een oefentoets voor het vak Recht in semester 8 van de opleiding Accountancy.
Het word-document bevat zowel de vragen als de antwoorden die zelf gegegven zijn en de correcte antwoorden (besproken in colleges met de docent).
Met deze oefentoets en de theorie als voorbereiding...
Pieter en Ella zijn getrouwd en hebben samen twee kinderen: Amber (12 jaar) en Thijs (15 jaar). Pieter is
beeldhouwer en Ella is werkzaam als secretaresse. Pieter, Ella en hun kinderen wonen in Maastricht.
Amber zit in de brugklas van de middelbare school. Als Amber zich op een ochtend verslaapt en gehaast
naar school fietst, verleent ze op een zebrapad geen voorrang aan de 47-jarige Sjoerd. Sjoerd komt ten val,
waarbij zijn telefoon op de grond valt. De telefoon is kapot, schade € 859.
Vraag 1 (10 punten)
Geef gemotiveerd aan wie Sjoerd voor de schade met succes kan aanspreken.
Er is sprake van een onrechtmatige daad door Amber conform art. 6:162 BW
Daad: hierbij is er sprake van een doen: amber overtreedt de verkeersregel
Onrechtmatigheid (lid 2): er is sprake van inbreuk op eigendomsrecht van telefoon van Sjoerd.
Bovendien handelt Amber in strijd met wettelijke plicht, door verkeersregels te overtreden.
Toerekenbaar: de daad is in eerste instantie toerekenbaar aan Amber, omdat ze zich verslaapt en
hierdoor gehaast naar school fietst. Door deze haast verleent ze geen voorrang. Echter is zij nog
geen 14 jaar zie hieronder toegelicht.
Schade: er is sprake van schade, de telefoon is kapot
Causaal verband (art. 6:98 BW): hiervan is sprake. Als Amber zich niet had verslapen en rustig naar
school kon fietsen had zij waarschijnlijk wel voorrang verleent op het zebrapad. Dan was Sjoerd niet
ten val gekomen en was zijn telefoon niet kapot gegaan
Relativiteit: speelt hier niet. Dit kan alleen spelen bij het handelen in strijd met wettelijke plicht
Amber en ouders: aangezien Amber jonger is dan 14 jaar, kan de daad haar niet als een onrechtmatigde
daad worden toegerekend volgens art. 6:164 BW. Op grond van art. 6:169 lid 1 BW kan zij dan ook niet
aansprakelijk worden gesteld door Sjoerd. Op basis artikel 6:169 lid 1 BW kunnen Pieter en Ella wel
aansprakelijk worden gesteld voor de daad van Amber. In dit opzicht wordt de daad wel als een
onrechtmatigde daad van Amber gezien. Op grond van art. 6:102 lid 1 BW kunnen Pieter en Ella beide
hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld.
Correcte antwoord
Hier is sprake van een onrechtmatige daad (art. 6:162 BW). Er is sprake van een inbreuk op een absoluut
recht (eigendomsrecht van Sjoerd), schade causaal verband tussen de inbreuk op het recht en de schade en
van relativiteit (art. 6:163 BW). Omdat amber nog geen 14 jaar is, is de onrechtmatige daad niet aan haar
toerekenbaar (art. 6:164 BW). De ouders van Amber zijn aansprakelijk (art. 6:169 lid 1 BW). Sjoerd kan de
ouders van Amber aanspreken tot vergoeding van de schade.
Sjoerd heeft zijn telefoon verzekerd en krijgt van de verzekering € 750 vergoed.
, Vraag 2 (5 punten)
Geef gemotiveerd aan welk gevolg het feit dat Sjoerd € 750 vergoedt krijgt van de verzekering heeft op de
te betalen schadevergoeding.
In dit geval is er sprake van voordeelsverrekening, aangezien Sjoerd € 750 vergoedt krijgt van de
verzekering. Dit bedrag dient volgens art. 6:100 BW in mindering te worden gebracht op de totaal te
betalen schadevergoeding. Sjoerd kan dus € 859 – € 750 = € 109 schadevergoeding vorderen.
Het bedrag dat ontvangen van de verzekering zal zijn bepaald o.b.v. de abstracte methode, aangezien er
waarschijnlijk een dagwaarde is voor de telefoon.
Correcte antwoord
In dit geval wordt de te vergoeden schade verminderd met het belang dat Sjoerd van de verzekering krijgt
op basis van de voordeelsverrekening (art. 6:100 BW).
Pieter heeft van het bedrijf Thunstone BV opdracht gekregen om een marmeren beeld met sokkel te maken
voor de hal van het bedrijf. Afgesproken is dat Pieter het beeld met sokkel op 1 maart 2020 zal afleveren bij
Thunstone. Betaling aan Pieter moet plaatsvinden uiterlijk op 7 maart 2020. Pieter heeft echter te weinig
marmer besteld bij zijn leverancier waardoor Pieter niet op tijd klaar is met het beeld. Op 1 maart 2020 is
het beeld en de sokkel niet af. Pieter verwacht het beeld en de sokkel op zijn vroegst op 1 april 2020 af te
hebben. Thunstone BV wil alsnog levering van het beeld en de sokkel, ook al is dat later, maar weigert om
op 7 maart 2020 te betalen.
Vraag 3 (10 punten)
Geef gemotiveerd aan of Thunstone met succes kan weigeren om op 7 maart 2020 te betalen aan Pieter.
Hierbij is er sprake van een opschortingsrecht uit hoofde van enac (art. 6:262 BW), aangezien er één
verbintenis is tussen Pieter en Thunstone. Pieter komt de wederkeriger overeenkomst niet (tijdig) na,
omdat hij het beeld en de sokkel niet op 1 maart kan afleveren. Deze harde termijn is op het begin
afgesproken.
Correcte antwoord
Thunstone kan de betaling opschorten (art. 6:52 BW). Omdat hier sprake is van een wederkerige
overeenkomst kan Thunstone gebruik maken van de enac (exceptio non adimpleti contractus) van art.
6:262 BW. Dit is een bijzonder opschortingsrecht indien een wederkerig overeenkomt door één van de
partijen niet wordt nagekomen.
Extra uitleg hierbij
Art. 6:52 BW is het algemeen opschortingsrecht (dit speelt bij meerdere verbintenissen tussen 2 partijen,
oftewel als er meerdere leveringen tussen 2 partijen zijn, partijen die regelmatig zaken met elkaar doen.
Art. 6:52 BW kent meer vereisten, zoals de samenhang tussen verbintenissen. Bij 6:262 is er door een
wederkerige overeenkomst in principe altijd sprake van voldoende samenhang.
Op 10 april 2020 breekt in het atelier van Pieter brand uit als gevolg van kortsluiting. Het beeld met sokkel
voor Thunstone BV raakt onherstelbaar beschadigd. Pieter moet nu opnieuw beginnen aan een beeld en
een sokkel en dat vergt enige maanden. Thunstone BV is daar niet blij mee aangezien het beeld onthuld zou
worden bij de opening van het nieuwe pand op 25 april 2020. Voor de sokkel waarop het beeld moet staan
is in het nieuwe pand door een ander bedrijf inmiddels een gat in de vloer gemaakt. Omdat dit gat in de
vloer gevaarlijk is, wil Thunstone BV het gat laten dichtmaken in afwachting van het beeld met sokkel. De
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DeBesteSamenvattingen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.