H1 - §1: Planeet aarde
De opbouw van de aarde bestaat uit verschillende lagen: de Kern, de Mantel, en de Aardkorst.
De aardkorst ligt bovenop alle andere lagen en bestaat uit hard gesteenten. De laag hieronder is
de Mantel de Mantel is een laag bestaande uit een vloeibaar gesteente (magma), een ander
woord voor de mantel is de asthenosfeer. De kern onderste laag en bestaat ook uit 2 lagen
namelijk de vloeibare kern (buiten-kern) en een harde kern (de binnen-kern) de binnen-kern is
niet vloeibaar vanwege de druk van de andere lagen die erop drukt.
De geologische tijdschaal is een tijdlijn waarop je verschillende tijdperken van het leven op
aarde kunt zien, je kunt aflezen wanneer de eerste dinosauriërs op de planeet rondliepen en
wanneer de eerste zoogdieren ontstonden. Deze tijdlijn is gebaseerd op archeologische vondsten
van archeologen.
Continentale platen bestaan voornamelijk uit graniet, dat is een lichte vorm van gesteente
hierdoor ligt de oceanische plaat altijd lager dan een continentale plaat.
Oceanische platen bestaan voornamelijk uit basalt, dat is een zware vorm van gesteente
hierdoor ligt de continentale plaat altijd hoger dan de oceanische plaat.
H1 - §2: Drijvende continenten
De aardplaten verschuiven over het aardoppervlak dit zorgt ervoor dat Nederland miljoenen
jaren geleden niet op dezelfde plek op het aardoppervlak ligt dan nu.
Het actualiteitsbeginsel is een begrip voor ‘’het heden is de sleutel naar het verleden’’ je gaat
ervan uit dat gebeurtenissen uit het verleden nog steeds kunnen gebeuren onder dezelfde
omstandigheden. Zoals een gletsjer die duizenden jaren geleden een v-dal heeft omgetoverd tot
een u-dal, dit zou nog steeds kunnen gebeuren op dezelfde plek met dezelfde omstandigheden.
Pangea was het zogenoemde supercontinent wat miljoenen jaren geleden bestond uit alle
stukken landmassa op aarde op een plek, ook was er een grote oceaan met de naam
Panthalassa.
Onderzeese bergruggen zijn bergruggen op de zeebodem, vaak liggen deze bergketen op de
plaatgrenzen bijvoorbeeld tussen Amerika en Europa/Afrika. Een bergketen onderwater wordt
ook wel een Midoceanische-rug genoemd, en zoals de naam het al zegt bevind deze bergketen
zich ook in het midden van een oceaan, hij kronkelt als het ware mee met de vorm van de
bijliggende continenten. Door deze ‘’onderzeese ruggen’’ valt de theorie van ‘’de aardplaten
verschuiven’’ ook te bevestigen.
H1 - §3: Beweging van platen
De lithosfeer bestaat uit 7 grote platen (continenten) en allemaal kleine plaatjes
die op de asthenosfeer drijven.
Convectiestromen zijn stromen van magma onder het aardoppervlak, magma koelt
af, koude magma zakt naar beneden, magma wordt weer verwarmt en warme
magma stijgt weer omhoog.
, Plaatbewegingen, er zijn 3 soorten plaatbewegingen: 1) platen bewegen van elkaar af
(divergentie), 2) platen bewegen naar elkaar toe (convergentie), 3) platen bewegen lang elkaar
(transform).
Divergente plaatbeweging vind plaats tussen twee oceanische platen, bij divergentie
komt magma naar boven tussen de twee platen. Dit magma vormt uiteindelijk ook die
bergketens op de bodem van de oceaan. Deze manier van vulkanisme op de bodem van de
oceaan is niet explosief maar vrij rustig aangezien het hier gaat om divergentie.
Convergente plaatbeweging kan op drie soorten manieren plaatsvinden,
1) ten eerste kan een oceanische plaat tegen een continentale plaat aandrukken daardoor
duikt de oceanische plaat altijd onder de continentale plaat en zinkt hij in de mantel dit wordt
ook wel Subductie genoemd.
2) een andere manier waarop convergente plaatbewegingen plaatsvinden is als twee
oceanische platen tegen elkaar aanbotsen de oudste plaat duikt onder de jongste (aangezien
de oudste plaat altijd het zwaarst is omdat hij meer is afgekoeld) het gevolg hiervan is dat er
een diepzeetrog ontstaat. 3) ten slotte kunnen twee continentale platen tegen
elkaar aanbotsen, omdat deze beide even zwaar zijn zal de ene niet onder de andere
schuiven. In plaats daarvan ontstaat er een soort ‘’kreukelzone’’ dit noem je ook wel een
kreukelgebergte. In de buurt van zo’n kreukelgebergte komen ook vaak aardbevingen voor.
(overigens is de kans altijd groot bij een convergente plaatbeweging tussen 2 continentale
platen)
Transform plaatbeweging is een soort plaatbeweging waarbij er geen lithosfeer wordt
afgebroken en ook niet wordt opgebouwd. Rond het gebied van een tranforme-
plaatbeweging staat veel spanning, deze spanning leid vaak tot aardbevingen. Door de
beweging van deze platen ontstaan veel hoge horsten en lage slenken, deze kunnen een
gebergte vormen. Een gebergte wat ontstaat door Transforme plaatbewegingen heet ‘’een
breukgebergte’’.
H1 - §4: De aarde brand en beeft
Hotspots ontstaan doordat er onder de aarde een stuk oceanische plaat smelt, het gesmolten
gesteente stroomt terug omhoog (dwars door de lithosfeer/continentale plaat). Hierdoor ontstaan
vulkanen op dit punt. (zie bron1)
‘’Hotspot’’
Bron 1
Vulkaanisme er zijn 3 verschillende vulkanen met 2 soorten uitbarsttype,
Schildvulkaan is een vulkaan die laagje voor laagje is opgebouwd door dun magma, deze
vulkaan heeft een effusieve uitbarsting (dit houd in dat het een rustige uitbarsting is).
Stratovulkaan is een vulkaan die stijl oploopt en vol zit met taai lava, als dit taaie lava uit
de vulkaan komt zal dit niet zonder slag of stoot gaan. Een stratovulkaan heeft een explosief
uitbarsttype.
Caldeiravulkaan is een voormalig stratovulkaan waar de top vanaf is geblazen tijdens een
heftige explosieve uitbarsting.
Aardbevingen ontstaan door enorme krachtopbouw in de lithosfeer dit komt door
platentektoniek, het punt waar een aardbeving ontstaat heet het hypocentrum (hypo = onder de
grond). Het punt waar de meeste trillingen voelbaar zijn heet het epicentrum (epi = boven de
grond).
Tsunami’s zijn enorme golven die ontstaan door een aardbeving in de zeebodem, door deze
aardbeving beweegt een groot deel van het water alle kanten op ook naar het land.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller krisroling. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.77. You're not tied to anything after your purchase.