Samenvatting hoofdstuk 1 (inleiding in het Nederlands recht)
Paragraaf 1
Gewoonterecht;
2 voorwaarden
1. Bestendig gebruik
2. Rechtsovertuiging (kan het voor de rechter komen?); je kunt er niet mee naar de
rechter stappen, maar toch geldt het als een regel binnen een groep.
Open norm;
Je moet een goede werknemer zijn
‘goede’ wat is goed? Iedereen heeft daar een andere opvatting over
In het streven van ieder mens naar de bevrediging van zijn geestelijke en lichamelijke
behoeften is een botsing met de belangen van anderen vaak onvermijdelijk. Om die botsing
te voorkomen kan het recht in de vorm van het stellen van rechtsregels van betekenis zijn.
Rechtsregels hebben het doel om menselijke gedragingen te ordenen en daarmee ook te
uniformeren, doordat ze voor iedereen gelijkelijk van kracht zijn.
Hoe ordenen rechtsregels het menselijk gedrag?
- Voorschriften waarin gedragingen worden benoemd (bevoegdheden en
verplichtingen)
- bijvoorbeeld; een verbod of gebod (dient voor ordenen + veilige maatschappij)
- bijvoorbeeld het gebod ‘geef verkeer van rechts voorrang’
- Gedragingen te verbieden door ze met straf te bedreigen
- diefstal of vernieling (dient voor het beschermen van het eigendom, gerechtigheid
staat centraal)
Naast het ordenen van het menselijke gedrag heeft het recht nog 2 belangrijke functies;
1. De regels moeten worden gehandhaafd! Er wordt toezicht uitgeoefend op het niet
naleven
2. Conflicten kunnen aan de rechter worden opgelegd. (Gehandhaafd door
geschilbeslechting)
De inhoud van rechtsregels algemeen aanvaarde opvattingen over goed en kwaad en als
doel het ordenen van de maatschappij. Het verloop tussen mensen eerlijk laten gaan.
Paragraaf 2
Recht; het geheel van geldende rechtsregels
Term; positief recht de optelsom van alle rechtsregels die hier op dit moment gelden
,We onderscheiden de rechtsregels van de voorschriften die uit de moraal of de godsdienst
voortvloeien.
Fatsoensregel doen hun invloed op ons recht zeker gelden, maar ze zijn niet vastgelegd in
rechtsregels daarom behoren ze niet tot het positieve recht.
bijvoorbeeld; respect voor andermans geloofsovertuiging/gebruik om aan tafel met mes en
vork te eten.
Naast positief recht hebben we objectief recht dit zijn synoniemen.
Objectief wordt veel gebruikt in verband met subjectief recht.
Rechtsregels van objectief recht
- Ordenen, de verhouding tussen personen door aan heb bevoegdheden en
verplichtingen toe te kennen
Onder subjectief recht (individueel recht) verstaan we de bevoegdheid die iemand in een
concreet geval aan een regel van objectief recht ontleent.
Bijvoorbeeld;
- Elke meerderjarige ontleent een eigenbevoegdheid om zijn stem uit te brengen.
- De koper is verplicht de prijs te betalen
Het woord recht heeft twee betekenissen; algemene regels + individuele bevoegdheid
Rechtsbronnen; zijn de bronnen waaruit het geldend recht als het ware voortvloeit, het gaat
om de vorm waarin rechtsregels zich voordoen, en niet om de inhoud van de regels.
Voorbeeld van een rechtsbron = de wet, daar staat het positieve recht in
De wet; elke algemeen geldende geschreven rechtsregel die afkomstig is van een tot
wetgeving bevoegdheidsorgaan.
In het Nederlands recht hebben we een aantal rechtsbronnen
- De wet
- De jurisprudentie (de rechtspraak) Rechters kunnen zelfstandig een regel formuleren
die niet in de wet staat
- De gewoonte
- Verdragen en sommige besluiten van volkenrechtelijke organisaties
Paragraaf 3
Soevereiniteit; bevoegdheid van elk land de eigen rechtsorde vast te stellen en te
onderhouden
Naast het nationale recht geldt binnen staten ook recht ban internationale oorsprong
kortheidshalve internationaal recht
Het deel van het internationaal recht dat rechtsregels bevat over het verkeer tussen staten
en onderling en het verkeer tussen staten en volkenrechtelijke organisaties, word het
volkenrecht genoemd.
- Het volkenrecht bestaat voornamelijk uit, verdragen, besluiten van volkenrechtelijke
organisaties en regels van gewoonterecht.
, Een verdrag kan worden omschreven als een schriftelijke, bindende regeling tussen staten
onderling/tussen staten en volkenrechtelijke organisaties.
- Er bestaan verschillende typen verdragen en daarmee verschillende soorten
verdragsbepalingen
1. Een verdrag tussen staten waarbij alleen de betreffende autoriteiten (gemeentes,
overheden) wederzijds verplichtingen aangaan
2. Bevat verplichtingen voor de wetgevers van de aangesloten staten tot het maken
of aanpassen van wetgeving, het verdrag krijgt pas betekenis als de wetgever de
opdracht uit het verdrag heeft voldaan
3. Verdragen die rechtsregels bevatten die in een staat zonder tussenkomst van de
wetgever rechtstreeks in het nationale recht kunnen gelden. Bijvoorbeeld; het
Europese verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele
vrijheden (EVRM), recht op eerlijk proces bijvoorbeeld. De EVRM is tot stand
gekomen door de Raad van Europa.
Door de verschrikkingen van de tweede wereldoorlog hebben de lidstaten van de
Raad van Europa ertoe gebracht in het EVRM vast te leggen dat elk individu eigen,
onvervreemdbare rechten heeft die de staat moet respecteren; de grondrechten.
Monistisch systeem; rechtsregels uit een verdrag kunnen deel uitmaken van het
nationale recht zonder dat eerst omzetting in nationaal recht nodig is. (grondrechten
maken deel uit van het nationaal recht)
4. De vierde verdragsbepaling bestaat uit regelingen waarbij bevoegdheden tot
wetgeving, bestuur en rechtspraak worden opgedragen aan een internationale
organisatie (Europese unie)
Voorrangsregel; als blijkt dat een regel van nationaal recht in strijd is met een regel of besluit
van internationale herkomst, dan is de vraag welke regel geldt. Antwoord art.94
grondwet. Daarin is bepaald dat een regel of besluit van internationale herkomst voorrang
heeft boven de nationale regel, het moet wel een verdragsbepaling zijn die voor iedereen
kan gelden. Het internationaal recht neemt dus een dominante plaats in binnen de
Nederlandse rechtsorde.
Paragraaf 4
Materieel recht; het materieel recht betreft de inhoud van rechten en plichten (bijv. recht
van studenten op studiefinanciering door de overheid)
Formeel recht (pas bij moeilijkheid); het formeel recht heeft betrekking op de handhaving
van regels van materieel recht in procedures voor de rechter. De begrippen formeer recht en
procesrecht zijn synoniemen. (Een snowboard gekocht en al betaald maar de verkoper
weigert te leveren)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mnmnetten. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.