Deel I De verbintenis en haar bronnen.....................................................................................................................3
Bijeenkomst 1 Verbintenissenrecht: Een terreinverkenning.................................................................................3
Deel II Totstandkoming van rechtshandelingen en overeenkomsten........................................................10
Bijeenkomst 2 Precontractuele fase en aanbod......................................................................................................... 10
Bijeenkomst 3 Wilsvertrouwensleer............................................................................................................................. 15
Bijeenkomst 4 Wilsgebreken............................................................................................................................................ 18
Bijeenkomst 5A Nietig - Vernietigbaar?........................................................................................................................ 26
Deel III Algemene voorwaarden, uitleg en inhoud van overeenkomsten..................................................32
Bijeenkomst 5B Algemene voorwaarden..................................................................................................................... 32
Bijeenkomst 6 Uitleg............................................................................................................................................................ 34
Deel IV Niet-nakoming van verbintenissen..........................................................................................................38
Bijeenkomst 7 Schadevergoeding................................................................................................................................... 38
Bijeenkomst 8 Ontbinding van overeenkomsten...................................................................................................... 42
Bijeenkomst 9 De onrechtmatige daad, aansprakelijkheid op grond van eigen foutief gedrag..............44
Bijeenkomst 10 Kwalitatieve aansprakelijkheden I................................................................................................. 46
Bijeenkomst 11 Kwalitatieve en Risicoaansprakelijkheden I..............................................................................49
Bijeenkomst 12 Schadevergoedingsrecht.................................................................................................................... 52
Bijeenkomst 13 Soorten schade....................................................................................................................................... 56
Deel VII Bevrijdende verjaring..................................................................................................................................61
Bijeenkomst 14....................................................................................................................................................................... 61
2
,Deel I De verbintenis en haar bronnen
Bijeenkomst 1 Verbintenissenrecht: Een terreinverkenning
Verbintenissen dienen uit de wet voort te vloeien (6:1 BW). Verbintenis = een
rechtsverhouding tussen twee partijen, krachtens welke een der partijen, de schuldenaar of
debiteur, een op het terrein van het vermogen liggende prestatie verschuldigd is aan de andere
partij, de schuldeiser of crediteur, die deze van haar te vorderen heeft. De verbintenis heeft
dus zowel een actieve en een passieve kant. De verbintenis = een juridische verplichting. De
verbintenis is een subcategorie van de veel ruimere categorie rechtsplichten. Een rechtsplicht
is een verplichting die door het recht in het leven is geroepen, zonder dat van een
rechtsverhouding tussen schuldeiser en schuldenaar sprake hoeft te zijn. Deze blijken dan
bijvoorbeeld uit de wet.
De prestatie die krachtens een verbintenis verschuldigd is, moet van vermogensrechtelijke
aard zijn, maar het hoeft niet op geld waardeerbaar te zijn. Het voorwerp van de verbintenis is
een prestatie die kan bestaan in een geven, een doen of een niet-doen.
De nakoming van een verbintenis kan in rechte worden afgedwongen (art. 3:296 BW). De
veroordeling levert een executoriale titel op.
In ruime zin omvat het begrip ‘verbintenis’ ook verplichtingen die niet in rechte afdwingbaar
zijn, waartoe ook de natuurlijke verbintenissen behoren. In de praktijk wordt het in de strikte
zin gebruikt.
3
, In principe worden in het verbintenissenrecht alle verbintenissen erkend die door de wet zijn
toegelaten.
De overeenkomst is een meerzijdige rechtshandeling, waarbij een of meer partijen jegens
een of meer anderen een verbintenis aangaan (art. 6:213 lid 1). Het is een belangrijke bron
van zulke verbintenissen. Hoofdregel in het overeenkomstenrecht is dat overeenkomsten
partijen verbinden en de rechtsgevolgen hebben die partijen zijn overeengekomen, pacta sunt
servanda (art. 6:248 BW). De verbintenissen vloeien dus voort uit een overeenkomst. Als er
sprake is van een overeenkomst tot koop ontstaat er dus een verbintenis tot levering en een
verbintenis tot betaling.
Wederkerig = indien beide partijen een verbintenis op zich nemen ter verkrijging van de
prestatie waartoe de wederpartij zich daartegenover jegens haar verbindt (art. 6:261 lid 1)
(bijv. koop, huur en arbeidsovereenkomst).
Niet-wederkerig = een overeenkomst die niet voldoet aan de omschrijving van de
wederkerige overeenkomst, de partijen zijn niet beide aan de ander iets verschuldigd (bijv.
schenkingsovereenkomst).
Quint/Te Poel: “in gevallen die niet bepaaldelijk door de wet zijn geregeld, moet de
oplossing worden aanvaard, die in het stelsel van de wet past en aansluit bij de wel in de wet
geregelde gevallen.” Dit houdt in dat het begrip ‘de wet’ uit art. 6:1 BW niet alleen inhoudt
dat wat zij uitdrukkelijk zegt, maar ook wat zij onuitgesproken impliceert. Dit is dus een
ruime opvatting, die ervoor zorgt dat in gevallen die niet in de wet geregeld zijn toch het
bestaan van een verbintenis aangenomen kan worden. “Uit de wet” betekent dat in gevallen
waarin de wet geen regeling kent, een oplossing moet worden gezocht die “past in het stelsel
van de wet en aansluit bij de wél in de wet geregelde gevallen”. Bepalingen uit de wet
worden dan analoog toegepast, en er wordt gekeken of de verbintenis in het wettelijk systeem
past. Kortom: er moet worden uitgemaakt of die verbintenis past in het stelsel van de wet, en
aansluit bij de wel in de wet geregelde gevallen. Een voorbeeld van deze doctrine is de
redelijkheid en billijkheid uit art. 6:248.
Verschillen met goederenrecht:
● Het goederenrecht heeft betrekking op de rechtsverhouding tussen een persoon en een
goed. Het verbintenissenrecht heeft betrekking op de rechtsverhouding tussen personen
onderling.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller carmenftr. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.98. You're not tied to anything after your purchase.