100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Public Management (Alle colleges) $7.41
Add to cart

Class notes

Public Management (Alle colleges)

 2 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Een samenvatting van alle colleges, perfecte voorbereiding.

Preview 3 out of 23  pages

  • December 8, 2021
  • 23
  • 2020/2021
  • Class notes
  • &tab;prof. dr. m.b. veenswijk
  • All classes
avatar-seller
Public Management College 1

Introductie

Het spel en de knikkers (MacIntyre):

Je kunt je kind leren schaken om hem:
- De schoonheid van het spel bij te brengen (intrinsieke waarden)
- Door hem te belonen en te straffen (extrinsieke waarden)

Public Management: de manier waarop wij het publieke speelveld organiseren. Onderwijs
universiteiten worden beloond op de percentage van slaging.

New Public Management: de effectiviteit is het voornaamste doel nu, waardoor men de regels gaat
proberen te breken om deze effectiviteit te bereiken. (Elke universiteit staat wel op een lijstje nu) 
Problematisch

Noordegraaf wat betreft public management: Altijd zoeken naar een evenwicht tussen 3 logica’s

- Performance (doelmatigheid)
- Professionalism (kwaliteit)
- Politics (rechtvaardigheid / legitimiteit)

Hood 7 doctrines:

- Macht voor managers
- Prestatietargets
- Focus op output
- Kleinere organisatie-eenheden
- Competitie
- Bedrijfsmatig denken
- Budgetdiscipline

Praktijk uitwerking

Belangrijkste ‘ions’

- Marketization: Een beweging die zorgt voor het steeds verder vermarkten van publieke
producten. Het op de markt van brengen van publieke diensten. (KPN, NS)
- Agentification: Variant van Marketization. Gemeentelijke dienst die op afstand is geplaatst
maar die nog steeds wel een overheidsdienst zijn.
- Performatization: Het steeds meer vorm geven van publieke diensten vanuit prestaties.
- Projectification: Publieke diensten zoveel mogelijk in een project vormgieten.
- E-governation: Het digitaliseren van publieke diensten.

________________________________________________________________________

Hoorcollege Public Management 2
Antecedenten van NPM

Neoliberalisme

- Jaren dertig: herijking van het klassiek liberalisme
- Eerst vooral een protest tegen toenemende regulering van kapitalisme.

, - Vanaf de jaren 70 een reëel alternatief voor het sociaal gereguleerde kapitalisme.

Ayn Rand: The virtue of selfishness

- Mens is primair gericht op eigenbelang en moet dat om ethische redenen ook zijn
- Iedere interventie in deze individuele autonomie is taboe, de staat is een amoreel monster.
- Politiek moet volledig vrije markten mogelijk maken en waarborgen.

Adam Smith zag dit anders

Theory of moral sentiments

- Voorwaarde voor vrije markt is de aanwezigheid van ‘maatschappelijkheid’ (empathie en
onderling vertrouwen)
- Wordt door neo-liberale politiek juist de nek omgedraaid (ondoorzichtige producten,
plunderen van de toekomst)

Neoliberalisme:

- Niet langer ‘laisser faire’ (in beloop laten) maar activistisch, zo niet agressief. Markten
ontstaan niet meer vanuit zichzelf (liberalisme) maar worden opgezet vanuit de politiek
(Quasi-markten)  Zorg,
- Gericht op afbouw staat en omsmeden sociale verbanden in marktrelaties
- Publieke sector is een bedrijf
- Mens beeld: homo hyper economicus (iemand krijgt wat diegene verdient)
probleem  Wij weten niet wat iemand verdient. Als je het slecht doet vanuit dit principe
dan wordt je verteld dat je niet goed genoeg bent. Meritocratie = vernederend. Volledig aan
jezelf toe te schrijven waar je staat in het leven. Reactie hierop is populisme
Paul Verhaeghe: de ziekmakende fictie van het autonome individu

Neoliberaal sentiment creëerde draagvlak in de jaren 80 voor:

- Aanval op government (Thatcher: there is no such thing as society)
- Programma’s van vergaande deregulering, liberalisering, marktwerking
- Nieuwe generatie politici en economen (Alan Greenspan, Milton Friedman)

Sociaal-economische context

- Jaren tachtig: Ernstige Crisis Verzorgingsstaat, nationaal en internationaal.
- Oplopende volumes van zorgafhankelijke burgers (WW, WAO, Bijstand, Ouderdom)
- Niet betaalbaar
- Niet beheersbaar

Nederland: Paarse politiek (1994 – 2002)

Een middenweg. De verzorgingsstaat kunnen we behouden door het efficiënt in te richten. De
liberalen kregen hun markten en socialisten kregen hun staat gericht op het behoud van al die
regelingen.

Third Way Politics (recht op gelijke kansen)

Wat zat er in het paarse programma?

- Staat moet aantoonbaar presteren
- Daarbij uitgaand van een calculerend mens- en organisatiebeeld

, - Wat leidt tot aanpak van de bureaucratie en NPM-achtige maatregelen in de gehele publieke
sector (eigen risico’s in regelingen, verzelfstandiging, quasi-markten, prestatiecontracten, en
zo meer)

Bureaucratiemodel Weber

- Een mix van rationaliteit en rechtsstatelijkheid
- Hiërarchisch systeem van competenties
- Ingebed in regels, die handelen coördineren en legitimeren.

Kritiek bureaucratie:

- (Hiërarchie) Ouderwets, langzaam.
- (Regel geleid) Geen verantwoording van doelen, prestaties.
- (Inputfinanciering) verkwisting, x-efficiency (begroting om je taken te doen, dus je maakt
budget op)
- (Politieke primaat) kan niet politiek zijn

_________________________________________________________________

Public Management college 3
Modellen van NPM
Gericht op de 3 e’s (efficiency, effectiviteit, economie)

X-efficiency  Marktmodel (Competitie, contracten, prikkels)

Uitdijende beheerslast  Post-bureaucratie (Agentschappen en prestatiesturing)

Immuniteit voor omgeving  Participatiemodel (Netwerken, overleg, coproductie)

______________________

Marktmodel

Verstrekking van publieke diensten door private bedrijven met het oog op winstoogmerk, levert

- Kostenbeperking door competitie
- Responsiviteit en innovatie

Onder de condities van:

- Keuzevrijheid burgers (exit)
- Publieke specificatie van te leveren dienst / product.

Institutionele condities voor het marktmodel:

- Marktstructuur: Genoeg competitie (fusies?)
- Informatie: prijs / kwaliteit (ondoorzichtige diensten)
- Transactiekosten: redelijk niveau (explosie van contracten)
- Motivatie vragers: Financiële motieven (morele motieven)
- Toegang: behoeftecriterium (creaming)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ilyasfdis. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.41. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

50990 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$7.41
  • (0)
Add to cart
Added