Hoofdstuk 5: Burgers en stoommachines
5.1 Industriële revolutie
De kracht van stoom
Grondige veranderingen
In 1800 begon een nieuwe periode in de geschiedenis: de moderne tijd (1800 – heden). In
de 19e eeuw veranderde het leven in Europa heel erg. Als een Romein in 1800 door Europa
had kunnen reizen, dan had hij nog wel wat dingen kunnen herkennen. Maar in 1900 zou de
Romein niks meer herkennen van vroeger. Mensen reisden niet meer per voet, maar gingen
met de tram, de trein of met het stoomschip. Er waren enorme steden, waar arbeiders in
fabrieken stoommachines bedienden. De fabrieken produceerde nieuwe producten zoals
lucifers, blikvoedsel en telefoons. Als de zon onder ging, gingen in veel steden op straat n in
huizen van de rijke burgers elektrisch licht aan. De oorzaak van dit alles was de industriële
revolutie.
industriële revolutie = grote veranderingen in de productiemethode, waarbij handarbeid
wordt vervangen door machines
Landbouwrevolutie
De industriële revolutie was geen plotseling verandering, maar bracht wel enorme
veranderingen. De productie werd gemechaniseerd (vervangen van handarbeid door
machines). Eeuwenlang hadden mensen met hun handen gewerkt, nu namen de machines
het werk over. Het begon in 1750 in Groot - Brittannië. De bevolking was sinds 1500
verdubbeld. Er moesten dus ook 2 keer zo veel mensen eten. Vroeger leiden dit soort dingen
tot honger, maar de Britse boeren slaagden er in om meer voedsel te produceren. Ze
voerden allerlei verbeteringen door: betere werktuigen, sterkere graansoorten, het gebruik
van mest etc. Daardoor produceerde ze meer voedsel. Door de bevolkingsgroei was er
genoeg vraag naar hun voedsel. Ze gingen dus ook meer verdienen. Het geld staken ze weer
in nieuwe verbeteringen.
Stoommachines
Ook in de textielnijverheid groeide de productie doordat ondernemer vernieuwingen
uitprobeerden. Het eeuwenoude spinnenwielen werden in 1750 vervangen door machines.
Deze spinmachines stonden in watermolens naast stromend water, dat als in energiebron
werd gebruikt. Al snel werden deze machines vervangen door stoommachines. Stoom
leverde nog meer energie op, waardoor de productie alleen maar toe nam. De energiebron
van stoommachines was steenkool. Door water te verhitten met steenkool ontstond er
stoom. Met stoomdruk werd de machine in werking gezet. Stoommachines moesten
vanwege de hoge druk sterk zijn. Ze waren daarom van ijzer gemaakt. De stoommachine had
al met al grote gevolgen. Niet alleen ging de productie met stoommachines veel sneller, er
waren ook steenkoolmijnen, ijzerfabrieken en machinefabrieken nodig. De industriële
revolutie werd versneld door de komst van de stoomtrein en de stoomboot. De groei van de
industrie ging steeds harder.
, Nieuwe industrieën
Groot-Brittannië nam een grote voorsprong op de rest van de wereld. Het werd rond 1850
de werkplaats van de wereld genoemd omdat ze de hele wereld van industrieproducten
voorzag. Maar in de tweede helft van de 19e eeuw verspreide de industriële revolutie zich
door heel West-Europa en de VS. Van de westerse landen haalden Duitsland en de VS rond
1900 Groot-Brittannië in. De veranderingen gingen eind 19 e eeuw steeds sneller. Naast
steenkool werd olie een belangrijke energiebron, ijzer werd vervangen door het sterkere
staal. Er ontstonden compleet nieuwe industrieën, zoals chemische industrie. Deze maakte
bijvoorbeeld het toen nog niet bestaande plastic en kunstmest. Wat ook nieuw was, is de
elektrische industrie. Deze maakte bijvoorbeeld: elektromotoren en gloeilampen.
De gebroeders Phillips in Eindhoven maakte de eerste massaal goedkopen en betrouwbare
gloeilamp. Ook maakte de ondernemers van den Bergh en Jurgens uit Oss uit vetten een
nieuw product, ”margarine”. Ondernemers zochten volgens een bepaald systeem naar
vernieuwingen. In het begin waren uitvindingen vooral werk van een individu, maar nu
gingen mensen voor 1 bedrijf samen werken in laboratoria om het product beter te maken.
Verstedelijking
In de 19e eeuw veranderde de landbouw stedelijke samenleving in een industriële
samenleving, waarin meer dan de helft van de bevolking in steden leefden. Terwijl de
werkgelegenheid in de landbouwsector afnam, groeide de industriële sector enorm.
Industrialisatie, verstedelijking en bevolkingsgroei versterkten elkaar. De bevolkingsgroei
leverde arbeidskrachten voor de fabrieken en consumenten die de industrieproducten
konden kopen. Omgekeerd konden door de industrialisatie veel mensen werk vinden en dus
hun levensonderhoud voorzien. Daardoor kon de bevolking verder groeien.
industriële samenleving = samenleving waarin de industrie de belangrijkste sector van de
economie is en meer dan de helft van de bevolking in de steden woont.
landbouwsector = het deel van de economie dat zich met landbouw bezig houd.
industriële sector = het deel van de economie dat zich met industrie en mijnbouw bezig
houd.
Arbeiders en burgers
De arbeidsbevolking groeide het hardst, maar de rijkdom en macht kwamen steeds meer in
de handen van de burgers. De 19e eeuw staat daarom ook bekend als de tijd van burgers en
stoommachines. De adel bleef belangrijk, maar de burgerij leverde de meeste ondernemers
en kreeg meer invloed op de politiek en de maatschappij. Er ontstond een kapitalistisch
samenleving. Bedrijven probeerden in harde onderlingen concurrentie zo veel mogelijk
winst te maken en een zo groot mogelijk deel van de markt te veroveren. De arbeiders
werden opgejaagd om de productie op te voeren. Hun lonen werden zo laag mogelijk
gehouden. De industrialisatie leidde ook tot vervuiling van het milieu.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller TijnBruggeman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.