Een uitgebreide samenvatting van het boek; Groepsplan gedrag. Ook de tabellen en handelingsplannen die in het boek staan beschreven zijn overgenomen in de samenvatting. Dit is handig als je het boek niet in je bezit hebt.
Primaire preventie (universal prevention)
Primaire preventie bestaat uit een algemene, universele aanpak die bestemd is
voor alle kinderen ui een groep of school en die de individuele leerlingen niet
stigmatiseert.
Secundaire preventie (selective prevention)
Voor 7-10% van de leerlingen is een aanpak op schoolniveau alleen onvoldoende.
Het betreft hier leerlingen die meer dan anderen het risico lopen zich
problematisch te ontwikkelen (children at risk).
Tertiaire preventie (indicated prevention)
Zo’n 3-5% van de leerlingen profiteert in onvoldoende mate van
preventiemaatregelen op primair en secundair niveau. Ze zijn gebaat bij een
gedragsfunctieanalyse en ondersteuning die zeer nauw aansluit bij de
ontwikkelingsbehoefte.
Het situatieve aspect
Gedrag wordt in hoge mate bepaald door de situatie waarin een persoon
verkeert. Zo kan een leerling op school veel problemen hebben terwijl er in de
thuissituatie weinig aan de hand is. Van welke gegevens ga je dan uit?
Het relationele aspect
Gedrag is gebaseerd op specifieke interactiepatronen tussen de leerling, de
medeleerlingen en de leraar. Er is sprake van voortdurende beïnvloeding. Hieruit
is te verklaren dat leraar A nooit problemen heeft met leerling B, terwijl leraar C
voortdurend in de clinch ligt met leerling B. Wie heeft er dan een probleem? Is
dat de leerling, of de leraar die niet goed weet aan te sluiten bij het gedrag van
de leerling?
Het relatieve aspect
Er bestaat geen absolute maat voor goed of slecht gedrag. Het beoordelen van
gedrag in een bepaalde situatie is daarom per definitie subjectief. Daar waar de
ene leraar de leerling brutaal vindt, zal de andere leraar spreken van een ‘pittige
persoonlijkheid’.
Het fluctuerende aspect
Gedragsproblemen zijn meestal van tijdelijke aard. Soms nemen ze in hevigheid
toe, dan weer nemen ze af en verdwijnen ze voor een bepaalde periode geheel of
gedeeltelijk. Soms hoort bepaald gedrag ook bij de ontwikkelingsfase waarin een
leerling verkeert.
Hoofdstuk 1. Preventie 1 (blz. 24)
1.1 plannen voor iedereen
Het eerste deel van het groepsplan is gericht op alle leerlingen in de groep.
Forming: fase van de kennismaking met elkaar en de omgeving.
Norming: fase waarin de normen worden bepaald.
Storming: fase waarin de onderlinge posities worden vastgelegd.
Performing: fase waarin de klas daadwerkelijk als groep gaat functioneren.
,Adjourning/termination: fase van afscheid nemen.
Op het formulier wordt aangevinkt in welke fase van de groepsvorming de groep
zich bevindt.
(zie blz. 29 voor het groepsplan gedrag schema)
Hoofdstuk 2 de leraar (blz. 30)
2.1 Handelingsgericht werken
Bij handelingsgericht werken stem je je als leraar af op de onderwijsbehoeften
van de leerlingen en bepaal je hoe je omgaat met verschillen tussen die
leerlingen. HGW is een manier van planmatig werken volgens zeven
uitgangspunten binnen een cyclisch proces.
De HGW-cyclus kent vier fasen:
Fase 1: waarnemen/signaleren (verzamelen van leerlinggegevens in een
groepsoverzicht, signaleren van leerlingen die extra begeleiding nodig hebben).
Fase 2: begrijpen/analyseren (benoemen van de onderwijsbehoeften van de
leerlingen).
Fase 3: plannen (clusteren van leerlingen met vergelijkbare onderwijsbehoeften
en het opstellen van een groepsplan).
Fase 4: realiseren (uitvoeren van het groepsplan).
De zeven uitgangspunten van HGW zijn:
1. De onderwijsbehoeften van de leerling staan centraal.
Onderwijsbehoeften geven aan wat een leerling nodig heeft om specifieke
onderwijsdoelen te bereiken.
2. Afstemming en wisselwerking.
Dit uitgangspunt is gebaseerd op het zogenaamde transactionele model.
Dit houdt in dat een leerling zich ontwikkelt in interactie met de omgeving.
3. De leraar doet ertoe.
Het is duidelijk dat iedere leerling gebaat is bij een goede leraar.
4. Positieve aspecten zijn van groot belang.
Optimisme en denken in mogelijkheden geven ruimte voor ontwikkeling.
Binnen het HGW wordt doemdenken als niet-constructief gezien, je helpt er
de leerling niet mee vooruit. Het gaat erom wat de leerling wel kan, welke
mogelijkheden hij wel heeft.
5. Constructieve samenwerking.
Dit uitganspunt verwijst naar de samenwerking met de ouders. Binnen
HGW worden ouders als partners gezien.
6. Doelgericht handelen.
Bij HGW gaat het erom dat er duidelijk wordt geformuleerd wat de leraar
wil bereiken met de groep of een leerling.
7. De werkwijze is systematisch, in stappen en transparant.
HGW kent een cyclus op groepsniveau. Een aantal keren per jaar doorloopt
de leraar met steun van de intern begeleider en de leidinggevende de
verschillende stappen van het model.
Klassenmanagement wordt gezien als de belangrijkste sleutel voor goede
leerresultaten van leerlingen.
Definitie klassenmanagement: het scheppen van voorwaarden voor effectief
onderwijs.
2.2.1 Leraar
, Relatie
Vertrouwen is de basis van een relatie. Dit betekent dat de leraar een leerling
oprecht en met respect behandelt. Iedere dag wordt gestart met een schone lei.
Leraren kunnen een eerste goede indruk maken door aan het begin van het
schooljaar alle informatie over leerlingen op een lijst te plaatsen. Op de eerste
schooldag verwelkomt hij iedere leerlinge met een handdruk en wat persoonlijke
woorden: ‘Ah, jij bent Kees. Uit de Kastanjelaan, broertje van Mark en Percy. Leuk
dat je er bent.’ Dit is een teken van betrokkenheid. Een goede leraar is in staat
tot het tonen van affectie, van support en nabijheid, ook aan leerlingen die
negatieve emoties aanwakkeren. Leerlingen die verbondenheid ervaren zijn
minder geneigd probleemgedrag te vertonen.
Zekerheid
De lichaamstaal is krachtig: hier staat een leraar met zelfvertrouwen en
overwicht. De leraar staat rechtop, voeten iets uit elkaar, handen ontspannen
naast of voor het lichaam. De stem is duidelijk, krachtig en prettig van toon.
Leerlingen die weten dat ze fout zijn geweest, hebben de neiging om de strijd
aan te gaan en te discussiëren. Hiermee hopen ze een eventuele straf te
ontlopen. De leraar gaat hier niet in mee en houdt vast aan de consequenties die
eerder bekend zijn gemaakt.
Consequentheid
Consequent zijn betekent dat je zegt wat je doet en dat je doet wat je zegt. Als de
leerling bij een eerste vraag om het gewenste gedrag te vertonen niet reageert,
houdt de leraar geduldig maar beslist vol tot het gedrag wel wordt vertoond. Het
is zaak vast te houden aan opdrachten die worden gegeven.
Consequent zijn is niet hetzelfde als autoritair zijn. Autoritair gedrag houdt in dat
een leerling geen keuzemogelijkheden wordt geboden in zijn eigen leerproces of
welzijn. Dit werkt het verantwoordelijkheidsgevoel van de leerling tegen. Op den
duur werkt dit contraproductief en ontstaan er gedragsproblemen.
Duidelijkheid
Duidelijkheid zit onder meer verpakt in concreet taalgebruik. Concreet
taalgebruik is duidelijk, direct, specifiek en omvat maar weinig woorden.
Aan de andere kant werkt niet-concreet taalgebruik onduidelijkheid in de hand.
Het gaat hier om boodschappen die omslachtig of vaag zijn, signalen van
boosheid of frustratie bevatten en/of tegenstrijdige informatie geven.
Het verdient aanbeveling om het verkrijgen van aandacht een aantal keren met
de leerlingen te oefenen. Zo zal een verzoek om aandacht eerder worden
opgemerkt en opgevolgd.
Reactie op gedrag
Effectieve leraren verschillen van niet-effectieve leraren, maar niet door de
reactieve maatregelen op gedrag. Het blijken vooral de proactieve maatregelen
te zijn die voor het verschil zorgen. Proactieve maatregelen zijn al de
maatregelen die ervoor zorgen dat probleemgedrag niet kan ontstaan.
De leraar reageert zowel verbaal als non-verbaal om leerlingen te activeren of af
te stoppen.
Het is aan te raden om tegenover elke vorm van correctie vier positieve
bekrachtigers te zetten. Dit principe staat ook wel bekend als de 4:1-ratio. De
gedachte hierachter is dat een relatie groeit als de leraar-leerlinginteracties
overwegend positief en bemoedigend van aard zijn.
Complimenten kunnen op meerdere domeinen betrekking hebben:
Uiterlijk
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maritnierop. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.66. You're not tied to anything after your purchase.