Centraal zenuwcentrum
De frequentie en ritme van de ademhaling worden bepaald door het ademcentrum. De
adembehoefte ontstaat door een opstapeling van CO2 en niet door een te lage O2 (een te lage
saturatie).
Afferente/aanvoerende sensorische input van het ademcentrum:
- Centrale chemoreceptoren (bodem 4e ventrikel): PaCO2 en H+ >
75% aandeel van chemische drive.
- Perifere chemoreceptoren (aortaboog en carotiden): PaCO2 en
H+ > 25% aandeel van chemische drive.
- Delen van het brein (cortex en hypothalamus).
- Receptoren in de longen o.a. rekreceptoren, long-irritant
receptoren en J-receptoren.
- Receptoren in het diafragma, de huid, spieren en het
maagdarmkanaal.
In de rust is vooral de PaCO2 van invloed op de ventilatie. De kleinste
afwijking van PaCO2 heeft gevolgen voor de ventilatie.
Pas bij PaCO2 < 8 kPa (60mm Hg) neemt de ventilatie toe.
Bij fysieke inspanning/stress beheersen andere stimuli de ademdrive:
- Impulsen uit contraherende spieren.
- Impulsen uit de thermosensoren in de hypothalamus.
- Impulsen uit de hersenschors.
Rekreceptoren:
- Liggen in glad spierweefsel van de tracheo-bronchiaalboom.
- Grote teugen stimuleren de receptoren;
- Signaal gaat via Nervus Vagus naar het ademcentrum (Hering-Breuer reflex).
- Resultaat: afname ademfrequentie.
Thoraxconfiguratie
Het thoracale skelet:
- Heeft 12 paar ribben, 12 borstwervels en het sternum.
- Functie: ademhaling en bescherming vitale organen.
Diafragma
Uitademing= blauwe lijn.
Inademing= rode lijn.
De diafragma is een spier en bij uitademing staat deze bol.
Bij normale ademhaling is het diafragma actief. Bij beademing is het diafragma
onactief. Doordat het diafragma een spier is neemt de spiermassa tijdens de
, beademing af. Het diafragma verzwakt al bij 48 uur aan de beademing. Na de beademing moeten
patiënten ook weer wennen, en hun spier trainen. Bij een spontane ademhaling zuig je lucht naar
binnen. Bij beademing wordt er lucht naar binnen geblaast.
Bij normale beademing maak je alleen gebruik van de internal Diafragmabeweging bij spontane ademhaling.
intercostale spieren en het diafragma.
Het diafragma neemt bij een normale ademhaling 70% van de inspiratie voor zijn rekening.
Pleurabladen en druk
Pleurabladen zijn bladen die aan de longen en thorax vastzitten. Deze bladen
zitten tegen elkaar vacuüm gezogen met een laagje flinterdunne vloeistof. Bij
een klaplong is de vacuüm weg gevallen tussen de pleurabladen, de long klapt
letterlijk in.
Bij een spontane ademhaling is er een negatieve pleuradruk. Bij beademing is er
een positieve pleuradruk. Dit komt doordat lucht de longen ingaat en daardoor
de longen naar buiten geduwd worden in plaats van bij een spontane beademing
naar binnen.
Dus;
Bij spontane ademhaling:
- Negatieve druk bij inspiratie.
- Pleuradruk is altijd negatief.
Bij mechanische beademing:
- Positieve druk bij inspiratie.
- Pleuradruk bij PEEP is altijd positief.
PEEP: positieve eindexpiratoire druk.
De pleuradruk wordt bepaald door de ademwegdruk en de verhouding
tussen de thoraxwandelasticiteit en de totale respiratoire elasticiteit.
Luchtwegen
Bij verslikking is het risico groter dat de voedselbolus in de rechter bronchus terecht komt, omdat
deze bronchus recht naar beneden loopt. De linker bronchus staat een beetje horizontaal.
Dode ruimte
Voor de 16e vertakking van de luchtwegen doen niet mee aan de gasuitwisseling, dit wordt de dode
ruimte genoemd. Dat kan omdat de lucht wordt uitgeblazen voordat gasuitwisseling heeft
plaatsgevonden en dat kan omdat de lucht die opgenomen is weer opnieuw wordt ingeademd.
3 dode ruimtes:
- Anatomische dode ruimte; deel dat bij de expiratie in de luchtwegen achterblijft, en weer
wordt ingeademd (15-25%).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller juliewei. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.