In deze samenvatting vindt je alles wat je moet weten over hormonen en het zenuwstelsel. Een aantal lastig te begrijpen processen leg ik stapsgewijs uit. Zo kun je met een gerust hart, je examen maken!
Hormoonklieren zijn organen die elders in het lichaam organen en weefsel activeren (die hormonen
afgeven aan het bloed). Hormonen werken alleen bij hun doelwitorganen en weefsels.
Exocriene klieren; klieren die producten maken die in het uitwendig milieu terecht komen. Bv.
zweetklieren.
Endocriene klieren; klieren die producten afgeven aan het inwendig milieu. Bv bloed of
weefselvloeistof.
Het coördineren van processen in het lichaam gebeurt vooral via de hypofyse. Die prikkelt
hormoonklieren (schildklier, bijnieren, lever en geslachtsklieren) en activeert organen (hersenen,
nieren, baarmoeder, melkklieren en botten). De hypofyse is alleen maar de plaats van afgifte. De
hypofyse bestaat uit een voor- en achterkwab.
- In de hypofyse achterkwab voeren uitlopers van neuronen/zenuwcellen (uit de
hypothalamus) hormonen aan. Deze hormonen activeren gladde spieren en de nieren.
- De hypofyse voorkwab maakt zelf hormonen, die andere hormoonklieren tot actie
aanzetten.
Boven de hypofyse, ligt de hypothalamus die het endocriene stelsel van je lichaam controleert.
- Bepaalde neuronen in de hypothalamus geven releasing-hormonen af aan de hypofyse
voorkwab. Die geeft weer FSH af wat uiteindelijk het werk doet.
- Andere neuronen in de hypothalamus geven inhibiting-hormonen af, die de productie van
hormonen door de hypofyse remmen.
- Weer andere neuronen produceren neurohormonen die bij de hypofyse achterkwab in het
bloed komen.
FSH activeert de eierstokken waardoor follikels groeien. Hormonen uit de follikels verdelen het juiste
aantal chromosomen tijdens de meiose. Ook stimuleert het de secundaire geslachtskenmerken bij
een vrouw.
BPA ontregelt de werking van oestradiol. Het komt vrij uit plastic. BPA beïnvloedt de oestradiol-,
testosteron- en progesteronreceptoren. Als een vrouw met BPA in contact komen, kunnen ze
onvruchtbaar raken. Dat komt doordat de oestradiolreceptoren constant geprikkeld worden.
daardoor denkt het lichaam dat de vrouw veel oestradiol heeft en komt er geen eisprong.
13.2 Reacties van cellen op hormonen.
- Het proces groeien. Heel je leven geeft de hypothalamus GRH (groeihormoon releasing
hormoon) af. Deze stof leidt in de hypofyse tot de afgifte van GH (groeihormoon). Dat
stimuleert onder andere de deling van kraakbeencellen. GH werkt indirect, namelijk via de
lever.
- Reactie op stress. Uit de hypothalamus komt CRH vrij. Dat hormoon zet de hypofyse aan tot
de productie van ACTH. Dat stimuleert de cellen van de bijnierschors tot de productie van
verschillende hormonen (onder andere cortisol). Cortisol verhoogt de glucosespiegel van het
bloed wat de energietoevoer naar cellen veilig stelt.
Hormonen werken alleen bij de eigen doelwitcellen die de juister receptor voor dat hormoon
bevatten. Er zijn verschillende typen hormonen waarbij de herkenning anders verloopt.
, - Hydrofobe steroïdhormonen bewegen
relatief gemakkelijk door het
celmembraan. Ze binden aan een
receptoreiwit in het grondplasma en
gaan naar de kern. Daar wordt een gen
geactiveerd waardoor RNA ontstaat.
Daarna wordt er een eiwit gemaakt wat
als enzym kan werken.
- Tyrosinehormonen en hydrofiele
eiwithormonen binden aan een
receptormolecuul op het celmembraan.
Dat leidt tot activiteit van G-eiwit en
een enzym. Een secundaire
boodschapper (klein molecuul die snel
door het grondplasma diffundeert)
bewerkt een reactie in de doelwitcel.
De receptoren van tyrosine- en eiwithormonen veranderen wanneer de hormonen aankoppelen. Aan
de binnenkant van het celmembraan vindt een reactie plaats. Een cascade aan reacties geeft een
secundaire boodschapper. Die heeft de boodschap van het hormoon overgenomen en vormt de
verbinding met het molecuul dat in de cel actie gaat uitvoeren.
Cellen van weefsels communiceren wat een goede afstemming van hun functie mogelijk maakt.
Sommige cellen scheiden stoffen af die de buurcellen tot een bepaalde actie prikkelen:
- Groeifactoren prikkelen buurcellen en zetten ze aan tot deling en verdere ontwikkeling. Je
lichaam maakt verschillende groeifactoren die meerdere doelwitcellen activeren.
- Ook kunnen prostaglandinen buurcellen prikkelen. Prostaglandines zijn gemaakt van
vetzuren, maar passeren het membraan niet. Ze koppelen aan een membraanreceptor en via
een G-eiwit leidt dit tot een secundaire boodschapper.
Alleen buurcellen met de juiste receptor reageren.
Elke cel heeft een eigen eiwitsamenstelling, proteoom. Daardoor kan hetzelfde hormoon in
verschillende cellen tot verschillende reacties leiden.
13.3 Veranderende hormoonconcentraties.
Bij veel lichaamsprocessen zijn Ca2+-ionen betrokken. Ze zijn actief als tweede boodschapper, bij de
overdracht van impulsen in het zenuwstelsel, bij de samentrekking van spieren en bij de
bloedstolling.
Als de Ca2+-concentratie in het bloed afneemt, dan reageren de vier bijschildklieren. Zij scheiden het
parathormoon/PTH (een eiwit van 84 aminozuren) af.
- Door de werking van dit eiwithormoon komen Ca2+-ionen vrij uit botten en nemen de
niercellen meer Ca2+-ionen op uit de voorurine.
- Ook prikkelt PTH de niercellen tot vorming van actief vitamine D die de darmcellen weer
stimuleert tot extra opname van Ca2+-ionen uit voedsel.
Door deze processen stijgt de Ca2+-concentratie. Als de Ca2+-concentratie boven de norm uitkomt,
geven schildkliercellen calcitonine/CT af. Dat hormoon prikkelt botcellen om Ca2+-ionen op te nemen
uit het bloedplasma en stimuleert niercellen om minder Ca2+-ionen uit de voorurine te halen. De PTH
en CT hormonen werken als antagonisten, effectoren met een tegengestelde werking.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller esmeeclarijs. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.