100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Humane Levenscycus I Hoorcolleges voor deeltentamen 2: Embryogenese, foetale groei en geboorte $7.01
Add to cart

Class notes

Humane Levenscycus I Hoorcolleges voor deeltentamen 2: Embryogenese, foetale groei en geboorte

1 review
 16 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

In dit document staan uitgebreide aantekeningen van de hoorcolleges die belangrijk zijn voor deeltentamen 2 van het vak Humane levenscyclus I: Embryogenese, foetale groei en geboorte. Ook staan er veel plaatjes in afkomstig van de dia's van de hoorcolleges. Ik had zelf met deze aantekeningen een 9,...

[Show more]

Preview 4 out of 59  pages

  • December 13, 2021
  • 59
  • 2020/2021
  • Class notes
  • Dr. madeleine brouns
  • All classes

1  review

review-writer-avatar

By: nvanstee • 2 year ago

avatar-seller
HC 9 – Introductie BMW nomenclatuur

Belangrijke naamgevingen (nomenclatuur) die aangehouden wordt binnen de biomedische
wetenschappen.
- Wordt veelvuldig gebruikt.
- Eigen maken om biomedische literatuur te kunnen besturen.

Anatomische termen
- Dorsaal  Aan de rugkant.
o Dorsum  Rug.
- Ventraal  Aan de buikkant.
o Venter  Buik, maag.
o Ventrale kant is de kant waarmee je verteert.
- Posterior  Aan de achterkant.
o Post  Erna, volgend.
- Anterior  Aan de voorkant.
o Ante  Voor.

Bipedaal dier  Tweevoeter.
Quadrupedaal dier  Viervoeter.

Bij een tweevoeter is de dorsaal en de posterior hetzelfde en is ook de ventraal en anterior hetzelfde
maar bij een viervoeter is dat niet zo. Dorsaal is nog steeds de rugzijde en ventraal is nog steeds de
buikzijde maar dit zijn niet de achter en voorkant van het dier. De voorkant (anterior) is de kop en de
achterkant (posterior) is de staart.

Anatomische termen
- Craniaal  Aan de schedelkant.
o Cranium  Schedel.
- Caudaal  Aan de staartkant.
o Cauda  Staart.
- Superior  Aan de bovenkant.
o Super  Boven.
- Inferior  Aan de onderkant.
o Inferus  Onder.

Bij een viervoeter is de superior (bovenkant) hetzelfde als de dorsaal (rugzijde).
Bij een viervoeter is de inferior (onderkant) hetzelfde als de ventraal (buikzijde).
Bij een viervoeter is de craniaal (schedel) hetzelfde als de anterior (voorkant).
Bij een viervoeter is de caudaal (staart) hetzelfde als de posterior (achterkant).

Atomische termen (vooraanzicht)
- Mediaal  Richting het midden (bij middellijn).
o Medius  Midden.
- Lateraal  Richting de zijkant (van middellijn weg).
o Lateralis  Naar de zijkant.
- Proximaal  Dichtbij het centrum van het lichaam (bij aanhechting).
o Proximus  Het dichtstbij.

, - Distaal  Ver weg van het centrum van het lichaam (van aanhechting weg).
o Distare  Ver weg zijn van.

Bij deze termen zijn er geen verschillen tussen een tweevoeter en een viervoeter.




Anatomische termen (combinaties)
- Cephalocaudal  Van hoofd naar staart.
o Kephale  Hoofd.
o Caudaal  Aan de staartkant.
- Dorsomediaal  Dorsaal + mediaal  aan de rugkant bij de middellijn.
- Ventrolateraal  Ventraal + lateraal  Aan de buikkant weg van de middellijn.

Anatomische vlakken
- Frontaal/coronaal  Aan of op de voorkant.
- Sagittaal  In de richting van de pijl.
o Sagitta  Pijl.
- Longitudinaal  In de lengterichting.
o Longitude  Lengtegraad.
- Sagittaal en longitudinaal is hetzelfde. Als je deze precies door het midden
maakt dan wordt het ook wel de mediale doorsnede genoemd.
- Transversaal/horizontaal  Dwars door het midden  Dwarsdoorsnede.


Anatomische assen (humaan)
- Craniocaudale as  As die loopt van schedel naar staartkant.
- Dorsoventrale as  As die loopt van rug- naar buikzijde.
- Anteroposteriore as  As die loopt van voor- naar achterkant.
- Links-rechts as  As die van links naar rechts loopt.


Humaan:
Het frontale/coronale vlak staat loodrecht op dorsoventrale as.
Het sagittale/longitudinale vlak staat loodrecht op de links-rechts as.
Het transversale vlak staat loodrecht op craniocaudale as.

,Viervoeter:
Het frontale vlak staat loodrecht op de
dorsoventrale as.
Het sagittale vlak staat loodrecht op de links-
rechts as.
Het transversale vlak staat loodrecht op de
anteroposteriore/craniocaudale as.




LET OP! : Onderzoekers beschouwen ongeboren humane baby als viervoeter.

HC 10 – Gamatogenese

Anatomie van de mannelijke geslachtsorganen

Epididymis  Bijbal.
Vas deferens  Zaadleider.

De testis
- Hier vindt spermatogenese plaatst.
- De testis bevat allemaal tubulus seminiferus 
Zaadbuisjes. Deze liggen opgekruld in de testis. De
verschillende buisjes zijn van elkaar gescheiden in
segmenten.
- De spermacellen worden in de zaadbuisjes gemaakt en
worden dan naar de rate testis vervoerd. Via een aantal
buisje komt het in de bijbal (epididymis) terecht. Deze
buisjes komen samen in 1 groter buisje  Vas deferens 
Zaadleider.
- De bijbal is belangrijk voor het volwassen worden van de spermacellen.

Hematoxyline-eosinekleuring
- Hematoxyline kleurt celkernen aan  Paars/blauw.
- Eosine kleur cytoplasma aan  Roze.

Spermatogenese  De ontwikkeling van spermatogonium (voorloper cel) tot spermatozoön
(zaadcel).
Oögenese  De ontwikkeling van oögonium (voorloper cel) tot ovum (eicel).

Spermatogenese
- Vindt plaats in de testis, in de tubuli
seminiferi.
- Als je dwarsdoorsnede maakt van een
zaadbuisje dan zie je dat aan de rand van het
buisje de voorloper cellen zitten 
Spermatogonium.

, - Een spermatogonium differentieert zich tot een primaire spermatocyt (dit is nog mitose).
- Secondaire spermatocyt  Spermatocyt die zich bevindt in de meiose.
- Na de meiose heb je ronde spermacellen. Deze kunnen nog niet een eicel bevruchten. Ze
ondergaan een morfologische (moleculair) verandering  Geëlongeerde spermatides.
- In het midden van het buisje (lumen) zullen de immature spermacellen zich bevinden.
- Spermatogenese start bij de pubertijd en gaat gedurende het hele leven door.
o Jongens die nog voor de pubertijd zitten, hebben gonocyten  Voorloper van de
spermatogonium. Naast de gonocyten zitten stertoli cellen  Steuncellen.
o Na de pubertijd zijn nog steeds de stertoli cellen aanwezig voor steun maar de
gonocyten zijn gedifferentieerd naar spermatogonia.

Spermatogenese kan je verdelen in 3 fases
1. Van spermatogonium tot spermatide  Mitose en meiose.
2. Van spermatide tot spermatozoön  Spermiogenese.
3. Functionele rijping.

Tussen de verschillende buisjes zitten ook cellen  Interstitiële cellen van Leydig  Voorzien cellen
van informatie vanuit de hersenen.
Tussen de verschillende buisjes zitten ook capillair cellen  Kleine bloedvaatjes  Voorzien cellen
van voedingstoffen en hormonen.

Van spermatogonium tot spermatide  Mitose en meiose.
- De spermatogonium ondergaat mitose waardoor primaire
spermatocyt ontstaat.
- De primaire spermatocyt is diploïd (2n). Deze ondergaat meiose I
waardoor secondaire spermatocyt ontstaat.
- De secondaire spermatocyt is haploïd maar het DNA is nog wel
verdubbeld. (2 x n). Deze ondergaat meiose II waardoor spermatide
ontstaat.
- De spermatide is haploïd (n) in ronde vorm.

Van spermatide tot spermatozoön  Spermiogenese.
- De celkern van de ronde spermatide wordt heel erg compact
gemaakt. Hierdoor vindt er ook bijna geen transcriptie
plaatsvindt.
- Om de celkern ontstaat een soort kapje  Acrosoom  Bevat
enzymen zodat de zaadcel de eicel binnen kan treden.
- Achter de celkern organiseren de mitochondria  Motor voor
spermacel om te zwemmen.
- Achter de mitochondria ontstaat de flagellum  Staartje.
- Het cytoplasma verdwijnt  Weinig celstructuren.
- Spermatozoön bevat geen glycogeen of andere energie reserves. Hij absorbeert fructose
vanuit de omringende vloeistof.
- De spermatozoön kan nog niet zelf bewegen.

Functionele rijping
- Er worden dagelijks 50-300 miljoen spermatozoa gemaakt.
- De volledige spermatogenese duurt 72 dagen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kworring. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.01. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

69052 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$7.01  16x  sold
  • (1)
Add to cart
Added