Dit is een volledige samenvatting van blok 1 jaar 1 recht. Dit kan een pittig vak zijn en deze samenvatting bevat alle info die nodig is om het te halen. Alle wetten en artikelen zijn erbij genoemd.
1 (lid)
a (sub)
1a (onder)
Als je een lid gaat citeren gaat dat als volgt: Artikel + Nummer/lid/sub/onder + welke wet.
Voorbeeld: Art 6 lid 1 sub e wet van bescherming enz.
Uitzondering: er wordt een uitzonderring gemaakt bij het Burgerlijk wetboek. Dan moet je namelijk
voor het artikel het boek nummer noemen.
Dus Art 7:610 enz.
^ dit is dan het boek nummer.
Er zijn verschillende rechtsbronnen:
De wet: we nomen een wet in formele zin als die is gemaakt door de regering met de eerste en
tweede kamer.
Verdrag: Recht vind je in de wet, en ook in het verdrag. Recht is het fruit en de wet is dan zeg maar
een appel.
Jurisprudentie: geven oplossing voor een conflict. Wetten kunnen vaag zijn, qua uitwerking en een
rechter geeft dan de interpretatie van de wet. Alle uitspraken bij elkaar, dus de uitspraken van
rechters.
Hoe is de rechtelijke macht in nl geregeld kanton naar gerechts hof dan Hoogenraad (alles
behalve bestuursrecht)
Ongeschreven recht/ gewoonte recht: een gewoonte die is ingeburgerd. Het wordt ervaren als een
wet, terwijl het er niet is staat. Zie blz 15.
Dit zijn ook normen waarden
Privaatrecht: rechtsregels die de verhouding tussen burgers onderling. Afspraken tussen burgers
onderling, ik koop en boek van een mede student, en ook KPN die Telfort overneemt..
Rechtspersonen (dus ook tussen bedrijven) en personen.
Wij behandelen bedrijfsrecht.
Publiekrecht: rechtsregels die de verhouding betreffen tussen overheidsorganen onderling. Het gaat
hier om exclusieve overheidstaak.
Let op: als de overheid iets doet wat een burger ook kan, dus buiten het exclusieve overheidstaak,
dan valt het wel onder privaat recht.
Er is een splitsing gemaakt om de burger ook te beschermen. Dit omdat overheid vaak aan strengere
regels moet houden.
In het Nederland recht onderscheiden wij dwingend- en aanvullend recht.
1
, Om werknemers te beschermen in het onderhandelen, is er geen volledige vrijheid van
onderhandelen voor de contracterende partijen. Rechtsregels zijn dwingend als er niet van mag
worden afgewezen. Dit betekent dat als er een afspraak wordt gemaakt die van de regels afwijkt,
deze nietig of vernietigbaar zijn. Van aanvullend recht mag je juist wel afwijken.
Elk artikel, wet, heeft zijn eigen vorm van recht.
Dwingend recht zie je voornamelijk in het publieksrecht. Dit zijn dus voorschriften waar je niet van
mag afwijken. Dus je mag geen moord plegen, iemand aanrijden. Je bent bijvoorbeeld vrij om het
loon te bepalen, maar als er uiteindelijk niets wordt afgesproken dan geld dwingend recht en moet je
gewoon bepalen.
Het arbeidsovereenkomstenwet kent ook het driekwart dwingend recht. Dit betekent dat afwijking
van de wettelijke regeling alleen is toegestaan bij de cao. Hier maken vakbonden gebruik van.
Maken partijen vervolgens buiten de cao en wet afwijkende afspraken, dan zijn deze afspraken weet
nietig.
Semidwingend (e) bepalingen binnen het arbeidsovereenkomstenrecht houden in dat partijen zich in
principe aan de wet moeten houden en hier alleen van mogen afwijken als ze dat schriftelijk doen.
Als er niet duidelijk in de wet staat of er van de wet afgeweken mag worden, dan mag je ervanuit
gaan dat het gaat om aanvullend recht.
Vijfachtenste dwingend recht. Hiermee kan worden afgeweken van de wet bij cao of, als die er niet
is of daartoe ruimte laat, door middel van een (schriftelijke) overeenkomst met de OR of PVT. Zoals
het calamiteiten en ander kort verzuimverlof wat betreft de loondoorbetalingsplicht.
De inhoud van het recht, dus wat mag wel en wat niet, noemen wij materieel recht. Als dit wordt
overtreden zijn er formele rechtsregels om dit materieel recht te handhaven. De procesrechtelijke
regels voor deze rechtszaken noemen we ‘formeelrecht’
Beding: is een afspraak die je makt. Bijvoorbeeld een concurrentiebeding. Mag iemand ergens anders
ook gaan werken.
Relatief: de plek
Absolut: de juiste persoon
Nietig: betekent nooit bestaan.
TIP toets: het staat er eigenlijk altijd na welk recht het zou zijn!! GOED VERDER LEZEN. blader even door tot hoofdstuk of in een klein stukje dus 2 a 3
blz. Als twee goed zijn dan ook twee opschrijven, maar gebeurd weinig.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sl4. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.18. You're not tied to anything after your purchase.