Samenvatting Cardiovasculaire Aandoeningen (hoorcolleges en casuïstiek)
61 views 0 purchase
Course
FA-BA302 Cardiovasculaire Aandoeningen (FABA302)
Institution
Universiteit Utrecht (UU)
Book
Rang
Deze samenvatting voor het vak Cardiovasculaire Aandoeningen (FA-BA325, UU) bevat een samenvatting van wat belangrijke achtergrondinformatie, hoorcolleges (hemostase en bloedvetten) en de casuïstiek (arteriële hypertensie; CVA, atherosclerose en DVT; Coronaire doorbloedingsstoornissen; Acuut coro...
A summary of benzodiazepines and their uses to treat CNS disease
Samenvatting Pharmacology and Nutrition
Stem Cells Sample Essays
All for this textbook (15)
Written for
Universiteit Utrecht (UU)
Farmacie
FA-BA302 Cardiovasculaire Aandoeningen (FABA302)
All documents for this subject (9)
Seller
Follow
ElisaJaarsma
Reviews received
Content preview
KERNBEGRIPPEN
Cardiale cyclus = Cyclus vanaf het begin van de ene hartslag tot het begin van de volgende hartslag
en is opgedeeld in 2 fases: (1) diastole, waarin de hartspieren ontspannen en het hart zich vult met
bloed en (2) systole, waarin het hart samentrekt en het bloed verder wordt rondgepompt.
, -Afhankelijk van
8∗h∗#
§ Wet van Poiseuille: à Berekend de vaatresistentie aan de hand van
$ %!
de lengte van een bloedvat, viscositeit en de straal van een bloedvat.
-Betekenis
û h = Viscositeit van het bloed.
û L = Lengte van het bloedvat.
û r = Straal van het bloedvat.
• Ý Hartslag à Ý Hartminuutvolume à Ý Mean arterial pressure (bloeddruk).
Preload = De hoeveelheid sarcomere rek die wordt ervaren door hartspiercellen (cardiomyocyten)
aan het einde van de diastole. Kan niet worden bepaald wanneer het hart nog intact is waardoor hij
geschat wordt aan de hand van EDV.
Afterload = De druk waartegen het hart moet werken om bloed te verwijderen, uit het hart, tijdens
systole en is evenredig met de gemiddelde arteriële druk. Als bloeddruk daalt (vb. vasodilatatie) dan
daalt de afterload.
Inotropie = Duidt de concentratiekracht van een spier aan welke afhangt van beschikbaarheid van
calcium in de cel.
Bloedvaten
-Soorten
• Slagader (arteriën) = Bloedvaten die rechtstreeks van het hart aftakken om een orgaan van
zuurstofrijk bloed te voorzien (behalve de longslagader).
-Functie
o Vervoeren van zuurstof en voedingsstoffen.
• Ader (venen) = Zorgen voor verdere terugvoer van het zuurstofarme bloed (behalve in
longader) vanuit de organen richting hart. Bevatten terugvalkleppen.
-Functie
o Afvoeren van koolstofdioxide en afvalstoffen.
• Haarvaten = Hele dunne bloedvaten. Hier stroomt het bloed heel langzaam waardoor er een
effectieve uitwisseling van voedingsstoffen etc. kan plaatsvinden.
-Functie
o Uitwisseling van stoffen.
, HART, BLOEDVATEN EN DE NIER
Spiercontractie
-Kenmerken
• Basis bestaat uit een interactie tussen actine en myosine.
-Eigenschappen
o ATP dient als energiebron.
o Leidt tot een toename in [Ca2+].
• Verschillende typen spier met hun eigen mechanisme die leidt tot spiercontractie.
-Verschil
o Connectie tussen gebeurtenissen in het membraan en toename in [Ca2+].
o Het mechanisme via waar [Ca2+] zorgt voor spiercontractie.
-Types
o Skeletspieren.
-Kenmerken
§ Bezit een reeks van transversale T-tubuli die zich vanaf het
plasmamembraan in de cel uitstrekken.
-Eigenschappen
û Bezit voltage-gated L-type calciumkanalen
(dihydropyridine receptoren (DHPRs)).
§ Actiepotentiaal is afhankelijk van voltage-gated
natriumkanalen en verspreid zich snel, vanuit de plaats waar
het ontstaat (motor endplate), naar de rest van de fiber.
-Mechanisme
1. Membraandepolarisatie.
2. Activatie van L-type calciumkanaal (L-type CaC; DHPR).
3. Snelle activatie van ryanodine receptor (RyR) waardoor receptor opent.
4. Korte afgifte van Ca2+ vanuit sarcoplasmatisch reticulum (SR) in het
sarcoplasma.
5. Ca2+ bindt vervolgens aan troponine waardoor troponine geen effect kan
hebben.
-Eigenschappen
û Troponine blokkeert normaliter de interactie tussen actine en
myosine.
6. Spiercontractie.
-Eigenschappen
û Korte en snelle contractie.
o Hartspieren.
-Mechanisme
1. Membraandepolarisatie.
-Eigenschappen
û Na snelle depolarisatie ontstaat er een tijdelijk
plateau in het actiepotentiaal.
2. L-type Ca2+-kanalen in T-tubuli openen tijdens plateau.
3. Influx van Ca2+.
4. Het binnengestroomde Ca2+ heeft een effect op de RyRs waardoor deze ook
Ca2+ gaan afgeven uit het sarcoplasmatisch reticulum.
5. Ca2+ bindt vervolgens aan troponine waardoor troponine geen effect kan
hebben.
6. Spiercontractie.
o Gladde spieren.
-Kenmerken
§ Actiepotentiaal is langzamer dan bij skelet- en
hartspieren.
§ Ca2+, nodig voor contractie, kan op verschillende
manieren aangeleverd worden.
-Mechanismes
û Via L-type calciumkanalen (voltage-gated)
of via ligand-gated calciumkanalen.
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ElisaJaarsma. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.60. You're not tied to anything after your purchase.