Hoofdstuk 1 Taalonderwijs
1.2 Visies
Het handelen van een leerkracht wordt gestuurd door zijn visie op leren en taalonderwijs.
1.2.1 Visies op leren
Impliciet = bijvoorbeeld wanneer een leerkracht een methode strak hanteert zonder dat de
leerkracht nadenkt over waarom deze leerstof is gekozen en waarom de leerstof op deze manier
wordt aangeboden.
Expliciet = leerkracht denkt wel na over hoe en waarom iets aangeboden wordt.
Constructivisme stelt de interactie tussen leerling en leeromgeving centraal. Leren is actief proces
van kennisverwerving, waarbij kennis ontstaat in interactie met anderen.
21e-eeuwse vaardigheden: creativiteit, kritisch denken, probleemoplossingsvaardigheden,
communiceren, samenwerken, digitale geletterdheid, sociale en culturele vaardigheden en
zelfregulering.
1.2.2 Visies op taalonderwijs
8 visies: traditioneel. Thematisch-cursorisch, taal bij alle vakken, communicatief, whole-language
benadering, strategisch, taakgericht en interactief taalonderwijs.
Traditioneel taalonderwijs
- Taal als belangrijke drager van onze cultuur.
- Nadruk op schriftelijke vaardigheden en vormaspecten.
- Grammatica is belangrijk betere taalbeheersing.
- Ontleding in zinsdelen (redekundig) en benoeming woordsoorten (taalkundig).
- Leren op systematische schrijfwijze
- Bij lezen nadruk op leestechniek, leesbegrip en leesbeleving.
- Weinig aandacht voor domeinen spreken en luisteren.
- Voordeel = overzichtelijk
- Nadeel = aandacht voor verschillende domeinen niet evenwichtig. Geleerde is niet
betekenisvol.
Thematisch-cursorisch taalonderwijs
- Leerlingen leren vooral taal door taal te gebruiken in zinvolle gebruikssituaties.
- Werken vanuit thema’s met taal.
- Ook cursorische activiteiten = vakonderdelen oefenen die belangrijk worden geacht, maar
niet in kader van thema kunnen worden geleerd en geoefend. technisch lezen, spelling en
grammatica.
- Bij cursorische activiteiten stuurt leerkracht onderwijsproces.
- Voordeel = activiteiten worden als zinvol ervaren door leerlingen.
- Nadeel = kost veel tijd, moeilijk balans tussen thematisch en cursorisch, lastig greep te
krijgen op datgene wat de leerlingen hebben geleerd.
,Taal bij alle vakken
- Door middel van taal kun je leren.
- Taal gebruik je voor het leren van nieuwe inhouden en verkrijgen nieuwe inzichten.
- Leerkracht sterk gericht op interactie in de groep leren in klassikaal verband of kleinere
groepen.
- Voordeel = leerlingen gebruiken taal in een situatie die voor hen betekenisvol is,
transferproblemen worden voorkomen.
- Nadeel = bepaalde taalonderdelen kunnen niet goed worden aangeleerd omdat deze beter
systematisch aangeleerd kunnen worden. Spellingonderwijs kun je beter cursorisch
aanbieden.
- Steeds populairder in onderwijs.
Communicatief taalonderwijs
- Leerlingen leren om goed mondeling en schriftelijk te communiceren.
- Aandacht minder naar correctheid van taalgebruik en meer naar tot stand komen van de
communicatie en het overbrengen van de bedoeling.
- Accent ligt op leren spreken, luisteren, schrijven en lezen.
- Zender boodschap ontvanger.
- Leerkrachten creëren reële communicatieve situaties zoals die zich ook buiten de school
kunnen voordoen.
- Voordeel= leerlingen gemotiveerd door gekozen situaties.
- Nadeel =niet alles kan in een reële communicatieve situatie worden aangeboden en zal
daarnaast onderwijs in deelgebieden zoals spelling wenselijk zijn,
Whole-language benadering
- Voor leerlingen onnatuurlijk om taal op te delen in kleinere domeinen die apart aangeleerd
worden.
- Taal wordt als geheel aangeboden.
- Amerikaanse visie
- Werkvormen zoals: taalronde (vertellen, luisteren, schrijven en lezen in samenhang geleerd)
- Grote waarde gehecht aan wat leerlingen te vertellen hebben en hoe ze dat schriftelijk en
mondeling het beste kunnen doen.
- Keuze van onderwerpen is van groot belang ieder kind moet mee kunnen praten.
- Kinderen leren taal door taal te gebruiken.
- Taalgebruiker staat centraal: eigen ervaringen van kind zijn uitgangspunt voor gesprekken.
Strategisch taalonderwijs
- Gebaseerd op visie dat leerlingen voor het uitvoeren van communicatieve taken strategieën
moeten leren beheersen.
- Belangrijkste strategieën worden uitgelegd, gedefinieerd en aangeleerd.
- Leerlingen krijgen procedures / stappenplannen aangereikt.
- Voordeel = leerlingen krijgen beschikking over middel om greep op taal te krijgen.
- Nadeel = leerkracht gebruikt procedures te gemakkelijk. Strategieën worden een doel op zich
i.p.v. een middel om tekst te begrijpen / schrijven.
Taakgericht taalonderwijs
- Leerlingen leren niet alleen taal om taken uit te voeren, maar ook dóór zulke taken uit te
voeren.
- Taken die leerlingen zelf inhoudelijk interessant vinden.
- Doel is dat leerlingen gemotiveerd genoeg zijn om kloof tussen wat leerlingen aan
taalvaardigheid bezitten en om de taak tot goed einde te brengen te overbruggen en in
interactie met anderen taalvaardiger worden.
, - Inhoud vaak afkomstig uit zaakvakken.
- Zelfde voor en nadelen als bij communicatieve taalonderwijs en taal bij alle vakken.
- NT2
Interactief taalonderwijs
- Gaar ervan uit dat leerlingen taal het best leren in een krachtige leeromgeving waarbij
rekening wordt gehouden met individuele verschillen en behoeften.
- Betrokkenheid en activiteit staan centraal.
- Kent 3 pijlers: betekenisvol leren, sociaal leren en strategisch leren.
- Betekenisvol leren = contexten die voor leerlingen belangrijk zijn. Contexten zijn rijk,
uitdagend, motiverend, herkenbaar en functioneel. Leren is een actief proces. Kennis van taal
en wereld voortdurend georganiseerd op taalaanbod dat leerlingen krijgen, ruimte die ze
nemen om te experimenteren en feedback van omgeving.
- Sociaal leren = leren in samenspraak en samenwerkingen met anderen. Modelgedrag
volwassenen, gesprekken met volwassenen en leeftijdgenoten zorgen voor ontdekking van
betekenis en functie van gesproken en geschreven taal. Veelbelovende werkwijze, vooral als
ieder groepslid wordt aangesproken op zijn persoonlijke verantwoordelijkheid.
- Strategisch leren = leerlingen hebben concrete strategieën nodig om bepaalde
taalproblemen op efficiënte wijze op te lossen. Veel strategieën verwerven zij zelf, voor het
overige deel is expliciete instructie belangrijk.
- Open leersituaties waarin leerlingen het geleerde kunnen toepassen.
- Technisch lezen wordt faciliterend gezien voor begrijpend lezen.
Geen enkele leerkracht geeft consequent les vanuit 1 visie.
1.3 Inhouden en doelen
1.3.1 Inhouden
Meeste tijd die aan het vak Nederlandse taal wordt besteed gaat zitten in de verwerving en oefening
van de taalvaardigheden. Vooral lees- en schrijfvaardigheden.
Voordat leerlingen naar basisschool gaan hebben ze al veel taal geleerd d.m.v.: spreken en
luisteren. Voor de andere twee taalvaardigheden is meer nodig, zonder systematische instructie en
veel doen leren de meeste leerlingen niet lezen, schrijven en spellen.
, Woordenschat is ook belangrijk. Woordkennis is van fundamenteel belang voor de taalvaardigheid:
zonder woorden geen taal. Woordenschat speelt een rol bij alle domeinen: spreken, luisteren, lezen
en schrijven.
Domein van jeugdliteratuur: via (luister)boeken en digitale media maakt en leerkracht leerlingen
wegwijs in de wereld waarin ze leven. Ze komen in aanraking met verschillende culturen, leven zich
in anderen in en genieten van verhalen.
Aanbieden van jeugdliteratuur heeft ook een taalverwervingsdoel. Door leerlingen op het spoor te
zetten van al die verschillende woorden, schrijfstijlen, doelen en genres kun je ze stimuleren om deze
kennis te gebruiken als ze zelf een tekst moeten of willen schrijven.
Taalbeschouwing = reflecteren op de functies van taal. Leerlingen gebruiken niet alleen taal, maar
denken ook zelf na over de taal.
Om 2 redenen belangrijk.
1. Leerlingen gaan door reflectie bewuster spreken, luisteren, lezen en schrijven.
2. Taal is fascinerend fenomeen en belangrijk cultuurelement dat beschouwen daarom moeite
waard is.
Leerlingen kunnen zien hoe taal in elkaar zit en zijn nieuwsgierig naar de functies ervan.
Voorbeelden:
- Hoe spreek je onbekenden aan (communicatieve functie)
- Welke synoniemen zijn er voor het woord leuk (conceptualiserende functie)
- Hoe kan ik de tekst spannender maken (expressieve functie)
1.3.2 Doelen
Kerndoelen
Scholen zijn verplicht een onderwijsaanbod te realiseren dat voldoet aan de kerndoelen. Kerndoelen
zijn eisen aan de leerkrachten.
12 kerndoelen Nederlandse taal.
Tussendoelen bij kerndoelen
Meeste basisscholen zorgen ervoor dat ze aan de kerndoelen voldoen door voor niet-verouderde
methoden te kiezen en het taalonderwijs op deze methoden te baseren. Veel scholen proberen
vanuit hun visie op taalonderwijs meer samenhang aan te brengen tussen verschillende vakken,
zodat er geen systeemscheiding ontstaat = wat bij NL’se taal is geleerd hoort bij NL’se taal en niet bij
andere vakken.
Tussendoelen en leerlijnen zijn te vinden bij tulo.slo .
- Tussendoelen beginnende geletterdheid
- Tussendoelen gevorderde geletterdheid
- Tussendoelen mondelinge communicatie.
Referentiekader taal en rekenen
Kerndoelen geven aan welk aanbod een school moet realiseren. Dit zegt nets over niveau van
leerlingen.
In referentiekader taal en rekenen staat beschreven wat leerlingen op verschillende momenten in
hun schoolloopbaan op het gebied van taal en rekenen moeten kennen en kunnen.
Het referentiekader onderscheidt voor taal 4 domeinen
- Mondelinge taalvaardigheid;
- Lezen;
- Schrijven;
- Begrippenlijst en taalverzorging.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller shemaravanderbijl. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.15. You're not tied to anything after your purchase.