100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Changing Man Psychologie Jaar 1 Blok 5 Probleem 6 $3.25   Add to cart

Summary

Samenvatting Changing Man Psychologie Jaar 1 Blok 5 Probleem 6

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

Psychologie Jaar 1 Blok 5 Probleem 6

Preview 2 out of 6  pages

  • December 19, 2021
  • 6
  • 2018/2019
  • Summary
avatar-seller
Moraliteit = het vermogen om het slechte en goede te onderscheiden, om op dit verschil te
kunnen handelen en om trots en schaamte te voelen over je daden.
Internalisatie is belangrijk voor het vergroten van je moraliteit. Dit is de verschuiving van je
extern gecontroleerde acties naar acties die je doet vanwege interne principes en
standaarden.
Morele competentie = het vermogen om je moreel goed te gedragen.

Piaget
Zegt dat je moraliteit ontwikkelt door interactie met leeftijdsgenoten.
Premoral period = wanneer kinderen weinig respect hebben voor of bewust zijn van sociale
regels. Tot 5 jaar.
Heteronomous morality / moral realism (Stage 1) = kinderen ontwikkelen een respect voor
regels. Regels worden gezien als een vast iets. Een moreel oordeel wordt gebaseerd op
consequenties en niet op redenatie.
Wordt gedacht in morele absoluten. Er is een goed en een slecht en niks ertussen.
Houden van expiatory punsihment. Straf voor het kind, niet gerelateerd met de fout. Bijv.
slaag voor het intrappen van een raam i.p.v. betalen voor het raam.
Geloven in immanent justice. Een verkeerde daad wordt altijd gestraft.
Consequenties van een daad bepalen volgens het kind de ernst van de daad. Kopjes breken.
Tussen 5 en 10 jaar.
Autonomous morality (Stage 2) = kinderen kunnen dingen meer relativeren. Snappen dat
regels er zijn om coöperatief met elkaar om te gaan en zo ook verandert kunnen worden als
iedereen het er mee eens is.
Hun oordeel wordt gebaseerd op intenties.
Besef dat regels verbroken kunnen worden wanneer nodig.
Houden van reciprocal punishment. De straf moet te maken hebben met de overtreding.
Geloven niet in immanent justice, omdat ze leren dat vaak het breken van sociale wetten
ongestraft en onopgemerkt blijven.
Ouder dan 11 jaar.

Piaget zegt dat mentale stages aan een paar criteria voldoen.
- Zijn kwalitatief verschillende manieren van denken. Elke fase heeft een andere inhoud.
- Zijn gestructureerde gehelen. Redeneringen zijn patronen van gedachten wat bij
verschillende hetzelfde zal zijn. Antwoorden zijn consistent voor alle mensen in die fase.
- Ze groeien/evolueren in een vaste volgorde.
Kritiek hierop is dat uit longitudinale studies is gebleken dat sommige personen bleven in
dezelfde stage, sloegen er 1 over of gingen zelfs terug naar een vorige stage.
- Kunnen in een hiërarchisch systeem worden gezet. Je verliest dus niet de vaardigheden die
je hebt verkregen bij de eerdere stages, alleen worden ze nu gezien in een groter kader. Je
snapt de redenering nog wel van de vorige fase, maar bekijkt het nu in een breder opzicht.
- Zijn intercultureel universeel. De meningen kunnen verschillen, maar de achterliggende
gedachtes zijn hetzelfde.
! Piaget zegt dat kinderen ontwikkelen omdat ze nieuwsgierig zijn en actief dingen
ondernemen, NIET door externe omstandigheden.

, Equilibration = hoe Piaget stelt dat een kind van fase 1 naar fase 2 overgaat. Er is een
cognitief conflict waarover wordt nagedacht en opgelost om zo een balans te bereiken. Van
een heteronomous kind naar een autonomous kind.
Kohlberg
Interrater reliability =
Niveau / Level 1 Preconventional morality = acties worden gebaseerd op het
voorkomen van straf (1) of het krijgen van een beloning (2). Moraliteit is uit eigenbelang.
Fase / Stage 1 – Obedience and punishment orientation
Het kind neemt aan dat er een autoriteit is die regels zet, die je zonder vragen accepteert.
Stage 1 wordt preconventional denken genoemd. Kinderen zien moraliteit als iets externs
van zichzelf, als dat wat ouderen zeggen dat ze moeten doen.
Stage 2 – Individualism and exchange
Kinderen herkennen dat er niet 1 bepaalde ‘goede’ keuze is wat is vastgelegd door
autoriteiten. Verschillende individuen hebben verschillende meningen. Snappen beiden
partijen.
Een straf wordt hier beschouwd als een risico dat iemand het liefst wil voorkomen.
Er wordt gedacht in fair exchange. Elkaars gunsten teruggeven (of slecht behandelen omdat
je door diegene slecht bent behandelt).
Level 2 Conventional morality = acties worden gebaseerd op het verkrijgen
van andermans goedkeuring (3) of om de sociale orde te behouden (4).
Stage 3 – Good interpersonal relationships / Good boy or good girl
Kinderen denken dat je je moet gedragen naar de verwachtingen van je familie en
gemeenschap en je ‘goed’ verdrag moet tonen. Dit houdt in dat je goede motieven moet
hebben voor je acties en gevoelens voor anderen moet hebben, zoals liefde, empathie,
vertrouwen en bezorgdheid voor anderen.
Rond de tienerjaren.
Stage 4 – Maintaining the social order
Hier wordt je meer bezorgd om de gemeenschap als een geheel i.p.v. enkele individuen. De
nadruk ligt op het volgen van de wetten, het respecteren van autoriteiten en taken opvolgen
zodat de sociale orde intact blijft.
Morele beslissingen worden genomen vanuit het perspectief van de gehele gemeenschap. Er
wordt gedacht vanuit een full-fledged member-of-society perspective.
Pas te zien vanaf 20-30 jaar.
Level 3 Postconventional morality / principled morality = morele oordelen
zijn gebaseerd op sociale contracten en rechten (5) of op universele principes en rechten (6).
Stage 5 – Social contract and individual rights
Er wordt meer nagedacht over wat een goede gemeenschap zou vormen. Daarna wordt de
huidige samenleving geëvalueerd met de gevormde gedachtes. Ze hebben dan een prior-to-
society" perspective.
Er wordt begrepen dat verschillende sociale groepen verschillende waardes hebben, maar ze
geloven dat alle rationele mensen het eens zijn over twee punten.
1. Iedereen wil bepaalde rechten, zoals vrijheid en regels om ze te beschermen.
2. Iedereen wil democratische rechten om onterechte wetten te veranderen. Acties mogen
van de wetten afwijken, bijv. in het geval van Heinz.
Pas te zien vanaf mid-20.
Stage 6 – Universal principles / normality of individual principles of conscience

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marijn124. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.25
  • (0)
  Add to cart