Inhoud
Praktisch Arbeidsrecht............................................................................................................................3
Deel 1 Toetreding tot de onderneming..............................................................................................3
Hoofdstuk 1 Nieuw personeel: aanstellingsmogelijkheden............................................................3
Hoofdstuk 2 Sollicitatiefase: geen discriminatie.............................................................................4
Hoofdstuk 3 Aanstellingskeuring: voorwaarden.............................................................................5
Hoofdstuk 4 Soorten overeenkomsten...........................................................................................6
Hoofdstuk 5 mondeling of schriftelijk contract...............................................................................9
Hoofdstuk 6 Welke cao is van toepassing.....................................................................................11
Hooftstuk 7 Loon, vakantie en arbeidstijden................................................................................13
Hoofdstuk 8 Arbeidsvoorwaarden die niet in wet en cao zijn geregeld........................................15
Hoofdstuk 9 Boetebeding, proeftijdbeding, concurrentiebeding en eenzijdige wijzigingsbeding 17
Deel 2 Werken in de onderneming...................................................................................................18
Hoofdstuk 10 Goed werkgeverschap en goed werknemerschap..................................................18
Hoofdstuk 11 Ziekte......................................................................................................................20
Hoofdstuk 12 Geen werk, toch loon?...........................................................................................22
Hoofdstuk 13 Tijdens het werk veroorzaakte schade...................................................................24
Hoofdstuk 14 Bedrijfsongeval.......................................................................................................26
Hoofdstuk 15 Ander functie in de onderneming..........................................................................27
Hoofdstuk 16 Ondernemingsraad in beeld...................................................................................28
Hoofdstuk 17 Onderneming in ander handen..............................................................................29
Hoofdstuk 18 Staking....................................................................................................................30
Deel 3 Afscheid van de onderneming...............................................................................................33
Hoofdstuk 19 Ontslag van een werknemer in vaste dienst...........................................................33
Hoofdstuk 20 Ontslag van een werknemer in tijdelijke dienst, oproepkracht, thuiswerker en
freelancer.....................................................................................................................................36
Hoofdstuk 21 Ontslag op staande voet.........................................................................................38
Hoofdstuk 22 Ontslag tijdens de proeftijd....................................................................................39
Hoofdstuk 23 Werking van het concurrentiebeding.....................................................................41
Hoofdstuk 24 Werkloosheidsuitkering.........................................................................................42
Hoofdstuk 25 Absolute en relatieve bevoegdheid van de rechter bij geschillen..........................43
Sociale zekerheidsrecht 2019...............................................................................................................44
1 Inleiding in het socialezekerheidsrecht..........................................................................................44
2 Kinderen........................................................................................................................................46
3 Ouderdom.....................................................................................................................................49
Vraag Antwoord
1. Wat is het verschil tussen een arbeidskracht met een Het verschil is in het einde van de overeenkomst, oftewel
contract van een bepaalde tijd en een arbeidskracht met in het ontslag.
een contract van een onbepaalde tijd? Beide arbeidskrachten hebben dezelfde rechten en
plichten.
2. Wat wordt bedoeld met art. 7: 667 lid 1 BW? Dat de arbeidsovereenkomst automatisch eindigt als de
einddatum van de overeenkomst is bereikt.
3. Wat is een arbeidsovereenkomst voor een betrekkelijk Dit is een overeenkomst die worden afsloten voor een
bepaalde tijd? bepaalde tijd die niet gedefinieerd kan worden, zoals
ziekte of een project.
4. In de uitzendrelatie doen drie partijen mee. Benoem de 1. Het uitzendbureau
drie partijen. 2. De uitzendkracht
3. De inlener
5. Waar wordt de rechtspositie van een uitzendkracht Art. 7:690 en 691 BW
geregeld?
6. Welke soort overeenkomst heeft een uitzendkracht? Een uitzendovereenkomst.
7. Wat is een oproepkracht? Dat zijn mensen die op onregelmatige tijden kunnen
inspringen bij een eerste oproep door de ondernemer.
8. Wie hoort tot de flexibele arbeidsrelaties gerekend? 1. Oproepkracht;
2. Tijdelijke kracht;
3. De uitzendkracht.
9. Wat is er wettelijke voor een oproepkracht geregeld? Niets.
Men komt het woord oproepkracht niet tegen in de wet.
10. Welke andere termen wordt gebruikt voor een 1. Nul-urencontractanten.
oproepkracht? 2. Min-max-contractanten.
3. Doza’s.
11. Welke rechtsvermoedens zijn in de wet vastgelegd om Art. 7:610 a BW -> totstandkoming van een
oproepkrachten een betere rechtspositie te geven? arbeidsovereenkomst
Art. 7:610b BW -> gemiddelde uren van vorige 3 maande is
de minimum loon in de 4 maande
Art. 7:628a BW -> bij elk oproep min van 3 uur loon.
12. Wat is een vaste medewerker? Personeel dat een arbeidsovereenkomst heeft, ongeacht
de duur van de overeenkomst.
13. Hoe wordt een freelancer omschrijft? Een freelancer is als uitgangspunt een zelfstandige met
een aantal opdrachtgevers voor wie hij bepaalde
werkzaamheden verricht. Freelancers zijn vaak zzp’ers.
14. Wat is het verschil tussen een gedetacheerde Een gedetacheerde werker wordt door het
medewerker en een uitzendkracht? detacheerbedrijf aangestuurd. Een uitzendkracht wordt
door de inlener aangestuurd.
15. Wat is een concern? Een concern bestaat uit een verzameling ondernemingen
die dezelfde moedermaatschappij heeft.
, Hoofdstuk 2 Sollicitatiefase: geen discriminatie
Vraag Antwoord
1. Welke wetten regelen de onderwerp discriminatie? 1. Algemene wet gelijke behandeling (AWGB)
2. Wet gelijke behandeling van mannen en vrouwen
(WGBMV) en art. 7:646 BW
3. Wet verboden onderscheid op grond van leeftijd
(WGBL)
4. Wet gelijke behandeling parttimers (art. 7:648 BW)
5. Wet gelijke behandeling tijdelijke
arbeidscontracten (art. 7:649 BW)
6. Wet gelijke behandeling op grond van handicap of
chronische ziekte.
2. Welke twee vormen van discriminatie zijn er (bij Direct en indirect
sollicitatie)?
3. Leg uit van direct discriminatie is. Direct discriminatie is verboden.
Dit is als er op basis van geslacht of leeftijd iemand niet
worden aangenomen.
4. Leg uit wat indirecte discriminatie is? Onder indirecte onderscheid wordt verstaan onderscheid
op grond van een andere omstandigheid dan wat de
wetgever verboden heeft, dat echter tot gevolg heeft dat
verboden onderscheid wordt bereikt.
5. Welke drie dingen moet een ondernemer bewijzen wil hij 1. Hij moet op een legitiem (acceptabel) doel voor
een succesvol beroep op objectieve het maken van onderscheid kunnen wijze.
rechtvaardigheidsgrond doen? 2. Dit onderscheid is een passend middel (dus
geschikt om dat doel te bereiken).
3. Het middel is noodzakelijk om het doel te bereiken
(dat wil zeggen: het doel kan niet op een andere,
minder ingrijpende wijze worden gerealiseerd).
6. Welke uitzondering voor is er om te discrimineren op Een kandidaat mag worden geweigerd op basis van zijn
basis van leeftijd? leeftijd als hij een AOW-uitkering ontvangt.
Pensioengerechtigden mogen carrièremogelijkheden voor
jongeren niet nodeloos blokkeren.
7. Benoem het wetsartikel in het burgerlijke wetboek waar Art. 7:646 lid 1 BW
het onderscheid van man en vrouw wordt verboden.
8. Waar staat de Wet gelijke behandeling van mannen en Boek II
vrouwen? Grondwet VII.14
9. Wat wordt bedoeld met liegrecht? Tijdens de selectiegesprekken mag vrouwen niet gevraagd
worden naar plannen omtrent zwangerschap. Als daarop
toch wordt ingegaan, hebben vrouwen volgens de
wetgever zelfs het recht om onjuiste informatie te
verschaffen. We spreken wel van een liegrecht.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Mocks. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.28. You're not tied to anything after your purchase.