15.1 context: Westfaalse statensysteem
Door het ontstaan van het Westfaalse statensysteem vond er een unieke
wending in de geschiedenis plaats. Het is in de elfde en zeventiende eeuw door
staatsvorming ontstaan in West-Europa. Na honderden oorlogen accepteerde
Europa dat ze nooit 1 zouden worden onder 1 geloof, er waren nu verschillende
gelijkwaardige staten. Er is hier iets bedacht wat nu de normaalste zaak ter
wereld is;
Iedereen is inwoner van een land
De staat beschermt de burger (geweldsmonopolie)
De burger heeft rechten en plichten
Er wordt belasting betaald (belasting monopolie)
Conflict
Conflicten kunnen laten en manifest zijn, waarbij betrokken actoren
conflictgedrag laten zien. machtsverschillen tussen individuen of groepen spelen
een rol.
Paradigma’s over conflict:
Functionalisme= conflict moet worden vermeden want het is bedreigend
voor de maatschappelijke orde, het wordt gezien als
uitzonderingstoestand. Het bestaat uit het niet goed functioneren van
relaties tussen mensen, staten en of instanties.
Conflictparadigma= conflicten zijn de motor van maatschappelijke
veranderingen. Het ontstaat door machtsverschillen en de strijd om hun
eigenbelang te maximaliseren en eigen opvattingen/wensen te realiseren.
Twee stromingen:
1. Marx= ongelijke verdeling van kapitaal tussen de bezittende en
bezitloze klasse
2. Huntington= oorsprong van conflicten ligt in de culturele en sociale
verschillen
Sociaalconstructivisme= de betekenis die actoren aan bepaalde
gedragingen geven.
Rationele-actor paradigma= hoe gaan mensen met verschillende
belangen met elkaar om, hoe wordt er samengewerkt om voor een
oplossing te zorgen en conflicten kunnen een belangrijke en vernieuwende
functie hebben.
Politieke conflicten= conflicten tussen politieke partijen over hoe een land
eruit moet komen te zien. Het kan nationale en internationale onderwerpen
aansnijden.
Staatsvorming= de institutionalisering van politieke macht tot een staat.
15.2 Analyse van het statensysteem
, Staten zijn het hoogste gezag op een grondgebied, wat draait op interne en
externe soevereiniteit:
Interne soevereiniteit= de staat wordt door de bevolking erkend als het
hoogste gezag. Bij een staat is er sprake van interne soevereiniteit als die:
1. Heerst over een bevolking
2. Een bepaald grondgebied beheerst
3. Er een belasting- en geweldmonopolie is.
Externe soevereiniteit= de staat wordt erkend door andere staten en het
gezag valt ook niet onder een andere staat.
In sommige landen is er sprake van een opstandige bevolking of landen waar er
geen interne soeveraniteit is, dit zijn falende staten. Zulke staten kunnen hun
grondgebied niet beheersen en hun burgers niet beschermen en geen veiligheid
bieden, omdat ze hun geweldsmonopolie zijn kwijt geraakt.
Het is moeilijk om een grens te trekken tussen werkende en falende staten. Er
zijn 2 kenmerken waartoe een falende staat niet meer toe in staat is;
1. De interne rechtsorde handhaven. De staat wordt een anarchie, een
land zonder politiek bestuur waar ieder moment een oorlog uit kan breken.
2. Belangrijke openbare diensten zoals zorg of onderwijs kunnen niet meer
geleverd worden.
Veel falende staten stammen af van een koloniale macht. Na de dekolonisatie
vervielen veel staten in een dictatuur. Tijdens de Koude Oorlog werden deze
dictaturen gesteund door de Sovjet-Unie of de Verenigde Staten. De bevolking
werd onderdrukt. Na de Koude oorlog viel de steun van de supermachten weg,
waardoor er ruimte was voor opstanden door de burgers. Het aantal intra
statelijke conflicten nam toe en het aantal interstatelijke oorlogen nam af.
Gevolgen van globalisering;
Negatief:
Export van terrorisme
Fragiele staten hebben meer last van de negatieven gevolgen; conflicten,
ziektes, economische tegenslagen, natuurrampen etc.
Positief:
Economische groei, voor bij de BRICS landen
Verandering van de macht verhoudingen, de EU en de VS hebben minder
macht.
De Verenigde Naties bestaat uit 190 leden, die niet allemaal gelijkwaardig zijn
aan elkaar. Er worden beslissingen genomen in 2 belangrijke organen:
1. De Algemene Vergadering= bestaat uit alle lidstaten van de VN en kan
resoluties aannemen, deze zijn niet binden want ze kunnen het niet
afdwingen.
2. De VN-veiligheidsraad= bestaat uit 15 leden en kan de resoluties wel
afdwingen. Ze kan bindende sancties opleggen en besluiten om
geweldsmiddelen te gebruiken als een land echt slecht bezig is
(bijvoorbeeld burgers om laten komen van de honger). Het bestaat uit 5
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller eekmalies. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.