Voedingsstoffen:
Welke? Waarvoor is het?
Suikers (koolhydraten) Brandstoffen, beetje bouwstoffen
Vetten (lipiden) Bouwstoffen en brandstoffen, isolatie,
oplosmiddel voor bepaalde vitaminen
Eiwitten (proteïnen) Bouwstoffen, hulpstoffen, in noodgeval:
brandstoffen
Mineralen (zouten) Bouwstoffen en hulpstoffen
vitaminen hulpstoffen
water Oplosmiddel, transportmedium, warmtebuffer,
steunstof, vulmiddel.
Suikers
bestaan uit:
Koolstofatomen (C)
Waterstofatomen (H)
Zuurstofatomen (O)
Worden ook gebruikt voor de aanmaak van moleculen zoals DNA en RNA.
Enkelvoudige suikers (monosachariden)
Kleinste suikers die er zijn.
Bestaan uit een ringvormig molecuul.
3 belangrijke enkelvoudige suikers zijn:
Glucose/druivensuiker
Fructose/ vruchtensuiker
Galactose
Alle suikers in het voedsel word afgebroken tot enkelvoudige suikers.
Via darmwand naar het bloed getransporteerd worden.
Lever is in staat om fructose en galactose om te zetten in glucose.
Tweevoudige suikers (disachariden)
Twee aan elkaar gekoppelde eenvoudige suikers
3 tweevoudige suikers zijn:
Maltose/moutsuiker : glucose + glucose
Lactose/melksuiker: glucose + galactose
Sacharose/bietsuiker: glucose + fructose
Tijdens de spijsvertering worden ze gesplitst tot 2 enkelvoudige suikers.
Meervoudige suikers (polysachariden)
Veel aan elkaar gekoppelde suikers kunnen er wel 25000 zijn. Ziet eruit als een kralenketting.
3 meervoudige suikers zijn:
Zetmeel
Cellulose
Glycogeen
,Zetmeel en cellulose zijn plantaardige meervoudige suikers. Naar binnen door rijst granen aardappel.
Stap voor stap omgezet in glucose.
Cellulose kan niet worden afgebroken, maar heeft een functie in stimulering van de darmbeweging.
Afbraak van suikers
Koken
Mechanisch verkleinen: door kauwen
Chemische afbraak: spijsverteringsenzymen werken in op de molecuulstructuur
Chemische zetmeelafbraak:
Het enzym (amylase) knipt de ‘zetmeelketting’ in stukjes van tweevoudige suikers->
maltasemolecuul.
Maltase splitst de maltasemolecuul verder in glucose.
Lactase splitst lactose in glucose en galactose.
Sacharase spitst sacharose in glucose en fructose.
Cellulose vormt vezels.
Glycogeen zit in lever en skeletspieren-> glucose opslag.
Vetten:
Bestaan uit:
Koolstofatomen (C)
Waterstofatomen (H)
Zuurstofatomen (O)
Vetten kunnen niet in water oplossen.
Functies vetten:
Belangrijkste bouwstof voor alle cellen
Belangrijke brandstof
Energiereserve
Isolatiemateriaal
Steunvet (stootkussen)
Transport van vitaminen
indeling van vetten:
Tryglyceriden
Fosfolipiden
Steroïden
Tryglyceriden
Bestaat uit:
1 molecuul glycerol
3 vetzuurmoleculen
Vetmoleculen zijn verzadigd met waterstofatomen of juist onverzadigd.
Op grond hiervan verdeel je tryglyceriden in verzadigde vetten en onverzadigde vetten.
Verzadigde vetten zijn in kamertemperatuur gestold, onverzadigde zijn meestal vloeibaar-> olien.
, Zit aan de glycerol vetzuren en fosfaatmolecuul.
Kant van de vetzuren -> waterafstotend de hydrofobe kant
Kant van de fosfaatmolecuul-> keert zich naar het water de hydrofiel kan.
In celmembraan zit dubbele laag fosfolipiden
Steroïden
Grote vetten die afwijken van andere vetten
Belangrijke is: cholesterol
Afbraak vetten:
Worden afgebroken tot:
Glycerol en vetzuren.
Het enzym lipase splitst de vetten.
Vetzuren bestaan uit 12 koolstofatomen en zijn heel klein, ze kunnen via de darmwand direct in het
bloed worden opgenomen.
Andere vetten worden via de darmwand in lymfehaarvaten opgenomen en via daar in het bloed.
Eiwitten:
Bevatten:
Koolstofatomen (C)
Waterstofatomen (H)
Zuurstofatomen (O)
Stikstofatomen (N)
Aantal functies:
Geven van structuur
Versnellen chemische omzettingen
Transport
Informatie doorgeven via-> receptoreiwit
Spierwerking door-> actine en myosine
Bescherming
Energiebron
Indeling eiwitten
Ketens van aan elkaar gekoppelde aminozuren
Er zijn 1000den verschillende combinaties van eiwitten en aminozuren
Koppeling tussen 2 aminozuren noem je: peptidebinding
Drie groepen eiwitten:
Dipeptiden -> twee aminozuren
Kleine polypeptiden -> kleine eiwitten met minder dan 100 aminozuren
Grote polypeptiden-> gewone eiwitten met 100-10.000 aminozuren
Aminozuren hoeven niet in voedsel te zitten je lichaam maakt het zelf-> niet- essentiële aminozuren
Aminozuren die wel in voedsel zitten-> essentiële aminozuren
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lisannevandenbrink01. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.71. You're not tied to anything after your purchase.