Plantenbescherming
1. Inleiding en begrippen
1.1 Situering
Plantenbescherming is een cruciale factor in de huidige voedselvoorziening. Het
gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen ligt onder vuur maar is vandaag
in positieve zin geëvolueerd dat maximale garanties inzake voedselveiligheid kunnen
worden vooropgesteld. Maar het is wel nog belangrijk om te zoeken naar alternatieven
die mogelijks van toepassing zijn.
Bij de eigenlijke onkruidbestrijding staat een geïntegreerde aanpak centraal.
Onkruidontwikkeling moeten we in de eerste plaats zoveel mogelijk trachten te
voorkomen en hier spelen alle aspecten van de bedrijfsvoering een rol.
Gewasbeschermingsmiddelen worden evenwel meer systematisch ingezet in moderne
land– en tuinbouw sinds de jaren 1940-1950. Ze hebben ook heel wat voordelen.
Indirect hebben ze de arbeidsomstandigheden in de land- en tuinbouwsector
verbeterd. Ze leveren een belangrijke bijdrage voor onze voedselvoorziening, de
verbetering van de volksgezondheid en de algemene hygiëne. Uiteraard helpen ze ook
de epidemische uitbraken van plantenziekten en plagen beter te beheersen.
Gewasbeschermingsmiddelen kunnen echter ook heel wat nadelen hebben voor mens
en milieu (vb. ecotoxicologische problematiek).
Zelfs met de huidige generatie gewasbeschermingsmiddelen, die een stuk minder
schadelijk zijn dan vroeger, moet het gebruik worden teruggedrongen. De druk vanuit
de maatschappij om liefst ‘geen pesticiden’ te gebruiken is groot. Helemaal
uitschakelen is zeer moeilijk maar we kunnen wel hun mogelijke schadelijke invloed
voor het leefmilieu fors beperken door een oordeelkundig gebruik en door geleidelijk
over te schakelen naar meer geïntegreerde en biologische methodes van
gewasbescherming. Vanaf 2014 werd Integrated Pest Management (IPM) de
standaard. IPM maakt een wezenlijk onderdeel uit van een duurzame landbouw.
1.2 Verliezen en noodzaak geïntegreerde plantenbescherming
Waarom is plantenbescherming noodzakelijk?
Bij het verbouwen van cultuurgewassen is plantenbescherming noodzakelijk omdat:
• “landbouw” in feite tegen de natuur in gaat
• Cultuurgewassen vaak worden geteeld in een vreemde biotoop
• Domesticatie van planten hun concurrentie- en adaptatievermogen vermindert
• Cultuurgewassen vaak aantrekkelijker zijn
• Cultuurgewassen vaak “genetische rariteiten” zijn
• Grote aantallen v dezelfde soort met beperkte variabiliteit
• Cultuurgewassen zich moeilijk kunnen handhaven zonder een pakket van input
Conclusie: cultuurgewassen dienen “beschermd” op te groeien.
De gebruikte hulpmiddelen kunnen wel voedselveiligheid verlagen:
• Gewasbeschermingsmiddelen en residu’s
• Stikstof en nitraat
• …
1
,Oorzaken die plantenbescherming noodzakelijk maakt:
• Ziekten (fytopathologie): veroorzaakt door micro-organismen, bacteriën,
schimmels, mycoplasma’s, virussen en viroïden
• Plagen (fytiatrie): insecten
• Dierlijke organismen
• Onkruiden (herbologie)
• Abiotische factoren: van natuurkundige of chemische aard (bodemtoestand,
atmosfeer, felle zonneschijn, mechanische beschadiging, …
De verliezen aan cultuurplanten zijn verschillend:
• Rechtstreekse concurrentie voor groeifactoren
• Beschadiging of functionele belemmering v essentiële plantenfuncties
• Productie van toxinen, bv. Mycotoxinen: toxinen afkomstig van schimmels
• Verstoring van hormoonbalans
• Wegvreten van bladoppervlakte
• Bevuiling van te oogsten producten
• Cosmetische schade: wel eetbaar maar minder aantrekkelijk
• …
De verliezen kunnen
schematisch worden
weergegeven:
Omvang van verliezen zijn afhankelijk van interactie plant-gewasvijand
• Tijdstip van aantasting
• Omgevingsomstandigheden (t°, RV, ...)
• Resistentie/tolerantie van plant
• Virulentie/aggressiviteit van pathogeen
• ...
Gewasbescherming is een voortdurende strijd die verband houdt met de enorme
adaptatiemogelijkheden van ziekten, plagen en onkruiden enerzijds en de beperktheid
van productiemiddelen en een geringe biodiversiteit. GBM is ook nodig gezien de
beperktheid van de productiemiddelen.
Vandaag zijn al meer dan 1 miljard mensen voedsel onzeker door tal van oorzaken –
er schort uiteraard ook iets aan de verdeling en het gebruik van het voedsel. De
voedselproductie stijgt daarentegen minder snel dan voorheen:
• Toenemende schaarste aan landbouwgrond
• Negatieve effecten van milieuverontreiniging
2
,• Gebruik nieuwe technologieën vertraagt
• Erosie: Vooral probleem in Afrika en Azië, wereldwijd: 24 miljard ton bovengrond
gaat jaarlijks verloren
• Ontbossing
• Luchtverontreiniging
• Soortenbeperktheid: 200.000 bekende plantensoorten, 3000 leveren voedsel,
• 300 zijn belangrijk, 10 soorten leveren 95 % van voedsel
• (tarwe, rijst, maïs, aardappel, bataat, suikerriet, maniok, bonen, cocos en
banaan)
• Genetische erosie binnen soorten
Waar de groene revolutie alleen gepaard ging met areaalsuitbreiding zonder meer
inputfactoren was deze nefast.
• Productie verhoging door areaalsuitbreiding is nefast
• Gebrek aan input
Zonder intensieve gewasbescherming was 5 miljoen ha extra grond nodig (indien
dezelfde vruchtbaarheid als de reeds gebruikte). We worden ook nog geconfronteerd
met een aantal megatrends die zich voordoen die aantonen dat er een steeds
toenemende vraag is naar plantaardige productie
zowel voor voedsel als voor alternatieve
grondstoffen en dit alles in het licht van
klimaatverandering. In dit licht moet de
noodzaak van een efficiënte gewasbescherming
gezien worden.
Vervolgens kunnen we nog stellen dat landbouw goed is voor 70% van het
wereldwijde waterverbruik, hoofdzakelijk via irrigatie. Talrijke innovaties, waaronder
een efficiënte gewasbescherming, draagt bij tot een efficiënter waterverbruik. GBM
dienen om de oogst veilig te stellen. De hoeveelheid die gebruikt wordt, is de
resultante van het areaal, de weersomstandigheden, wetgeving en technologie
(producten en machines).
Lezen artikel p.16-17
3
, Extra van op ppt: Verliezen en noodzaak geïntegreerde plantenbescherming
• Prof. Benton:
o Gevolgen van hogere eisen qua duurzaamheid
= Milieukost verkleint niet maar verhuist
o Keuze voor intensieve landbouw in agrarisch gebied - vrijgekomen grond natuur
o Voedselproductie op een intensieve wijze is een noodzakelijke keuze: op ethisch
vlak én met het oog op een bescherming van de natuur
• Gewasbescherming: middel om oogst veilig te stellen
• SEQ indicator: maat voor druk op het waterleven -impact gewasbescherming: -
44% tussen 2005 en 2010
• Boodschap Greenpeace: “zonder”
o Woordgebruik: pesticiden, synthetisch,...
o Gangbare landbouw = industriële landbouw
• Phytofar:
o Wijst op grondige studies, evaluaties -beter dan igv natuurlijke substanties
o Giftigheid: geen wetenschappelijk onderscheid op basis van ‘synthetisch’ versus
‘natuurlijk’
o Geïntegreerde teelt
o Gewasbeschermingsmiddelen: zowel in lange als korte keten, evenals biologisch
(geen chemische – synthetische middelen)
o Stabiele voedselproductie
o Angst te wijten aan negatieve beeldvorming
o Gewasbescherming = Amalgaam van oplossingen
o Planten produceren zelf BIO-ACTIEVE stoffen of natuurlijke pesticiden
Gewasbescherming moet multifactorieel worden aangepakt d.m.v.:
• Cultuurmaatregelen: ingrijpen in de teelttechniek (aanpassen zaai- en
planttijdstip, vruchtafwisseling, groenbemester en tussenteelten)
• Tolerante of resistente rassen: cultuurgewassen gebruiken die resistent zijn
geworden tegen bepaalde parasieten. Resistentie door klassieke veredeling of via
genetische manipulatie
• Chemische bestrijding: gebruik maken van fytofarmaceutische producten
• Fysisch – mechanische bestrijding: fysische middelen (bestraling, stomen en
koelen). Mechanische middelen (maaien, wieden, vallen en klemmen)
• Ecologische bestrijding: rekening houden met het leefmilieu v/d parasiet. De
levensomstandigheden v/d parasiet of niet gewenste kruiden onmogelijk maken
(bv. In grasland gaan bepaalde kruiden verdwijnen door de verandering v/d
waterhuishouding)
• Biologische bestrijding: natuurlijke vijanden (sluipwesp tegen de witte vlieg bij
tomaat)
• Fysiologische bestrijding: middelen inzetten die de levenswijze of de
ontwikkeling v/d parasiet beïnvloed:
o Hormonen: in kleine hoeveelheden ingezet tegen insecten (juveniel hormoon bij
de vervelling van larven)
o Feromonen: synthetisch nagemaakt
o Lokstoffen: gebruikt in vallen, op lijm, … (vlinders lokken)
o Spoorferomonen: (mieren naar een lokaas leiden)
o Alarmstoffen: (vluchtroutes v bladluizen verstoren)
o Attractantia: lokmiddelen
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Studente02. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.18. You're not tied to anything after your purchase.