Samenvatting WDD-3 2021-2022
Week 5
ZSA: Depressie
Depressie komt veel voor: lifetime prevalentie 8-12%. Een ernstige depressie is geen griepje
en erg ingrijpend. Depressie komt vaker voor bij vrouwen (M/V à 1:2). Risico op suïcide
tentamen is 20x hoger bij mensen met depressie. Van alle mensen met een depressie
overlijdt 15% aan een suïcide.
Bij een depressie kun je kijken op het niveau van het brein maar ook op het niveau van de
psyche (mental disorder vs brain disorder). Op het somatische gebied zie je dat het brein
bestaat uit 100 miljard neuronen met 100 biljard synapsen. Thomas Insel noemt dan ook dat
je moet blijven onderzoeken naar de scale en scope van het brein. Begrijp hoe groot de
schaal is waarmee je werkt en blijf onderzoeken naar een target waarmee je de mentale
stoornissen effectief kunt aanpakken. Op het moment is zo een target er voor depressie nog
niet en revalideren onvoldoende mensen.
Er zijn veel modellen om depressies te omschrijven. Een hiervan is het stress systeem:
- Stress is the non-specific response of the body to any demand, weather it’s caused
by or results in pleasant or unpleasant conditions.
- Stress hoort bij het leven en het leven is soms stressvol
- Stress wordt pas ongezond als er iets misgaat in het feedback systeem (HPA-as)
- Hierbij is er soms iets mis in het negatieve feedback systeem dat zorgt dat het
systeem uit de stressmodus kan en dus blijft het systeem stress hormonen afgeven
-
- Bron: Depressie kennisclip 1: etiologie
- Bij depressies (meervoudig/enkelvoudig, matig/ernstig) wordt de hoeveelheid
cortisol als verhoogd gezien over de tijd.
- Functies van cortisol:
o Langer termijn stresshormoon
o Inflammatiecascade
- Test voor cortisol: dexamethason supressie test
o Hierbij onderdruk je de bijnieren om te kijken of de HPA as goed werkt
o Bij depressieve patiënten zie je een gestoorde functie à
o CRH toedienen of de bijnieren genoeg cortisol uitscheiden of de
hypothalamus remmen met dexamethason om te kijken of er daarna nog
steeds cortisol uitgescheiden wordt
o Test wordt in de kliniek niet vaak toegepast (wel in wetenschappelijk
onderzoek) omdat er geen grote effectsize kan worden aangetoond aan
behandeling van het cortisol systeem.
o Hydrocortison kan bijvoorbeeld niet de depressie verbeteren als de cortisol
weer normaal is
Er zijn tot nu toe nog geen genen aangetoond die bij depressie een rol spelen. Waar wel
genen voor zijn gevonden zijn genen die te maken hebben met de glucocorticoïd receptor
(GR). Dit om dat de GR de negatieve feedback van de HPA-as op zich neemt. Zowel genen las
mRNA zijn onderzocht en hieruit blijkt in vitro en in vivo dat er een verlaagde gevoeligheid
van GR is bij mensen met een depressie. Ook is de expressie en activiteit van mRNA van GR
hoger bij mensen die behandeld worden met antidepressiva. Echter is dit ook weer geen
expliciete target om medicatie op te maken. Men denkt op basis van tweelingstudies dat de
genetische component (37%) minder is dan de omgevingsfactoren (63%). In de toekomst zal
er steeds meer onderzoek gedaan worden naar de genetische maar ook vooral de
omgevingsfactoren.
Prenatale stress kan leiden tot veranderd gedrag van de persoon maar ook in veranderde
functie van de HPA-as later in het leven van het kind. Veel van de data voor deze conclusies
kwamen van de hongerwinter studie.
Een ander belangrijk onderdeel is: is er trauma en hoe stressgevoelig is iemand? Dit kan
opgedeeld worden in meerdere onderdelen:
- Acute stress
o Directe verlieservaringen (slechte diagnose, relatiebreuk, baan verloren)
o Kan leiden tot een verhoogde kans op depressie
- Chronische stress
o Daily hassles (chronisch en in meerdere mate), multiple life events (slechte
diagnose en relatiebreuk en baan verloren)
o Kan een depressie geven
- Fysiek of seksueel misbruik
o Vooral in de vroege jeugd à belangrijke voorspeller van ontstaan depressie
(en andere mentale aandoeningen)
o Een polymorfisme (mutatie) in de genen die B11 (foliumzuur) maken samen
met een trauma in de kindertijd is een voorspeller voor depressie op latere
leeftijd
o Trauma in de kindertijd (voor 16e) is over het algemeen is een predictor voor
depressie (of andere ziekten zoals metabole aandoeningen) op latere leeftijd
Stress op de volwassene leeftijd:
- Stress/ depressie gaat ook gepaard met somatische gevolgen
- Metabole en inflammatoire ontregelingen
- Nog steeds onderzoek of dit causaal of in interactie is
o Snel infectieparameters die hoog zijn
o Glucosetolerantie
o Uiteindelijk HVZ
§ Mensen met een depressie sterven eerder aan HVZ dan aan de
gevolgen van een depressie
Bron: Depressie kennisclip 1: etiologie
Kennisclip 2: Etiologie/ pathologie en nieuwe ontwikkelingen
Depressie is lang benaderd als een homogeen construct (wel of geen depressie). Dit op basis
van vragenlijsten die vragen naar symptomen die verschillen tussen personen en per
persoon in ernst. Steeds meer zien we dat elk symptoom ook los uniek is in beloop.
Depressie is een heterogene psychiatrische ziekte met grote variatie in beloop, symptomen
en ernst.
Een nieuwe ontwikkeling is de netwerktheorie. Hierbij worden op basis van vragenlijsten of
soms draagbare apparaten (horloges die meten of je actief bent of dat je rust) de
symptomen van patiënten gemeten. Dit kan worden teruggebracht tot een puntenkaart
waaruit een netwerk kan ontstaan. De paden tussen de symptomen berusten op
symptomen die meer met elkaar van doen hebben (slecht slapen heeft te maken met
vermoeidheid maar ook concentratieproblemen op het werk en daardoor kan iemand zich
schuldig voelen en daardoor minder goed presteren waardoor iemand ‘s nachts minder goed
kan slapen). Door de directe interacties steken de symptomen elkaar aan en verergeren
elkaar. De patiënt kan dan in een vicieuze cirkel vallen die niet zonder hulp doorbroken kan
worden. Dit zou op individuele basis kunnen worden gebruikt in de praktijk in de
behandeling. De vraag is of je hiermee de depressie verklaart of dat je hem alleen beter
begrijpt. Daarnaast vraag je je af of dit niet een versimpeling is van het geheel. De
netwerktheorie kan gebruikt worden om depressie beter te begrijpen maar kan ook gebruikt
worden om targets te zoeken voor een effectieve behandeling. Hierbij kun je dus kijken wat
er bij een patiënt speelt en hoe je hier het beste op kan inhaken.
Een andere theorie is die van de complexiteit. Deze wordt gebruikt om het ontstaan en de in
stand houding van depressie te beschrijven. Hiervoor wordt er gedacht in de dynamische
systeem theorieën. Dit is een manier om te beschrijven hoe een toestand zich ontwikkelt tot
een andere toestand over de tijd. Hierin kunnen netwerken van symptomen dus over de tijd
veranderen naar een ander netwerk. Dynamische systeem modellen worden al gebruikt in
het opsporen van criminelen, in klimaat, voor economische voorspellingsmodellen maar ook
hoe obesitas en DM zich ontwikkelen met SES. Voor geestenziekten wordt dit in het AMC
wordt uitgevoerd in het center of urban mental health. De theorie van de complexiteit:
- Wordt gekenmerkt door de symptomen
- Deze worden in een netwerk vergeleken en de interactie tussen de symptomen
wordt over de tijd gevolgd als gevolg van de symptomen
- Dynamische benadering helpt misschien
Wat je nodig hebt voor de dynamische benadering zijn:
- Affect/ emoties van het individu (intensief bijhouden) à micro
- Interactie en sociale steun van de patiënt à meso
- Culturele factoren, SES, ecologische factoren à macro
Een andere theorie is die van de gut brain axis. Deze stelt dat er een relatie is tussen het
microbioom van de darmen en de werking van de hersenen. De samenwerking van
microbiologie en psychiatrie is niet nieuw (neurosyfilis, gefermenteerde melk tegen
melancholie, neurocognitieve HIV). Onder het microbioom versta je alle micro-organismen
in het maagdarm kanaal en hun genetisch materiaal.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ChristiaanWinkelmeijer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.