- Wat is vervolgen?
- Wie kan vervolgen?
- Kan je altijd vervolgd worden?
- Wat zijn de andere vormen van afdoening?
Wat is vervolgen?
De beslissing van de officier van justitie om de zaak voor te leggen aan een rechter is een
vervolgingsbeslissing (art. 167 lid 1 Sv). Vanaf dat moment loopt er een vervolging tegen
de betrokken verdachte. De vervolging kan op twee manieren aanvangen:
1. Het OM betrekt een (onderzoeks)rechter bij de strafzaak, die zelf een beslissing
neemt (rechterlijke inmening).
2. Tegen een verdachte wordt een strafbeschikking uitgevaardigd.
Rechterlijke inmenging door een dagvaarding
Als een officier van justitie naar aanleiding van het voorbereidend onderzoek van mening is
dat de verdachte voor de strafrechter moet verschijnen, zal de officier van justitie hem een
dagvaarding sturen. De dagvaarding is een aan de verdachte verzonden oproeping om op
een bepaalde datum en een bepaald tijdstip te verschijnen voor de strafrechter. Ook wordt
hierin gemeld waarvoor de verdachte terecht moet staan (de tenlastelegging).
Het OM, in de persoon de officier van justitie, kan dus naar aanleiding van het voorbereidend
onderzoek beslissen dat de betrokken verdachte voor de strafrechter wordt gebracht. Het
opsporingsonderzoek waar in art. 167 Sv op wordt gedoeld, kan heel kort zijn: een op
heterdaad betrapte en aangehouden verdachte kan op de voet van art. 370a Sv reeds op het
politiebureau een (verkorte) dagvaarding uitgereikt krijgen. In dat geval wordt kort na de
ontdekking van het strafbare feit de vervolgingsbeslissing genomen en wordt aan de
verdachte een dagvaarding uitgereikt. Dit gebeurt alleen in gevallen die niet ernstig zijn van
aard en daarnaast bewijstechnisch eenvoudig zijn. Aan de andere kant is het ook mogelijk
dat opsporingsonderzoeken maanden of jaren duren, voordat een officier van justitie
antwoord kan geven op de vraag of er vervolging plaats moet vinden.
Rechterlijke inmenging door art. 63 lid 1 Sv
Indien een officier van justitie van mening is dat een verdachte in bewaring moet worden
gesteld, dan vordert de officier die bewaring bij de rechter-commissaris. Alleen een rechter
mag de bewaring bevelen en daarom moet de officier de vordering aan hem richten. Hier is
sprake van vervolging, want er raakt een rechter bij de zaak betrokken. In deze situatie is
geen sprake van vervolging omdat de officier van justitie de verdachte dagvaardt voor de
strafrechter, maar omdat hij een vordering tot bewaring uitbrengt.
1
, Wie kan vervolgen?
Het openbaar ministerie (OM) is een overheidsorgaan dat is belast met de strafrechtelijke
handhaving van de rechtsorde en andere bij wet vastgestelde taken (art. 124 van de Wet op
rechterlijke organisatie). Dit artikel beschrijft de taak van het OM: de opsporing en vervolging
van strafbare feiten.
Bij rechtbanken wordt het OM vertegenwoordigd door de officieren van justitie. De afdeling
van het OM bij een gerecht en het gebouw van het OM worden veelal het parket genoemd.
Het gebouw is de thuisbasis en heeft ondersteunend personeel zoals parketsecretarissen.
Het is ook de plaats waar de dagvaardingen worden verzonden aan verdachten.
Alleen het OM is bevoegd tot het instellen van een strafvervolging door middel van een
dagvaarding. Van een private vervolging kan in ons land nooit sprake zijn. Een slachtoffer of
een andere belanghebbende bij vervolging moet de vervolgbeslissing afwachten. De mening
van het slachtoffer kan bij de beslissing uiteraard wel een gewicht in de schaal leggen, maar
de autonomie van de officier van justitie blijft. Wel staat het de burgers vrij om, via
tussenkomst van advocaten, elkaar in civiel rechterlijke zin te dagvaarden, maar hier is geen
sprake van vervolging.
Strafrechters buigen zich alleen over zaken waarvan het OM van oordeel is dat een
uitspraak van de strafrechter gewenst is. Als een verdachte een ander strafbaar feit bekent
waarvoor hij niet terechtstaat kan de rechter hier niets mee, omdat de verdachte alleen
terecht staat voor een ander strafbaar feit. De officier van justitie kan hier in een later
stadium werk van maken. De bekentenis kan ook geen gevolgen hebben als de officier
beslist dat de zaak te onbelangrijk is om er werk van te maken. Voorbeeld: A staat terecht
voor de diefstal van een auto, maar tijdens de terechtzitting erkent hij dat hij ook een
telefooncel heeft vernield. De strafrechter kan niets met deze bekentenis, omdat hij alleen
terecht staat voor diefstal. De officier van justitie zal later moeten bepalen of de verdachte
voor het vernielen van de telefooncel terecht moet staan.
De officier van justitie heeft ook het alleenrecht op de keuze van het tenlastegelegde feit. De
officier van justitie bepaalt dus niet alleen of, maar ook waarvoor wordt vervolgd. Voorbeeld:
een vrachtwagenchauffeur veroorzaakt een dodelijke aanrijding. De officier van justitie
bepaalt hier of hij vervolgd wordt voor dood door schuld (culpa) of doodslag (opzet). Een
veroordeling voor doodslag zal door de verdachte, nog afgezien van de schuldmaat, als veel
zwaarder en belastender worden gezien dan een veroordeling voor dood door schuld. Niet
alleen de beslissing om een vervolging te beginnen tegen de verdachte, maar ook de keuze
voor het ten laste gelegde feit is van groot gewicht.
Zeeuwse motorrijder
Een motorrijder rijdt met enorme snelheid door de bebouwde kom. Hij komt hierbij ten val en
raakt daarbij een meisje dat op het fietspad fietst. Het meisje komt hierdoor om het leven. De
motorrijder wordt vervolgd op grond van artikel 6 Wegenverkeerswet, waar dood door schuld
uit voortvloeit, maar de ouders van het meisje willen dat het OM hem vervolgd voor een
zwaardere straf. De ouders willen dat doodslag, art. 287 Sr, ten laste wordt gelegd en zij
beroepen zich daarom op art.12 Sv. In dit artikel staat dat wanneer een strafbaar feit niet
vervolgd wordt, de vervolging niet voortgezet, of de vervolging plaatsvindt door het
uitvaardigen van een strafbeschikking dan kan de rechtstreekse belanghebbende beklag
doen.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tessathuis. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.77. You're not tied to anything after your purchase.