100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Volledige samenvatting Leerling Leerkracht Interactie $5.90
Add to cart

Summary

Volledige samenvatting Leerling Leerkracht Interactie

1 review
 72 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van alle hoorcolleges inclusief alle artikelen

Preview 4 out of 98  pages

  • December 23, 2021
  • 98
  • 2021/2022
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: janettepelled • 2 year ago

avatar-seller
Week 1; college 1; Gehechtheidstheorie en effecten dyadische relaties op schools functioneren
Artikel 1: Can closeness, conflict, and dependency be used to characterize students’ perceptions of
the affective relationship with their teacher? Testing a new child measure in middle childhood
Koomen, Jellesma


Er wordt steeds meer nadruk gelegd op het belang van de affectieve kwaliteit van de dyadische
leraar-leerling relaties voor het schoolpresteren en de toekomstige ontwikkeling van leerlingen.
 Positieve relaties met leerkrachten bieden kinderen (leerlingen):
o Emotionele steun en veiligheid
o Verbeteren van het emotioneel functioneren; positief sociaal gedrag;
schoolbetrokkenheid
 Negatieve relaties tussen leerkrachten en kinderen:
o Stressoren voor kinderen
o Toename van emotionele onveiligheid
o Ondermijning van schoolsucces

Positieve leerkracht-leerling relaties zorgt voor een vermakkelijking van de beheersing van de
academische vaardigheden en hebben een positieve invloed op de sociaal-emotionele en cognitieve
ontwikkeling.

Het meeste bewijs hiervoor wordt door leerkrachten gegeven, daarentegen is het leerling perspectief
ook een grote voorspeller van schoolsucces.
 De leerling perspectieven zijn weinig onderzocht; maar wanneer dit wel het geval is dan is de
focus ‘enger’ dan in uit de perspectieven van de leerkracht en komen onderliggende
constructen niet met elkaar overeen.

Het is van belang om zicht te hebben op de leerkracht-leerling relatie vanuit zowel het leerkracht
perspectief als het leerling perspectief. In de eerste jaren van de basisschool is het bewijs van de
voordelen van een positieve leerkracht-leerling relatie voornamelijk gebaseerd op de leerkracht
perspectieven van de Student-Teacher Relationship Scale (STRS).

De relatie tussen leerkracht en leerkracht wordt als volgt gekwalificeerd:
 De positie van de door de leerkracht gerapporteerde gehechtheid gerelateerde dimensies:
o Nabijheid = de mate van openheid, warmte en veiligheid
o Conflict = de mate van negativiteit, onenigheid, onvoorspelbaarheid en
onaangenaamheid
o Afhankelijkheid = ontwikkelingsongeschikte,
overmatige afhankelijkheid en bezitterigheid van
het kind de relatie
 Bij een gunstige relatie met een leerkracht gaat het erom
dat de leerkracht zowel een veilige haven als veilige basis
weerspiegelt
o Hoog op nabijheid, laag op conflict en
afhankelijkheid

De betekenis en de voorspellende waarde van deze, door de leerkracht gerapporteerde,
relatiedimensies kan veranderende met toenemende leeftijd = > bijv. toenemende zelfbeheersing
van kinderen naar mate ze ouder worden.
 De voordelen van een hoge nabijheid en weinig conflict zijn significant in het midden van de
kindertijd
 De relevantie van afhankelijk is het meest van invloed bij oudere leerlingen

,Het belang van de ervaringen van leerlingen met hun leerkrachten is van belang vanwege de impact
op de academische betrokkenheid en prestaties.
 Theoretische ideeën over de waargenomen steun > verzorgd, gewaardeerd en geholpen
worden door de leraar.
o Waargenomen emotionele steun die studenten geïnspireerd, bereid om tijd te
investeren en energie te geven aan en emotioneel betrokken zijn bij leerprocessen.

Er zijn overeenkomsten tussen de twee relaties benaderingen maar de gehechtheidstheorie heeft
geleid tot een multidimensionale leraar-maatstaaf die zowel positieve als negatieve relatie
kwaliteiten vaststelt. De beoordelingen op basis van het ondersteuningsperspectief zijn vaak beperkt
en alleen gericht op positieve relatiekwaliteiten.
 Behoefte aan meer metingen uit het perspectief van de leerlingen die overeenkomen met de
metingen vanuit het perspectief van de leerkracht.

Drie multidimensionale instrumenten voor het beoordelen van percepties van oudere studeren over
de positieve en negatieve kenmerken van de affectieve relatie met hun leraar:
1. The Child-Report-Student-Leraar Relatieschaal (Child-STRS); afgeleid van het origineel van de
STRS + meten van de constructies nabijheid, conflict en afhankelijk
a. Alleen de dimensie nabijheid is betrouwbaarheid gebleken in leerling rapportages.
2. Relatedness-schalen;
a. Twee dimensies: emotionele kwaliteit (EQ) en psychology proximaty seeking (PPS)
i. Een hoger EQ is geassocieerd met een lager PPS
3. Network of Relationships Inventory (NRI); meten van de ervaren steun van de leraar

Er bestaat een verschil tussen de dimensies die vanuit het leraar perspectief worden gemeten en die
vanuit het leerling perspectief worden gemeten; dit kan een weerspiegeling zijn dat leerkrachten
andere percepties hebben dan leerlingen
 Leerkrachten en kinderen kunnen hun onderlinge relatie verschillend beoordeling
(gehechtheidstheorie; internwerkmodel)
o Beide percepties leveren een unieke bijdrage aan de voorspelling van de
ontwikkeling van het kind en aanpassing
 Probleem met inhoudsvaliditeit; gebruik van ongelijke maatstaven

Geen van de bovengenoemde drie bestaande leerling-instrumenten zijn geschikt om te onderzoeken
of de door de leraar gerapporteerde dimensies van nabijheid en conflict gerepliceerd kunnen worden
in de leerling percepties; nieuw instrument = Student Perception of Affective Relationship with
Teacher Scale (STARTS).

Resultaten uit het onderzoek; in hoeverre is er overeenstemming in leerkrachtpercepties en
leerlingpercepties van leerkracht-leerlingrelaties:
 De schaal conflict maakte gebruik van de percepties van leerlingen over wantrouwende en
negatieve gevoelens, gedrag van de leraar en boze gevoelens en dissonant gedrag van de
leerling zelf = overeenkomst met STRS
o Disharmonie en weerstand dat een onveilige relatie kenmerkt

 De schaal nabijheid = overeenkomsten met de STRS
o Openheid voor communicatie en beschikbaarheid in tijden van stress zijn belangrijke
kenmerken van veilige relaties in de vroege kinderjaren
o De wens om meer gevoelens te delen met of meer aandacht te krijgen van de
leerkracht


2

, o Gevoelens van nabijheid kunnen leiden tot een verlangen om te delen; leraren
hebben beperkte tijd, en dergelijke ervaringen kunnen negatieve verwachtingen bij
studenten oproepen > geen vervulling van de fundamentele psychologische behoefte
aan verbondenheid

 De schaal afhankelijk is niet onderzocht > negatieve verwachtingen
o Het ontbreken van vertrouwen in de beschikbaarheid en het reactievermogen van de
leraar is kenmerkend voor onzekere relaties in de midden kindertijd
o Geen overeenkomst met de STRS
o De wens om meer gevoelens te delen met of meer aandacht te krijgen van de
leerkracht

Conclusie van de studie;
 Conflict en nabijheid zijn conceptueel en empirisch gerelateerd aan overeenkomstige
dimensies met in de leraar meeteenheid
 De derde dimensie, afhankelijkheid, vertegenwoordigde een andere (maar wel relevante)
dimensie: negatieve dimensie
o Negatieve dimensie verwijst naar een vorm van onzekerheid die meer heeft te
maken met internaliserende problemen dan met gedrags- en peerproblemen
 De STARTS vertoonde een hogere overeenstemming met de lerarenrapporten dan de
metingen uit eerder onderzoek
 Genderverschillen in relatiekwaliteiten ;
o Voordelen voor meisjes
o Niet alleen leerkrachten nemen het verschil in relatiekwaliteit tussen jongens en
meisjes waar, ook kinderen nemen deze verschillen waar

Studievraag: “Is er volgens dit artikel sprake van overeenstemming in leerkrachtpercepties en leerling
percepties van leerkracht-leerling relaties? Voor welke relatiedimensies wel/niet?”

Volgens dit artikel is er sprake van overeenstemming in leerkrachtpercepties en leerling percepties
van leerkracht-leerling relatie voor de volgende twee dimensies:
 Nabijheid en conflict

Voor de dimensie afhankelijk is geen overstemming gevonden in leerkrachtpercepties en leerling
percepties. Dit komt omdat de dimensie afhankelijkheid niet meten kon worden bij de leerlingen.
Hiervoor is wel een nieuwe, waarschijnlijk belangrijke, dimensie naar voren gekomen > negatieve
verwachtingen. Deze dimensie heeft te maken met internaliserende problemen


Artikel 2: Don’t forget student-teacher dependency! A Meta-analyses on associations with
students’ school adjustment and the moderating role of student and teacher characteristics
Roorda, Zee en Koomen


De affectieve kwaliteit van de dyadische leerling-leerkracht relatie is van invloed op de
schoolaanpassing voor leerlingen zoals betrokkenheid bij leeractiviteiten; academische prestaties en
gedragsproblemen. Er is veel informatie beschikbaar over hoe student-leraar nabijheid (warmte en
open communicatie) en conflict (negativiteit en discordantie) geassocieerd zijn met
schoolaanpassing, is de rol van leerling-leraar afhankelijkheid nog onduidelijk
 Afhankelijkheid = de mate van onvoldoende leeftijdsgebonden, overmatige afhankelijkheid
van de leraar, bezitterigheid en aanhankelijk gedrag van het kind



3

, o Werd verondersteld vooral relevant te zijn voor jongere kinderen (aan het begin van
de basisschoolperiode). Afhankelijkheid voorspelt ook de schoolaanpassing van
leerlingen in de bovenbouw van de basisschool.

Afhankelijkheid van leerling-leerling en aanpassing van de leerlingen op school:
 Onderliggende theorie = gehechtheidstheorie
o Leerlingen die een over een positieve relatie met hun leraar beschikken, kunnen hun
leraar dan gebruiken als een veilige basis van waaruit ze de schoolomgeving kunnen
verkennen en als een veilige haven waarin ze hun toevlucht kunnen zoeken in tijde
van stress.
o Relaties laag in nabijheid en/of hoog in conflict zullen voorkomen dat studenten hun
leraar gebruiken als zowel een veilige basis en veilige haven
o Een hoge mate van afhankelijk kan de veilige basisfunctie belemmeren
 De extreem overmatige afhankelijkheid van leerlingen verhinderd de
autonome verkenning van het klaslokaal en de leer- en sociale omgeving
 Kan een obstakel vormen voor de vervulling van de basisbehoefte van
leerlingen aan autonomie (= in staat zijn eigen keuzes te maken en
onafhankelijk van de leraar te handelen)
 Zelfbeschikkingtheorie = > de behoefte aan autonomie is essentieel
voor de betrokkenheid van leerlingen met hun schoolwerk en de
bredere schoolomgeving

 Afhankelijk van de leerling op de leraar wordt meestal als een negatieve invloed gezien op de
schoolaanpassing van leerlingen.

Moderende rol van leerling- en leraarkenmerken:
 Het verband tussen leerling-leerling afhankelijkheid en schoolaanpassing is voor sommige
leerlingen sterker dan voor andere leerlingen
o Academische risicohypothese > leerling-leraarrelaties zullen belangrijker zijn voor de
schoolaanpassing van leerlingen die risico lopen op onaangepastheid omdat ze meer
te winnen of te verliezen hebben
 Risicoleerlingen; allochtone status, leerproblemen, gedragsproblemen;
leerlingen uit hogere klassen; jongens (zijn minder betrokken bij school en
hebben de neiging om minder positieve relaties met hun docenten aan te
gaan).
 Gebleken voor nabijheid en conflict

Onderzoeksresultaten:
1. Associaties tussen afhankelijkheid en schoolbetrokkenheid
a. Afhankelijkheid van de leerling-leraar is significant gerelateerd aan verschillende
aspecten van schoolaanpassing van leerlingen
b. Afhankelijkheid is een negatieve relatiedimensie; er is behoefte aan een sterkere
focus van deze dimensie in interventies gericht op leerling-leraar relaties
c. Afhankelijkheid had een nauwer verband met sommige aspecten van
schoolaanpassing van leerlingen dan aan anderen
i. De associaties waren sterker voor externaliserend en internaliserend gedrag
dan voor betrokken en prestaties
ii. Academische prestaties zijn ook grotendeels afhankelijk van stabiele kind- en
gezinskenmerken
iii. Afhankelijkheid is minder sterk gerelateerd aan betrokkenheid dan nabijheid
en conflict


4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LisanneStroot. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.90. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.90
  • (1)
Add to cart
Added