100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting GROEPSDYNAMICA DEEL 1 (groepen en teams) $3.66   Add to cart

Summary

Samenvatting GROEPSDYNAMICA DEEL 1 (groepen en teams)

 8 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Een volledige samenvatting van deel 1 uit groepsdynamica (= groepen teams + de ontwikkelingsfases van Tuckman). Deze samenvatting bevat lesnotities + powerpoints + cursus/boek.

Preview 3 out of 8  pages

  • December 24, 2021
  • 8
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Groepsdynamica les 1:
groepen en teams
LINK MET OPLOSSINGSGERICHT WERKEN IS GEEN LEERSTOF!!

NOOIT DEFINITIES LEREN, WEL TOEPASSEN!!



1.Groepen en teams

1.1. Wat is een groep?

 Een menigte ≠ groep
o Festivalgangers zijn geen groep maar losse individuen!

 Hebben dezelfde doelstelling
 Vormen een sociale eenheid
 Kunnen reageren op elkaar
 Hebben invloed op elkaar

 Verschil losse verzameling en groep:
o Losse verzameling= verschillende individuen die zich op hetzelfde moment op
dezelfde plaats bevinden, maar die geen eenheid vormen

 Groepen vindt men overal
 De groep heeft invloed op het individu (positief of negatief)
 Mogelijkheid bestaat om condities te scheppen om het gewenste gedrag te bekomen
 Hoge cohesie= goede groepsgeest

 Elke groep kent een andere vorm v hechting of cohesie  beïnvloedbaar door 3 factoren
o 1. Druk van buitenaf: bv. in een oorlogssituatie is er meer nationalisme
o 2. Succesvol afronden: bv. tv-progr. zorgde in 1 week tijd voor hechte groepen
o 3. Moeilijk verkregen mandaat: bv. veel mensen willen tot groepje BV’s horen

 Essentiële kenmerken groep:
o Hebben een gemeenschappelijk doel:
 Beseffen dat ze met de groep meer kans maken om een doel te bereiken
 ‘Het geheel is meer dan de som van de individuen’

o Hebben een onderlinge afhankelijkheid:
 Verzameling individuen die op een bepaalde manier v elkaar afhankelijk zijn
 Gebeurtenis beïnvloedt niet alleen individu, maar de hele groep

o Hebben onderlinge interactie:

,  Verzameling individuen die directe contacten met elkaar onderhouden
 Accent ligt op de interactie die aanwezig moet zijn tussen de groepsleden
o Vormen een sociale eenheid:
 Sociale eenheid uit minstens 2 personen die zichzelf als lid vd groep zien
 Je kan pas spreken ve groep als de individuen zich als deel zien vd groep

o Hebben wederzijdse beïnvloeding:
 Verzameling individuen die elkaar beïnvloeden

o Interacties worden gestructureerd door normen en rollen:
 Interacties vd individuen worden door normen en rollen gestructureerd
 Rollen of normen kunnen schriftelijk of mondeling vastgelegd zijn
 Groepsnormen zijn gedragsregels die voor ieder individu in de groep gelden
 Normen vergemakkelijken het samenwerken en de omgang met elkaar in de
groep doordat iedereen weet wat men mag verwachten en verwacht wordt
 Groepen oefenen een actieve druk uit op de leden om zich te conformeren
aan de groepsnormen  conformiteit en uniformiteit!
 Conformiteit: mate waarin groepsleden zich aanpassen ad
geldende groepsnormen
 Uniformiteit: verwijst naar het met elkaar in overeenstemming zijn,
de eenheid of samenhang



1.2. Wat is een team?

 Verschil groep en team:
o Team heeft geleerd zich te verbinden; samen te werken aan een bepaald doel
 gezamenlijke doel bindt en verbindt

 Groep wordt team als:
o Teambelang > eigen belang
o Er cohesie is (‘wij-gevoel’)
o Iedereen bijdraagt aan het doel (taken/rollen/functies zijn bekend)
o Er een goede samenwerking is
o Er verantwoordelijkheid opgenomen wordt
o Men elkaar waardeert
o De communicatie goed verloopt
o Successen een gezamenlijk resultaat zijn; ieders bijdrage wordt erkend

 Definitie team:
o ‘Twee of meer individuen waartussen sociale interactie is en die één of meer
gemeenschappelijke doelen hebben. Die personen zijn afhankelijk v elkaar en
iedereen heeft eigen toegewezen specifieke rollen of functies.’=

o ‘Twee of meer leden die in onderlinge afhankelijkheid en door onderling overleg de
uit te voeren taken verdelen en coördineren, met het oog op of in functie van een

, gezamenlijk doel, binnen een breder organisatorisch verband’

o 2 of meer leden: onderlinge afhankelijkheid + functionele samenwerkingsrelatie

o Taken: taakafhankelijk v elkaar (mate v nodig hebben info, materiaal, ondersteuning)

o Gemeenschappelijk doel: samenwerking ≠ doel, maar middel

o Organisatorisch verband: functioneren binnen visie en missie vd organisatie,
regelgevingen en procedures + team en organisatie beïnvloeden mekaar wederzijds
 proberen onttrekken aan invloed= vluchtmisdrijf en zichzelf buiten spel zetten

o Gedeelde waarden en normen: zorgen voor zekere gelijkheid in opvattingen,
doelstellingen en gedragingen die het mogelijk maken om beslissingen te nemen
vanuit wederzijds begrip

 Cartoon spoorweg bouwen; is het een team?  Ja, maar geen goed functionerend team
o Samen spoorweg bouwen
o 6 leden
o Taakafhankelijk v elkaar
o Gemeenschappelijk doel (spoorweg bouwen)
o Werken voor organisatie
o Niet goed:
 Niet iedereen draagt bij ; er is geen goede samenwerking ; succes is geen
gezamenlijk resultaat



1.3. Wat is groepsdynamica?

 Wetenschappelijke onderzoeksdomein dat zich richt op vergroten van inzicht in het
functioneren van groepen

 Binnen groepsdynamica kijkt men volgens Johnson & Johnson naar:
o Het gedrag v groepsleden binnen groepen
o De ontwikkeling v groepen
o De interacties tssn groepsleden, andere groepen en organisaties
o De structuur v groepen

 3 actoren om rekening mee te houden bij het begeleiden v cliënten in een groep:
o De groep zelf, je cliënten (doelgroep, leeftijd, mogelijkheden, noden,…)
o Je team (rollen, persoonlijkheden, stijl v communiceren, mate v werkervaring,…)
o Jezelf (kennis, vaardigheden, voorkeursstijlen communicatie/begeleiding, W&N,…)

 Groep functioneert altijd op 2 niveaus volgens Remmerswaal:
o Het taakniveau: verwijst naar de inhoud (activiteiten, spelvormen en opdrachten),
ook de wijze waarop je je werking structureert heeft een invloed (grootte, ruimte,
materiaal, dagstructuur,…)  inzicht hebben in hoe deze structurele kenmerken een

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Kayleyxdepoorter. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.66. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80364 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.66
  • (0)
  Add to cart