Inhoud
Oudheid..............................................................................................................................................3
Kennis architectuur van de oudheid, wat kunnen we weten? ..........................................................3
Grieks en romeinse bouwORDE; stijl, proportie en symmetrie.........................................................3
Zuilen; dorisch ,ionosch, corinthisch ............................................................................................3
Onderdelen hoofdgestel portiek (portico) .......................................................................................4
Ontstaan van stenen constructies uit houten hoofdgestel ...............................................................5
Ruimtewerking en grondplan ..........................................................................................................5
Structurele uitdagingen...................................................................................................................7
Tongewelf ...................................................................................................................................7
Bogen en bogentijen ...................................................................................................................7
Kruisgewelf .................................................................................................................................8
Koepel.........................................................................................................................................8
Stedelijke context ...........................................................................................................................8
De stad als beschavingsmateriaal ................................................................................................8
Synoikisme en apoikia .................................................................................................................9
Ruimtelijke evolutie: kenmerken van monumentaliseringsprocessen ..........................................9
Nabloei van de antieke stad en architectuur ................................................................................. 12
Constantijn (280- 337 na C), keizer Constantijn als cruciale actor in evolutie ............................. 13
Vroegchristelijke architectuur ................................................................................................... 14
Het Karolingsche rijk (751-814) ................................................................................................. 16
Politieke macht ook vanuit religieuze gemeenschappen ............................................................ 16
Impact op kloosterarchitectuur ................................................................................................. 16
Oudheid ........................................................................................................................................ 17
Romaanse architectuur, middeleeuwen 10-12e eeuw ............................................................... 17
middeleeuwse stedelijke ontwikkelingen en Gotische architectuur ................................................... 19
Middeleeuwse stadsontwikkeling ................................................................................................. 19
Europese stadsgroei in de Vroege Middeleeuwen (7de-10de eeuw) .......................................... 19
Kenmerken van de stad in de Vroege Middeleeuwen in de Nederlanden (7de -10de eeuw) ...... 20
Ontwikkeling en bloei van Middeleeuws stedensysteem in de 11de-13de eeuw (Hoge
Middeleeuwen) ......................................................................................................................... 21
Morfologie middeleeuwse steden ............................................................................................. 22
Structurerende elementen van de middeleeuwse stad .............................................................. 24
Nieuwe stadsstichtingen ........................................................................................................... 24
Sociale structuur en inrichting van de middeleeuwse stad ......................................................... 25
, Middeleeuwse crisisfase 14de-15de eeuw................................................................................. 25
Gotische architectuur 12e – midden 15e eeuw........................................................................... 25
ontwerpen op een andere manier in de middeleeuwen dan nu ................................................. 27
Vroege gotiek............................................................................................................................ 27
Kenmerken gotische kerk .......................................................................................................... 28
Renaissance _ 15de-16de eeuw omschakeling in maatschappelijke denken .................................. 31
Renaissance _ 15de-16de eeuw omschakeling in denken over ‘stad en maatschappij’ ............... 31
Renaissance (ca. 1420 - ca. 1600) .............................................................................................. 34
FRANKRIJK................................................................................................................................. 38
Spanje ....................................................................................................................................... 38
Lage Landen .............................................................................................................................. 39
,Oudheid
Kennis architectuur van de oudheid, wat kunnen we weten?
Zelden volledige architectuur -> vermoeilijkt + geeft een vertekend beeld -> je krijgt een
DOMINANT beeld, FRAGEMENTAIR beeld heel monotone architectuur
<-> itt werkelijkheid veel kleur en kleuren hadden betekenissen
- Rijk wit
- Arm bruine tinten, donkere kleuren
Fragmentair enkel de stevige bouwwerken, monumentale gebouwen, overleven
-> bestaan uit duurzame materialen, oa. Marmer ( sterke steen),
-> glas en dakpannen (keramische materialen) overleven het niet
<-> itt cultuur is bijna geen overblijfselen van te vinden
Grieks en romeinse bouwORDE; stijl, proportie en symmetrie
Zuilen; dorisch ,ionosch, corinthisch
Dorische orde (zuil)
• Grotere zuilen
• Geen basis
• Zuilschacht die naar boven toe versmalt
• Gecannuleerde (cannelure of groef) zuil -> niet glas, niet diep
• Eenvoudig kapiteel, zonder verdere decoratie
Monumentale robuste zuil die naar boven toe versmalt structureel
-> gewicht wordt gelijk verdeeld -> stabieler
-> draagkracht goed verdeelt
Ionische orde
• Basis of sokkel
• Slankere zuilen (in vergelijking met Dorische)
• Voluutvormige (spiraal of krul) kapiteel
Tov de dorisch is de diameter veel kleiner
Er is een toename aan decoratie bv voluten
, Korinthische orde
• Meest geornamenteerde zuilenorde
• Hoge zuilenbasis
• Kapiteel gedecoreerd met acanthusbladen -> verwijzingen naar
natuur elementen
Nog slanker en sterkter versierd
Bij een mengeling van ordes
ALTIJD onderaan de dorische zuil
Architectuur heeft ook een mannelijke en vrouwelijk connotatie (bij vitruvius)
Dorische -> mannelijk, onderaan en zichtbaar bij milutaire gebouwen
ionische -> vrouwelijk minder frivaal ( dame)
Korintische -> vrouwelijk heel firvaal (jonge persoon) bovenaan
Genderconotatie
Onderdelen hoofdgestel portiek (portico)
H. Fronton: Bekroning van een gevel, venster of
ingang naar klassieke
trant door een driehoekig of segmentvormig lichaam
G. Timpaan: het driehoekige gevelveld tussen de
kroonlijst en de schuin oplopende daklijsten van een
gebouw (ook tympaan)
F. Kroonlijst: (ook corniche)
- in klassieke architectuur: de
bovenste uitspringende lijst van het hoofdgestel,
- in hedendaagse architectuur: de uitdrukkelijk
geornamenteerde deklijst boven een muur of
bouwonderdeel (bv. venster of poritke)
E. Fries (met trigliefen en metopen):
- in klassieke architectuur het horizontale deel
tussen kroonlijst
- in hedendaagse architectuur: een horizontale
band met schilder of beeldhouwerk
D. Architraaf: hoofdbalk, het onderste gedeelte van
hethoofdgestel; voor de verbinding van de
hoofdbalk
C. dakplaat
B. hals
A; Zuil
pijler, vrijstaand dragend bouwdeel waarvan dehorizontale doorsnede een cirkel is
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Titta. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.08. You're not tied to anything after your purchase.