100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Blokwijzer inleiding Psychodiagnostiek $9.70   Add to cart

Summary

Samenvatting Blokwijzer inleiding Psychodiagnostiek

 11 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit is een samenvatting van de Blokwijzer (psychologische testen) van het vak Inleiding Psychodiagnostiek. Ik haalde 15/20 in eerste zit.

Preview 3 out of 23  pages

  • December 28, 2021
  • 23
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
INLEIDING PSYCHODIAGNOSTIEK: BLOKWIJZER

HOOFDSTUK 1: WAT IS EEN PSYCHOLOGISCHE TEST?

1.1 EEN TEST IS EEN BEOORDELINGSPROCEDURE

Meeste tests zijn erop gericht om te weten wat mensen kunnen of hoe ze zijn.

Men gaat op zoek naar verschillen tussen mensen = interindividueel OF binnen eenzelfde persoon =
intra-individueel.

Een be-oordeling is geen ver-oordeling!!!  beter niet over testen van mensen spreken, maar wel
over het beschrijven van bepaalde eigenschappen.



1.2 EEN TEST REGISTREERT PSYCHOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
1.2.1 Wat zijn psychologische eigenschappen?

We zijn geïnteresseerd in hun prestaties (wat ze kunnen) en hun gedragswijze (hoe mensen zijn).
Sommige van de eigenschappen liggen min of meer vast = psychologische trekken/traits (bv. The Big
5; IQ). Andere eigenschappen kunnen fluctueren in de tijd = toestanden/states (bv. emoties).

Wat ze gemeen hebben met elkaar: ze zijn niet rechtstreeks waarneembaar. Het zijn geen empirisch
vaststelbare gegevens, het zijn hypothetische constructen.



1.2.2 Psychologische eigenschappen moeten geoperationaliseerd worden

Psychologische eigenschappen kunnen enkel onrechtstreeks afgeleid worden uit het zichtbare
gedrag.

In de psychodiagnostiek gaat het om eigenschappen die wetenschappelijk gefundeerd zijn: ze zijn
volgens strikte regels afgeleid uit betrouwbare waarnemingen.

Eigenschappen meetbaar maken = operationaliseren. (belang van goede validiteit!).

Het meetinstrument moet valide zijn: het geeft aan in hoeverre het instrument meet wat we ermee
willen meten.



1.3 EEN TEST LEVERT EEN PSYCHOMETRISCH ONDERBOUWD MEETRESULTAAT OP
1.3.1 Psychometrische kwaliteiten v/e instrument (5)
1. Betrouwbaarheid
2. Standaarddeviatie
3. Objectiviteit van de score
4. Validiteit
5. Normering
 Betrouwbaarheid, validiteit en normering zijn 3 basisvoorwaarden waaraan een goed
instrument moet voldoen.
 Alles moet zoveel mogelijk gestandaardiseerd gebeuren. Ook de score of het resultaat van de
meting moet objectief af te lezen zijn.

,1.3.2 De psychometrische kwaliteiten worden beschreven in een testhandleiding

Een test bestaat uit testitems. Voor sommige testen is er testmateriaal nodig. Wat alle tests met
elkaar gemeen hebben, is dat ze over een testhandleiding moeten beschikken. De testhandleiding
bevat technische informatie die nodig is om de test correct af te nemen en voor het scoren,
verwerken en interpreteren van de testscores.

Testconstructie: hoe items geselecteerd worden o.b.v. criteria items die in de test werden
opgenomen of net niet werden geselecteerd.

Scoringsprocedure: er moet aangegeven worden hoe de antwoorden op de test omgezet zullen
worden in een score of cijfer.

Duidelijke richtlijnen over de standaardisatie.

Testscores: ze worden vergeleken met een norm om ze zinvol te kunnen interpreteren.

In de testhandleiding moet ook helder beschreven staan op welke manier de betrouwbaarheid van
de test werd onderzocht en welke resultaten dat opleverde. Elke meting gaat gepaard met een
foutenmarge.

Zelfde geldt voor de validiteit: in de testhandleiding moet vermeld worden op welke manieren die
test werd berekend en wat daaruit naar voren kwam.

Er moeten ook duidelijke instructies aangeboden worden over hoe de testscores geïnterpreteerd
moeten worden.



1.4 ANDERE KENMERKEN VAN EEN TEST
1.4.1 Reikwijdte

= het geheel aan eigenschappen dat door de test bestreken wordt; het aantal psychologische
eigenschappen die gemeten worden.

Hoe meer subtests een test bevat, hoe meer eigenschappen hij dus kan meten.



1.4.2 Aanvaardbaarheid

= mate waarin de cliënt/kandidaat de test acceptabel vindt om af te nemen. Dit hangt vaak af van
wat de test op het 1e zicht lijkt te meten of welke indruk het oproept = indruksvaliditeit (face
validity).

Wanneer cliënten zich anders voordoen = faking good (vaak bij delicate eigenschappen). <-> faking
bad/malingering



1.4.3 Onpartijdigheid

Heeft te maken met faire diagnostiek. Een test is partijdig wanneer bepaalde groepen mensen
sommige items systematisch anders beantwoorden, hoewel ze eenzelfde niveau v/d achterliggende
vaardigheid hebben. Dan treedt er een soort van bias of vertekening op. Soms kan de verteking ook

, in de test zelf ingebakken zitten. Als het gaat om de manier waarop de vragen worden gesteld = item-
of vraagpartijdigheid.

Niet iedereen krijgt even gunstige kansen mee vanuit het milieu waarin hij opgroeit 
intelligentieverschillen.  Dus men kan de test anders gaan interpreteren.



1.4.4 Praktische aspecten

Afweging maken tussen:

- Kosten: meestal vrij duur
- Heel wat baten: het gaat vaak om info die veel moeilijker of misschien zelfs helemaal niet via
klassieke gesprekken of door observatie aan het licht zou kunnen komen.




HOOFDSTUK 2: KORTE GESCHIEDENIS VAN HET PSYCHOLOGISCH TESTEN

2.1 VROEGE VOORLOPERS

China (2000 v.C.): 3-jaarlijks vorderingstoets (= soort examen) voor dienaren van de keizer.

 Oude Testament: selectie van leger rekruten a.h.v. opdrachten.
 Middeleeuwen: vrij formeel karakter van examens aan universiteiten van Leuven en Bologna.
Schriftelijke examens.



Fysiognomie:

Intellectuele of karaktereigenschappen kunnen afgeleid worden uit iemands fysieke voorkomen. Wat
er innerlijk afspeelt in iemand kan je afleiden uit uiterlijke/fysieke kenmerken. Deze ideeën zijn er al
sinds Aristoteles, tot in de 19e eeuw.



Frenologie = schedelleer: vloeit beetje uit door kritiek. Met Gall als voorloper. Hij dacht dat de
hersenen bepaalde gebieden hebben en die delen andere zaken in het lichaam gaan aansturen.
Praktijkonderzoek van de hersenen = cranioscopie (aftasten van schedel).



2.2 AARZELENDE START

2.2.1 Francis Galton

Francis Galton (GB): gekend omwille van 3 zaken:

1. Antropometrie: ‘metingen van de mens’
2. Erfelijkheid
3. statistiek

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller saraleuridan. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.70. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.70
  • (0)
  Add to cart