Dit document omvat een volledige samenvatting van de leerstof van de werkcolleges uit het boek + de zelfgemaakte aantekeningen tijdens de werkcolleges. Het is zo goed als volledig met verwijzing naar alle relevante wetsbepalingen.
Verder opgedeeld in 12 gerechtelijke arrondissementen (~ valt samen met de 10 provincies van België +
m.u.v. Brussel, Leuven en Eupen) (vroeger: 27 => gereduceerd naar 12; afdelingen geworden van grote
arrondissementen). Tot slot zijn de gerechtelijke arrondissementen opgedeeld in 162 gerechtelijke
kantons.
2. De hoven en rechtbanken
A. Algemeen
Er is 1 Hof van Cassatie voor heel België, gezeteld te Brussel (art. 147 Gw.).
Zoals eerder aangehaald omvat elk rechtsgebied 1 hof van beroep (art. 5 Bijv. Ger.W.) + telkens een
arbeidshof in elk hof van beroep (art. 103 Ger.W.).
Het hof van assisen is geen permanent rechtscollege. Dat wordt enkel gevat wanneer er een zaak wordt
verwezen voor behandeling, zetelt in elke provincie + administratief arrondissement Brussel – Hoofdstad
(art. 114 Ger.W.), en houdt zitting op de plaatsen genoemd in art. 115 Ger.W.
In elk gerechtelijk arrondissement is er een arrondissementsrechtbank (art. 74, lid 1 Ger.W.). Op dit niveau
worden evenwel rechtbanken van eerste aanleg georganiseerd (art. 4 Bijv. Ger.W.). Er zijn in totaal 13
rechtbanken van eerste aanleg (bijzondere situatie BXL: infra).
Per rechtsgebied worden 9 ondernemingsrechtbanken en 9 arbeidsrechtbanken georganiseerd. In alle
gerechtelijke arrondissementen, ook in Halle en Vilvoorde, zetelen er politierechtbanken (art. 3 Bijv.
Ger.W.). In elk gerechtelijk kanton is er een vredegerecht (art. 2 Bijv. Ger.W. en art. 59 Ger.W.). De
samenstelling van die kantons (gemeenten/steden) wordt vermeld in art. 1 Bijv. Ger.W.).
B. Gerechtelijk arrondissement Brussel
Splitsing van het Openbaar Ministerie (reden: territoriaal):
=> Het tweetalig parket in BXL bevoegd voor het grondgebied van de 19 Brusselse gemeenten
=> Het Nederlandstalig parket in Halle – Vilvoorde bevoegd voor het grondgebied Halle – Vilvoorde
Ontdubbeling (reden: taalkundig):
Het gerechtelijk arrondissement Brussel bleef behouden, maar er kwam een ontdubbeling van de
rechtbank van eerste aanleg, ondernemingsrechtbank, arbeidsrechtbank, arrondissementsrechtbank en
politierechtbank te BXL.
=> In die rechtbanken heb je dus telkens een Nederlandstalige en een Franstalige rechtbank, naargelang
de taal van de rechtspleging (art. 100 §4 Ger.W.):
▪ Franstalige rechtbanken in BXL worden benoemd door diezelfde rechtbanken in Waals –
Brabant (en omgekeerd).
▪ Nederlandstalige rechtbanken in BXL worden benoemd door diezelfde rechtbanken in Leuven
(en omgekeerd).
=> Hier speelt de Taalwet Gerechtszaken (1935) een rol. Dit geeft de mogelijkheid om te zien in welke taal
men een procedure kan starten, en desnoods het recht zou kunnen bekomen om de taal te wijzigen. Bij
gebrek aan correcte aanduiding van de rechtbank?
1. Overeenkomstig art. 702 4° Ger.W. bevat het exploot van de dagvaarding (eenzijdig
verzoekschrift art. 1026 4° Ger.W.; verzoekschrift op tegenspraak art. 1034ter 5° Ger.W.) op
straffe van nietigheid, de opgave van de rechter voor wie de vordering aanhangig gemaakt
wordt.
2. De partij die de nietigheid wenst op te werpen dient aan te tonen dat het gebrek in de
vermelding “Nederlandstalig” of “Franstalig” bij ontdubbelde rechtbanken zijn of haar
belangen heeft geschaad (art. 861 Ger.W.).
= Als de eisende partij zich ertegen verzet, dan kan men die wijziging dus niet bekomen. De enige
mogelijkheid is dat men een verwijzing vraagt aan Tribunal Francophone. Wanneer men geen akkoord
heeft bereikt, dan moet men de procedure in die taal blijven volgen. Als men akkoord gaat met die
taalwijziging, dan heeft de familierechtbank de bevoegdheid om kennis te nemen van eventuele
nieuwe geschillen die zich zouden voordoen. Als men opnieuw een punt van onenigheid heeft, dan
moet men toch opnieuw naar dezelfde rechtbank gaan. Artikel 30 van de Taalwet voorziet zelfs een
tolk voor de procespartijen.
C. Het gerechtelijk arrondissement Eupen
“Eenheidsrechtbank”
- Omwille van kleinschaligheid
- Eén enkele voorzitter; art. 100/1 en 100/2 Ger.W. + gelijkaardige regeling voor het
gerechtspersoneel (art. 178/1 Ger.W.).
3. Concrete samenstelling, afdelingen, secties en kamers
A. Hof van Cassatie
3 Kamers (art. 128 lid 1 Ger.W. + art. 133 Ger.W.):
- Eerste kamer => kennisname cassatieberoepen in burgerlijke – en handelszaken.
- Tweede kamer => kennisname cassatieberoepen in criminele, - correctionele – en politiezaken.
- Derde kamer => kennisname cassatieberoepen tegen beslissingen in eerste aanleg gewezen door
arbeidshoven – en rechtbanken.
(!) Overige zaken worden door de eerste voorzitter verdeeld over kamers.
=> Elke kamer heeft een Nederlandstalige en een Franstalige sectie: vijf raadsheren + voorzitter (art. 128
lid 2 Ger.W.). Het zijn die vijf raadsheren die in principe de arresten wezen (= voltallige kamer), door drie
raadsheren behoudens gevallen door de Wet bepaald (art. 128 lid 3 Ger.W.) (= beperkte kamer). De
beperkte kamer beslist eenparig op het beroep.
De zaak wordt echter verwezen naar de voltallige kamer in volgende gevallen (art. 1105bis Ger.W.):
▪ Gebrek aan eenparigheid
▪ Op verzoek van één van de magistraten (art. 131 lid 2 Ger.W.)
= In dit geval is er een vergadering van negen raadsheren + de voorzitter inbegrepen (art. 131 lid
1 Ger.W.).
= De zaak wordt behandeld in verenigde kamers wanneer een minister wordt berecht, in oneven
getal + tenminste elf leden (art. 131 lid 3 Ger.W.).
B. Hof van beroep
In elk hof van beroep zijn de volgende Kamers beschikbaar (art. 101 §1 lid 1 Ger.W.):
- Kamer voor burgerlijke zaken
- Kamer voor correctionele zaken
- Jeugdkamers en Familiekamers + Kamers voor minnelijke schikking
→ (!) De Koning kan bepalen dat één of meerdere jeugd – of familiekamers zitting houden op de
zetel of een afdeling van de rechtbank van eerste aanleg in een andere provincie van het
rechtsgebied van het hof en dit voor de behandeling van de hogere beroepen tegen vonnissen van
de familie – en jeugdrechtbanken van de betrokken provincie (art. 101 §1 lid 5 Ger.W.).
De kamers van het hof van beroep houden zittingen:
- De regel: één lid, kamervoorzitter of raadsheer (art. 101 §2 lid 2 Ger.W.)
- De uitzondering: met drie raadsheren; wanneer de complexiteit of het belang van de zaak of
bijzondere, objectieve omstandigheden daartoe aanleiding geven (art. 109bis §3 Ger.W.).
Situatie Brussel?
Er zijn extra kamers in het hof van beroep van Brussel, met name het Marktenhof (art. 101 §1 lid 4 Ger.W.),
voor gereguleerde marktzaken die samen een sectie vormen.
=> Quid bevoegdheden? Zie art. 633bis Ger.W.
Bevoegdheden Eerste Voorzitter (Art. 109 Ger.W.):
- Belast met algemene leiding + organisatie van het Hof
- Zakenverdeling overeenkomstig bijzonder reglement van het Hof, in functie van resp. werklast van
de kamers of de deskundigheid dan wel onbeschikbaarheid van de raadsheren die in de kamers
zetelen.
Hoger beroep tegen beslissingen in strafzaken:
Toegewezen aan een kamer met drie raadsheren, tenzij het uitsluitend op burgerlijke vorderingen
betrekking heeft (art. 109bis §1 Ger.W.).
Plaatsvervangende raadsheren?
- Ter vervanging van verhinderde magistraten (art. 102 §1 lid 1 Ger.W.)
- De bezetting volstaat niet (art. 102 §1 lid 2 Ger.W.)
C. Arbeidshof
Het Arbeidshof heeft kamers die bestaan uit (art. 103 lid 2 Ger.W.):
- Een eerste voorzitter (~ beroepsmagistraat)
- Raadsheren in het Arbeidshof
- Raadsheren in sociale zaken (art. 104 lid 1 Ger.W.)
= Handhaven de paritaire vertegenwoordiging van werknemers en werkgevers of zelfstandigen.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lawstudentatVUB. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $22.95. You're not tied to anything after your purchase.