Psychologie: wetenschap waarbij het gedrag wordt bestudeerd om de interne
processen te begrijpen die aan de basis liggen van dat gedrag.
Psychologen proberen dus met systematische observaties van meetbare kenmerken
(=het gedrag) inzicht te krijgen in de processen (=interne processen) die niet
rechtstreeks meetbaar zijn.
Men stelt zich een vraag (vb.: hoeveel keer komt een individu in een gevecht
terecht?). Daarna bekijkt men de omstandigheden die dingen uit de vraag
beïnvloeden. Hierdoor kunnen we waarschijnlijk iets te weten komen over de interne
processen. Dit allemaal wordt geobserveerd op een wetenschappelijke manier.
Observeerbaar binnen de psychologie is relatief. Wat men eerst niet kon meten, kan
later wel waarneembaar worden door de nieuwe, steeds nauwkeurigere
veranderingen binnen de psychologie.
1.1 Ontwikkelingen die de psychologie gemaakt hebben
In het begin duurde het even voordat men startte met wetenschappelijke studies naar
de psychologie. Toch dachten ze hierover vroeger ook al na.
1.1.1rede, intuïtie en geloof
Plato geloofde dat de echte kennis gebaseerd moest worden op de menselijke rede
en niet op observatie en studies van de wereld. Hij geloofde dat de ziel uit
onveranderlijke, ideale vormen kwam. Ook zag hij het geheugen als een tabula
rasa. Het geheugen was niets meer dan een wastablet waar herinneringen worden
ingeschreven. Als men deze herinnering echt terug wil ophalen, moet men de tabula
rasa vastnemen en het lezen. Dit was een passieve visie op het geheugen.
Socrates daarentegen vergeleek het geheugen met een vogelkooi. Iedereen begint
het leven met een lege vogelkooi (=leeg geheugen). We proberen doorheen ons
leven vogels (=herinneringen) te grijpen om in onze kooi te stoppen. Sommige zijn
makkelijk te vangen, andere moeilijker.
Aristoteles hechtte meer belang aan observatie maar geloofde niet dat alles te
verklaren was met observatie. Volgens hem moest de mens uitgaan van een aantal
axioma’s. Deze werden door de menselijke ziel als evident en intuïtief2 herkend.
Het duurde lang vooraleer men de wetenschappelijke studie startte doordat het zo
een complex fenomeen was en omdat men eerbied had voor de mens: de mens is
uniek& de ziel en het lichaam zijn heilig en daar mag niet aangekomen worden.
1
namen zijn vooral belangrijk bij grondleggers van theorieen
2
intuïtief: op een niet-wetenschappelijke manier namelijk denken
1
, De rooms-katholieke Kerk was de belangrijkste bron van kennis in de Westerse
wereld. Zij vertaalden werken van o.a. Plato en Aristoteles en pasten dit toe op het
christelijke geloof. Na de val van het Romeinse rijk was de katholieke kerk nog de
enige instantie die het onderwijs stimuleerde. Hierdoor konden zij hun voornaamste
gedachte ‘de ziel is niet aards’ makkelijk verspreiden. Dit duurde tot de reformatie in
de 16e eeuw.
1.1.2wetenschappelijke revolutie
Wetenschappelijke revolutie: revolutie in Europa in 16-17e eeuw (gelijk met
reformatie) doordat men overtuigd was dat men kennis niet meer mochten baseren
op intuïties en goddelijke ingevingen maar op systematische observaties.
De Grieken en de Kerk geloofden dat kennis gebaseerd was op intuïties en
goddelijke ingevingen. Dit aspect vinden we in elke beschaving terug. Europa was
echter het enige gebied waar er een wetenschappelijke revolutie opkwam. Dit had
verschillende oorzaken:
» verminderende macht van de rooms-katholieke kerk door reformatie
» herwaardering van handel en handenarbeid
» uitvinding van de boekdrukkunst met snelle verspreiding als gevolg
» ontdekkingsreizen
» confrontatie van Westerse wereld met China en islamitische beschavingen
» oprichting van universiteiten
» periode van relatieve welvaart
Een belangrijke factor in de wetenschappelijke revolutie was de vaststelling dat de
kalender niet klopte. Men volgde tot dan toe de Juliaanse kalender die een dag te
kort telde. Uiteindelijk veranderde men de Juliaanse kalender in de Gregoriaanse
kalender. Systematische observatie werd belangrijk.
Copernicaanse revolutie: revolutie die begon door het nieuwe inzicht in het feit
dat de aarde niet centraal stond en niet het centrum vormde in het heelal.
Tijdens de zoektocht naar de juiste jaartelling kwam het axioma over de stilstaande
aarde ter discussie. Men dacht dat de aarde stilstond doordat mensen toch van alle
andere dingen die bewegen vallen? Copernicus schreef hierover een hele
hypothese: de hemellichamen draaien rond de zon en niet alle hemellichamen rond
de aarde. De mens stond niet meer in het middelpunt en was onderworpen aan
natuurwetten. Een mens mag dus bestudeerd worden. Later bevestigde Galileo
Galilei dit met enkele nieuwe observaties a.d.h.v. een telescoop. Bewezen werd het
door Newton die wiskundige formules gebruikte.
Men stelde vast dat nieuwe kennis niet te halen was uit het bestuderen van oude
meesters, maar uit observaties en experimenten.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller samenvattingenpw. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.02. You're not tied to anything after your purchase.